Boekrecensie

Titel: De Utrechtse Heuvelrug. De Stichtse Lustwarande, buitens in het groen
Auteur: A. Viersen e.a.

Uitgeverij: Waanders
Zwolle, 1999
ISBN 90 400 9407 1
Pagina's: 343
Prijs: ƒ 95

Recensie door T. J. Lucas - 16 februari 2000

Watertanden in
Stichtse Lustwarande

De Utrechtse Heuvelrug is, evenals het Vechtgebied in de provincie Utrecht, uitzonderlijk rijk aan cultuurhistorische elementen. Vele tientallen prachtige landhuizen en kastelen met bijbehorende parken en tuinen zijn te vinden in het deel van het Heuvelruggebied dat wel bekendstaat als de Stichtse Lustwarande.

Waanders Uitgevers in Zwolle gaf, in opdracht van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, een gedetailleerde studie over het erfgoed in deze streek uit. Die kwam begrijpelijkerwijs niet tot stand buiten de Rijksdienst voor Monumentenzorg om.

In het voorjaar van 1996 maakten de betrokkenen een begin met de beschrijving van de buitenplaatsen. Tijdens de maanden daarvoor had al een globale inventarisatie plaatsgevonden. Een eerste schatting leverde 65 buitenplaatsen op, maar later bleken het er beduidend meer te zijn. Met daarnaast de kerken, kapitale villa's, rijke boerderijen, woonhuizen en overheidsgebouwen, vormt de Utrechtse Heuvelrug een streek met bijzondere allure.

Het gebied dat de onderzoekers in kaart brachten, loopt in grote lijnen van De Bilt, Zeist, Driebergen-Rijsenburg, Doorn en Maarn, Leersum en Amerongen tot aan Rhenen. Zo'n 80 locaties zijn in deze gemeenten te kenschetsen als buitenplaats. Dat begrip is in de catalogus ”Tuin en park, historische buitenplaatsen in de provincie Utrecht” gedefinieerd als „een eenheid van een landhuis, soms een kasteel, met zijn grachtenstelsel, zijn tuin of park en bijgebouwen.”

De voorliggende studie is dus niet de eerste op dit terrein. Het toenmalige Departement van Oorlog bracht al in 1815 het aantal buitenplaatsen in de provincie Utrecht in kaart. De burgemeesters van de toen nog 54 gemeenten moesten, als onderdeel van een vragenlijst, opgave doen van de buitenplaasten in hun gemeenten. In heel Utrecht bleken dat er 119, waarvan er 32 op de Heuvelrug lagen, in zeven gemeenten. De concentratie was het hoogst in de nabijheid van de stad Utrecht. Dat had alles te maken met de nog weinig ontwikkelde infrastructuur. De wegen tussen Utrecht en De Bilt en De Bilt en Amersfoort waren verhard; wilde de reiziger verder weg, dan moest hij zich tevreden stellen met zandwegen. Toen daar verandering in kwam, nam het aantal landhuizen tussen De Bilt en Rhenen sterk toe.

Bekende objecten op de Heuvelrug zijn kasteel Amerongen, Slot Zeist, Huis Doorn en het ronduit imposante Hydepark, eveneens in Doorn. Hydepark viel op, zowel in stijl als in omvang. De Amsterdamse bankier H. M. J. van Loon kocht in 1885 de buitenplaats Heidepark op. Op dat terrein stond een witgepleisterd huis van amper twintig jaar, maar dat moest vallen onder de slopershamer, omdat de bankier zijn eigen ideeën had over wonen. Architect Jean Nicolas Landré en de aannemers Staal en Haalmeijer, ook afkomstig uit Amsterdam, concretiseerden Van Loons droom: er verrees een machtig gebouw, met een voorgevel van 42 meter lang. Achter de gevel bevonden zich niet minder dan tachtig kamers.

Het nieuwe huis kreeg de naam Hydepark mee (dat vond men misschien voornamer staan dan Heidepark?). Het vormde een ongemeen indrukwekkende verschijning door de toepassing van verschillende bouwmaterialen, een uitspringend middendeel en dito zijgevels en portieken. Anno 2000 bestaat alleen nog een aantal bijgebouwen van dit droomhuis, waaronder een oranjerie. De ongeveer honderd jaar oude foto's van het hoofdgebouw die in het boek zijn afgedrukt, geven een indruk van wat Hydepark eens was.

Watertanden
”De Utrechtse Heuvelrug” draagt als ondertitel ”De Stichtse Lustwarande, buitens in het groen”. Het behandelt de historie van de beschreven objecten (zowel gebouwen als parken en tuinen) periodegewijs en is zeer rijk voorzien van knap fotomateriaal. De foto van de bibliotheek van Huis Amerongen deed me watertanden.

Als zodanig is het boek een must voor de liefhebber. De vlot leesbare tekst en de mooie plaatjes maken het document ook boeiend voor de geïnteresseerde leek.