Boekrecensie

Titel: Een deur in oktober
Auteur: Koos van Zomeren

Uitgeverij: De Arbeiderspers
Amsterdam, 1999
ISBN 90 295 5843 1
Pagina's: 240
Prijs: ƒ 39,90

Recensie door Marianne Witvliet - 7 juni 2000

”Een deur in oktober” vertoont trekken van een thriller

Zinderende zinnen,
matige compositie

Koos van Zomeren heeft de smaak van thrillers weer te pakken. ”Sneeuw van Hem”, toch ook van fors formaat, is snel achterhaald door ”Een deur in oktober”. Het opvallende van deze laatste roman „met de allure van een thriller” is dat, in tegenstelling tot eerder verschenen romans of thrillers, je kunt spreken van een ”happy end”. In zoverre dat de door de hoofdpersoon vermoorde kunstenaar op de laatste bladzijden nog springlevend blijkt te zijn.

Galeriehouder W. B. Walter heeft een bloedhekel aan een van zijn beste exposanten, de kunstenaar Eddy Paas. Een bezoekster van de galerie –„ze heeft donkere ogen en dan neigt de herinnering naar bruin, maar ze zijn groen, groen met een werkje”– blijkt niet alleen geïnteresseerd in een schilderij van Paas, maar wekt tegelijk in hevige mate Walters hartstocht op.

Vooruitblikken
Dit keer verrast Van Zomeren zijn lezers met ”flashforwards”, waarin de galeriehouder op voorhand zijn te verwachten relatie met Louise Smit (wier naam Walter pas de volgende ochtend te horen krijgt), tot in zinnenstrelende finesses invult. Overigens halen deze vooruitblikken op een storende manier de vaart uit het verhaal. Net als hoofdstukken die de menukaart bevatten van een poffertjeshuis of het assortiment broodjes van een croissanterie. Net als het minimaliseren van zinnen in de trant van: „Dat kent niemand. Niemand anders. Zijn zwager niet. Ludo niet. Hij wel.” Of: „Het kan nog, dacht Walter. Het kan nog net. En het kón ook nog. Het kon nog net.”

Voordat Louise Smit het schilderij komt kopen, slaat Walter de kunstenaar Paas met een fles wijn uit het heden. Tenminste, dat denkt hij. Vervolgens gaat het erom dat Walter zich op een 'fatsoenlijke' manier van Paas' auto ontdoet. Als Louise Smit het doek komt kopen, zit W. B. Walter in zijn eigen galerie met touwen gebonden door geldschieters van Paas. Ze hebben zelfs zijn geluksdubbeltjes ontvreemd die hij in de loop van het verhaal als een Dagobert Duck her en der heeft verzameld. Paas, die in de verbeelding van Walter vermoord in de kelder ligt, blijkt intussen springlevend te zijn.

Verborgen verhaal
Tussen de bedrijven door filosofeert Van Zomeren over de wezenlijke zaken van het leven. „God verklaart niets. God helpt niet. Of laat ik het zo zeggen: Als God helpt, helpt een stevige wandeling ook.” Van Zomerens ge- en misbruik van Gods naam stoort in hevige mate. Zijn zorg over de verloedering van ons landschap heeft daarentegen zeggingskracht.

Het uiteindelijke, enigszins verborgen verhaal is mijns inziens minder sterk dan veel van de tussenliggende beschouwingen van Van Zomeren zelf of zijn hoofdrolspelers. ”Een deur in oktober” bevat te veel losse onderdelen om het als een harmonieus kunstwerk te classificeren.