Boekrecensie

Titel: Twee chimpansees
Auteur: Moses Isegawa

Uitgeverij: De Bezige Bij
Amsterdam, 2001
ISBN 90 234 6224 6
Pagina's: 136
Prijs: ƒ 20,-

Recensie door Marie van Beijnum - 14 maart 2001

Het botert niet tussen twee apen

Twee werelden zijn het waartussen Moses Isegawa heen en weer slingert. Europa en Uganda. Na tien jaar is Uganda niet meer wat het was. Europa blijft voor hem de bron van het vele kwaad dat over de derde wereld is uitgestort. Nergens voelt hij zich thuis. „Je hinkt daardoor op twee gedachten.”

Isegawa was nog maar een jaar of acht in Nederland toen hij ”Abessijnse Kronieken” (1998) schreef. Het werd verwelkomd als het eerste, beste en grootste Afrikaanse epos aller tijden. In 1999 verscheen van hem ”Slangenkuil”. En nu dan ”Twee chimpansees”.

In deze autobiografisch getinte roman schetst Isegawa zijn persoonlijke verhouding tot Europa en Afrika. Hij doet dat op scherpe, zij het niet altijd even fatsoenlijke, wijze aan de hand van de ontvangst van zijn twee eerdere boeken. In ”Twee chimpansees” schetst Isegawa hoe hij als aap in een kooi wordt gevangen en naar Europa getransporteerd.

Vanachter de tralies weidt hij uit over de treurige geschiedenis van Afrika. Alle euforie ten spijt, bleek Afrika in de praktijk niet meer en niet minder dan een proeftuin voor het Westen. Uiteindelijk maakt de echte authentieke aap Paulo uit Afrika kennis met de namaakaap Paul uit Europa. „Het botert niet tussen die namaakchimp en mij.”

Versmelten
Isegawa moet eerst veel moeiten en tegenstand doorstaan om te wennen in Nederland, waar hij is terechtgekomen. „Je wordt pas echt Afrikaan in ballingschap.” Aan één ding werkt hij gestadig en dat is aan Vrouwe Literatuur. Hij wil de aard van de Europese macht kennen. „Als ik Europa kan begrijpen kan ik denk ik Afrika beter begrijpen, en dan kan ik mijn boek gaan schrijven.”

Isegawa besefte vroeg dat hij naar het Westen moest gaan om schrijver te worden. Hij zat klem tussen de Afrikaanse en de Europese identiteit en moest de andere kant van de medaille onderzoeken. Alleen als hij de Afrikaanse en de westerse wereld in zichzelf kon versmelten, zou hij weten wat hij te zeggen had.

In ”Twee chimpansees” vertelt Isegawa hoe zijn ”Abessijnse Kronieken” worden onthaald als het wonder van de twintigste eeuw. Zijn beroemdheid leidt ertoe dat hij na tien jaar teruggaat naar het land van herkomst Uganda. „Door uit Uganda weg te gaan had ik me verbonden met het grote beeld en de gedwongen confrontatie met het kleine beeld, de details van de oorlogen die mensen dagelijks uitvechten, voelde aan alsof ik een verhouding had met een vroegere geliefde. Je hinkt daardoor op twee gedachten.”

Eenzijdigheid
Als hij van Uganda terugvliegt naar Europa komen de woorden van Chinua Achebe hem in gedachten. „Het is een bijzonder vreemde speling van de geschiedenis en aardrijkskunde dat Afrika, het continent dat dichter dan enig ander bij het vasteland Europa ligt, in de Europese psychologische beleving de uiterste vorm van anders-zijn, ja de uitgesproken tegenpool van Europa is geworden. Dat komt niet door onwetendheid maar door georkestreerde verlakkerij.”

Isegawa's pennenvrucht bevat zowel waarheden als eenzijdigheden. Hij rekent genadeloos af met de wijze waarop men in het Westen omgaat met een beroemd geworden 'aap'. Wie zijn boek leest, ziet meteen de hypocrisie waar we soms met z'n allen blindelings mee bezig zijn. Anderzijds munt Isegawa uit in eenzijdigheid. Hij zoekt de oorzaak van het verlies van identiteit niet bij zichzelf of bij zijn vaderland, maar uitsluitend bij het consumerende en allesverslindende Westen met z'n namaakapen. Logisch dat het niet botert tussen de twee.