DNA-test brengt historische waarheid
Lodewijk XVII was prins Lodewijk XVIIPARIJS Een Franse en een Duitse geleerde zijn erin geslaagd een mysterie op te lossen dat twee eeuwen lang aanleiding is geweest voor wilde speculaties. De wetenschappers hebben met behulp van DNA-onderzoek op het stoffelijk overschot onomstotelijk vastgesteld dat een door ziekte geplaagde jongen die ruim 200 jaar geleden in een gevangenis in Parijs stierf, de zoon was van koning Louis XVI en Marie-Antoinette. De Franse historicus Philippe Delorme heeft dit gisteren bekendgemaakt.
Over de jongen deden allerlei geruchten de ronde. Sommige historici zeiden dat de koninklijke erfgenaam was ontsnapt en dat een ander kind in zijn plaats was gestorven. Maar nu is de moderne wetenschap de geschiedenisonderzoekers te hulp gekomen. Delorme vroeg Jean-Jacques Cassiman, professor in de genetica aan de Universiteit van Leuven, en Ernst Brinckmann, verbonden aan de Universiteit van Münster, definitief uitsluitsel te geven via een DNA-onderzoek. De Franse onderzoeker kon gisteren meedelen dat het definitieve bewijs was geleverd: Het was Louis XVII, het was de laatste kleine koning van Frankrijk die in de Temple-gevangenis stierf. Nadat zijn ouders in 1793 waren onthoofd, werd Louis XVII gevangengezet in de Temple, een voormalig klooster in Parijs, waar hij op 8 juni 1795 op 10-jarige leeftijd stierf. Cassiman zei gisteren dat hij met Brinckmann het gemummificeerde hart van de jongen had onderzocht, dat zeer goed was geconserveerd. De onderzoekers verwijderden voor het DNA-onderzoek een stukje van het orgaan. Zij vergeleken het DNA van het hart met het DNA van haren van Marie-Antoinette. Autopsie Sceptici zullen blijven twijfelen. Het hart werd in 1795 gestolen door de arts die de autopsie op het lichaam van de jongen verrichtte. Hij zette het acht tot tien jaar lang op alcohol. Vervolgens werd het door een van zijn studenten gestolen, die op zijn sterfbed zijn vrouw verzocht het terug te geven. Na de restauratie van de Franse monarchie in 1814 werd het hart aan verschillende leden van de koninklijke familie aangeboden, maar zij waren weinig geneigd een relikwie met zo'n twijfelachtig verleden te aanvaarden. Uiteindelijk kwam het hart in handen van de Spaanse tak van de Bourbons. Het orgaan werd in 1975 overgedragen aan de Franse autoriteiten en in de koninklijke graftombe in Parijs geplaatst. |