Boekrecensie

Titel: Gescheurde levens. Gesprekken met naasten van oorlogs- en dienstslachtoffers
Auteur: Mimi Mentink-Heshusius
Uitgeverij: Heuff
Amsterdam, 1998
ISBN 90 614 1452 0
Pagina's: 148
Prijs: ƒ 29,90

Recensie door Tineke van de Wetering-Peekstok – 2 december 1998

Als een sergeant ernstig gewond uit Bosnië terugkeert

Verslagen van
persoonlijk leed

Het ministerie van defensie is niet boven alle kritiek verheven. Dat bleek dit najaar weer duidelijk toen de discussie over de rol van de Dutchbatters in Srebrenica opnieuw gevoerd werd. Is de missie daar op een juiste wijze uitgevoerd? Heeft Defensie zijn verantwoordelijkheid wel op een juiste manier opgepakt na alle gebeurtenissen? Dat is de vraag.

Eveneens is dat de vraag van Mimi Mentink-Heshusius, maar dan op een ander gebied. Al die jongens en mannen die psychisch of lichamelijk gewond terugkwamen uit Srebrenica, Libanon, uit Nederlands-Indië, of waar ze als vrijwilliger of dienstplichtige hun taak ook vervulden: Heeft het ministerie van defensie zijn verantwoordelijkheden goed opgepakt?

De persoonlijke verhalen in het boek dat Mentink dit jaar schreef, getuigt van veel frustraties hierover. „Defensie is druk doende een systeem van een allesomvattende hulpverlening op te zetten. Maar begrijpt zij wel dat een adequate hulp aan naasten van een getroffene een essentieel onderdeel daarvan is?” vraagt zij zich in haar voorwoord af.

Naasten vertellen
Schrijven heeft een therapeutische waarde. Het kan helpen om gebeurtenissen, ervaringen en de daaruit voortvloeiende emoties op een rijtje te zetten, waardoor ze beter hanteerbaar worden. Dat was ook de gedachte van de Bond van Nederlandse Militaire Oorlogs- en Dienstslachtoffers (BNMO), toen deze aan een aantal „afgeleide leden” (familie of partners van de slachtoffers) vroeg hun ervaringen vast te leggen. Het resulteerde in dertien verslagen van persoonlijk leed. Vrouwen, moeders en dochters vertellen van de impact die de gebeurtenissen in hun leven had en heeft.

Zeer diverse situaties komen aan bod. We lezen over Peter, die als sergeant bij de Luchtmobiele Brigade ernstig gewond uit Bosnië terugkeerde. Over Roel, die geboren werd op Java en veertien jaar was toen hij met zijn moeder en zus in het jappenkamp terechtkwam. Over Fons, die in 1990 tijdens een oefenvlucht boven de Veluwe verongelukte. De Alouette-3-helikopter van de Koninklijke Luchtmacht waarin hij zat, stortte neer en maakte een einde aan zijn 27-jarige leven. Robert, die als kapitein bij de Verbindingsdienst naar de Sinaï uitgezonden was, werd geschept door een Egyptische vrachtwagen en moest als gevolg van dat ongeluk later zijn been missen.

Gaby ging bij de Luchtmobiele Brigade en werd uitgezonden naar Bosnië. Hij kwam terecht in Siminhan. De pantserwagen waar hij in mee reed, werd door Servische antitankwapens onder vuur genomen. De scherven brachten hem ernstige verwondingen toe en zijn arm moest geamputeerd worden.

Frustraties
Voor Robert en Gaby ging de strijd onverwacht op een andere manier door. Niet meer in een oorlogssituatie ver weg, maar nu in Nederland wat betreft de nazorg, ofwel het ontbreken daaraan, vanuit Defensie.

Bij Robert kwam een arbeidsdeskundige langs. Hij vertelde dat er in het leger geen plek was voor iemand die zijn oorlogsfunctie niet kon uitvoeren. Roberts jarenlange ervaring en opgebouwde deskundigheid kon dus op geen enkele andere manier gebruikt worden. Bovendien was het nog maar de vraag of hij vanuit de legerorganisatie een uitkering zou ontvangen. Eerst moest aangetoond worden dat er werkelijk sprake was geweest van een dienstongeluk. Na acht maanden werd hij gelukkig toch aangemerkt als militair invalide. Tot die tijd had hij zichzelf echter moeten redden. Een voorbeeld dat zijn vrouw beschrijft: een maatschoen voor zijn rechtervoet kon hij krijgen, maar waar hij zijn andere voet in moest stoppen, dat moest hij zelf uitzoeken.

De moeder van Gaby gaat voor hem de strijd met Defensie aan. Ze heeft er bijna een dagtaak aan en illustreert dit met het voorbeeld dat er eerst een ergonomisch onderzoek en rapportage moet zijn, voordat toestemming gegeven wordt om een blikopener van zeventig gulden aan te schaffen. Een blikopener waarmee Gaby zich met zijn ene hand kan redden. Defensie wil wel voor een aanpassing in een auto zorgen, maar alleen als die niet ouder dan drie jaar oud is. Gaby heeft echter alleen geld voor een auto die ouder is dan drie jaar. Dus komt de aanpassing er niet.

Het lezen van de frustraties over de houding van Defensie wekt enerzijds begrip. Anderzijds werpt het ook de vraag op of de slachtoffers en hun naasten hiermee niet hun vele gevoelens van verdriet en woede om de gebeurtenissen zelf maskeren. De strijd aangaan met Defensie is concreet en tastbaar. Daaraan is ook wat te doen. Aan de lichamelijke en de psychische schade die opgelopen is, vaak niet meer.

Oog voor gevolgen
Aangrijpend zijn de verhalen waarin duidelijk wordt welke psychische schade jonge en oudere mannen kunnen oplopen. Velen lijden aan meer of minder ernstige vormen van een posttraumatische stressstoornis (PTSS). De naaste familieleden lijden daaraan mee. Daar krijgen Defensie en hulpverleners overigens wel steeds meer oog voor. Uit een inventarisatie van de afdeling individuele hulpverlening van de Koninklijke Landmacht bleek onlangs dat van de Dutchbat-militairen die de val van Srebrenica meemaakten, er relatief veel zijn met verschijnselen van PTTS. Zij zijn echter niet allemaal gemakkelijk te bereiken of gemotiveerd tot het krijgen van hulp. Het merendeel van hen heeft het leger verlaten en wil geen contact meer.

Oorlogvoeren of missies uitvoeren in oorlogsgebieden zonder dat daarbij slachtoffers vallen, dat is een onmogelijkheid. Dat nazorg en hulpverlening op een adequatere wijze gestalte moeten krijgen, is iets wat de vertelsters in dit boekje duidelijk willen maken. De BNMO, die deze uitgave ook financieel mogelijk maakte, zet zich daar voortdurend voor in. Hij biedt allerlei faciliteiten waarvan de leden, oorlogs- en dienstslachtoffers en hun naasten, gebruik kunnen maken. Bovendien probeert de bond op een ander niveau invloed uit te oefenen op het beleid van Defensie. Een goed initiatief, waarvan het boek “Gescheurde levens” een aardig beeld geeft.