Boekrecensie

Titel: Bernardus Smijtegelt, dienstknecht van God
Auteur: S. D. Post

Uitgeverij: Den Hertog
Houten, 2001
ISBN 90 331 15220
Pagina's: 201
Prijs: ƒ 38,50

Recensie door dr. H. Florijn - 9 mei 2001

„Evenwichtig verhaal” over achttiende-eeuwse volksprediker

Barent werd Bernardus Smijtegelt

Barent Smijtegelt was de naam, aldus de inschrijving in het doopboek van de gemeente van Goes. Later werd het Bernardus. Waarom eigenlijk? Er is toch niets mis met de naam Barent? Die gaf aan dat het kind vernoemd was naar een oudoom, Barend Langenes geheten, een in zijn tijd niet onvermaard persoon. Hij zette zijn handtekening in de eerste Statenbijbels om aan te geven dat het authentieke exemplaren waren. Bernardus Smijtegelt dus. Met zijn biografie wil dr. S. D. Post, om het in zijn eigen woorden te zeggen, „een evenwichtig verhaal brengen over deze achttiende-eeuwse volksprediker.”

Smijtegelt werd misschien wel de bekendste vertegenwoordiger van de Nadere Reformatie, een man die vele geschriften op zijn naam heeft staan. Een grote oogst aan preken, waarvan er echter niet één door hem zelf werd uitgeschreven. Al die honderden leerredenen werden door hoorders opgenomen en zagen pas na zijn overlijden het licht. Ze worden nog steeds herdrukt en dat is opvallend. Het wijst erop dat deze predikant iets te zeggen moet hebben gehad.

Post heeft in zijn boek geprobeerd in kaart te brengen wat dat was. Eerst staat hij daartoe stil bij Smijtegelts afkomst, daarna bij de studie in Utrecht vanaf 1683, zijn ambtsperiode te Borssele van 1689 tot 1692, zijn werk als predikant te Goes tot 1695 en dat te Middelburg, waar hij tot zijn dood in 1739 zou blijven, de laatste vier jaar als emeritus predikant. Het boek besluit met bijlagen over Smijtegelts naam en uiterlijk, de genealogie van zijn familie en een (niet volledige) verantwoording van de literatuur.

Politiek
De bekende gegevens over Smijtegelts leven zijn door Post verwerkt, zoals de gebeurtenis rond het Smijtegeltbruggetje, waar de predikant door engelen beschermd zou zijn tegen overvallers. Maar ook vele onbekende feiten kregen een plaats in het boek. Gedacht kan worden aan het verhaal over de strubbelingen in politiek en kerkelijk Middelburg, waar zogenaamde 'vriendschappen' in de kerkenraad ware machtsblokken bleken te zijn. Met dat alles wordt van het leven van Smijtegelt een vrij compleet beeld geboden.

Ook bij Smijtegelts tijd staat de schrijver uitvoerig stil. Veel heeft Post daarbij aangehaald uit de bundels van Smijtegelt zelf. Terecht, want inderdaad kom je in de leerredenen veel tegen over de eigen dagen van de predikant. Deze hield zijn mening niet voor zich: over allerlei politieke kuiperijen, factievorming in de kerkenraad, de zondagsheiliging en de veepest sprak hij zich uit. Volgens Post openbaarde zich juist hierin het eigene van de achttiende-eeuwer: „De kracht van Smijtegelt zit hem niet in de manier waarop hij de theologie bedreef, maar in de wijze waarop hij het gewone volk aan zich wist te binden. Hij trok met een machtige zwaai van zijn arm het hele dagelijkse leven zijn preken binnen.”

Bevindelijk
Gedeeltelijk is dit waar. Smijtegelts actualiseren deed zeker vroeger mensen bij hem kerken, maar hoe is dat nu? Is het tegenwoordig niet vooral Smijtegelts bevindelijke spreken dat ervoor zorgt dat zijn geschriften nog steeds uitgegeven worden en lezers vinden, vooral onder de bevindelijk gereformeerden? Post zal dat niet ontkennen, integendeel, hij heeft er meer dan eens op gewezen dat ook de geestelijke inhoud van de leerredenen velen heeft geboeid. Vandaar dan ook dat hij in zijn boek bepaalde theologische thema's heeft weergegeven.

Tot een beschrijving van de theologie van Smijtegelt is hij echter niet gekomen. Waarom niet? In zijn ”Ten geleide” lezen we: „Zijn bekendheid kan Smijtegelt niet gekregen hebben doordat hij een belangrijke bijdrage leverde aan de theologie van de Nadere Reformatie.” Is dat zo? Ik weet het niet. Wie de bundels doorneemt, merkt dat achter de preken een indrukwekkend theologisch stelsel ligt, een stelsel waarover toch meer te zeggen is dan nu gebeurt. Smijtegelts theologie was misschien geen origineel systeem, en mogelijk zeer gepopulariseerd, maar onmiskenbaar was het geheel eigen en diep doorleefd.

Autoriteit
Was het dan niet de moeite waard daar wat meer over te schrijven? Want dit is het toch wat juist veel latere lezers heeft aangesproken, ik denk aan de ledeboerianen, voor wie Smijtegelt zonder meer een autoriteit was, en aan anderen. Over wat deze latere generaties in Smijtegelt hebben gewaardeerd zwijgt Post geheel. Wel begrijpelijk, want het is eigenlijk stof voor een apart onderzoek, maar aan de andere kant, zij hadden hem meer zicht kunnen geven op met name de theologische inhoud van Smijtegelts werk.

Het is de enige kanttekening die ik heb bij dit goede boek over die bijzondere predikant. Je kunt niets dan lof hebben voor de wijze waarop Post Smijtegelts leven en tijd heeft beschreven. Veel kan men uit deze biografie opsteken over die merkwaardige achttiende-eeuwse ”dienstknecht van God”, wiens naam bijna een begrip is geworden.