Boekrecensie

Titel: Het treffelijkste werk. Uit het leven van ds. C. Smits
Auteur: J. M. Vermeulen

Uitgeverij: De Groot Goudriaan
Kampen, 2000
ISBN 90 6140 747 8
Pagina's: 304
Prijs: ƒ 45,00

Recensie door ds. M. Vlietstra - 24 januari 2001

Ds. C. Smits kon maar moeilijk in kerkelijk gareel lopen

Preken in
schuren en stallen

De christelijke gereformeerde, later oud gereformeerde dominee C. Smits preekte in schuren, autogarages, koestallen en op delen. Waarom? „Niet omdat ze enige kerkelijke kleur hadden. Maar omdat er nog een volk was dat de waarheid beminde.” Het keurig uitgegeven boek ”Het treffelijkste werk” beschrijft in chronologische volgorde zijn leven.

Ds. C. Smits was van 1932 tot 1971 predikant van de Christelijke Gereformeerde kerken en vanaf 1971 tot zijn overlijden in 1994 predikant van de oud gereformeerde gemeente van Hardinxveld-Giessendam. De schrijver mocht gebruikmaken van veel materiaal uit het persoonlijk archief van ds. Smits, dat, gelet op de vele details, van een behoorlijke omvang moet zijn geweest. Meer dan 140 foto's verfraaien het boek, dat het zesde deel vormt van een serie biografieën van oud gereformeerde predikanten. Tal van kernachtige uitspraken van deze markante dienaar des Woords zijn omlijnd afgedrukt.

De titel is gekozen uit 1 Timótheüs 3:1: „Zo iemand tot eens opzieners ambt lust heeft, die begeert een treffelijk werk.” Vele jaren heeft ds. Smits dat treffelijk(st)e werk mogen verrichten. Van emeritaat moest hij niets hebben. Als Verbi Divini Minister –dienaar des goddelijken Woords– heeft hij in zijn lange leven vele duizenden malen dat Woord mogen bedienen. Vaak vier, soms zes keer per week. En zijn gemeente was groot. Die bleef niet beperkt tot de plaatselijke gemeentes die hij gediend heeft: Nieuwpoort, Sliedrecht-Centrum (3x), Dordrecht, Driebergen, Grand Rapids, Clifton en Hardinxveld-Giessendam. Zelf zei hij bij zijn afscheid van Sliedrecht in 1969: „Ik heb op zoveel plaatsen gepreekt, dat ik wel eens gezegd heb: mijn gemeente ligt door het hele land heen. Ik heb gepreekt in schuren, in autogarages, in koestallen bij het vee, op delen enzovoorts. En daar ging ik dan preken. Waarom? Niet omdat ze enige kerkelijke kleur hadden. Maar omdat er nog een volk was dat de waarheid beminde. En omdat ik de waarheid daar kwijt kon.”

Authentiek
Ds. Smits kon maar moeilijk in een kerkelijk gareel lopen. Het kerkverband zei hem niet zo veel. Zijn overgang vanuit Clifton naar de oud gereformeerde gemeente van Giessendam zag hij dan ook allerminst als scheurmakerij, waarvan hij door sommigen beticht werd. Een band die er in feite niet was, kon hij moeilijk verscheuren. Tijdens zijn intrededienst in Giessendam zei hij onder andere het volgende: „Ik wil ook een woord spreken tot de plaatselijke kerken, die hier afgevaardigd zijn. 'k Heb al in mijn predikatie gezegd: Kerken en kerken; er zijn zo veel kerkmuren. We moeten ons maar nooit op de borst slaan en zeggen: dat is de kerk! Echt niet mensen, want dan zijn we er naast. We hebben de Koning der kerk persoonlijk nodig voor onze ziel op weg naar de eeuwigheid.”

Ik denk dat niemand die ds. Smits gekend heeft, zijn oprechtheid en gedrevenheid om die Koning en Zijn Woord en dienst aan te prijzen in twijfel zal trekken. Hij was authentiek, geen naprater en geen vroomprater. Hij was wel impulsief, en dan kon hij de dingen soms erg ongenuanceerd zeggen. Zo kon het voorkomen dat hij 's morgens een ingrijpend en vérstrekkend besluit nam en bekendmaakte, waarop hij bij nadere overweging nog dezelfde dag terugkwam.

Het mooie, het eigene van dit boek is dat de schrijver gedurig ds. Smits zelf laat spreken. Hier dan nog een citaat uit de reeds bovengenoemde afscheidspreek: „Er is wel eens gezegd: hij is zo hard, en hij is dit en hij is dat, en ik begrijp die dominee niet. Dan heb ik wel eens gezegd: nou mensen, dat mocht je maar voor de Heere brengen. Want ik spreek niet in het Frans hoor. Ik heb altijd plat Nederlands gesproken. Ja, ik heb ook geen hoge stadhuiswoorden gebruikt. Want dat zint mij ook helemaal niet. Nee, maar ik heb getracht de waarheid Gods te brengen. En dat wil niet zeggen dat ik mijzelf op de borst kan slaan. Allerminst! Maar als ik voor God kom, dan zeg ik: o God, hoe kan ik bestaan als het eeuwigheid wordt. Dan heb ik zo nodig het verzoenende bloed van de dierbare Christus.”

O ja, Christus was ds. Smits dierbaar geworden. In welke weg? Ook dat wordt in dit boek –en dan weer met zijn eigen woorden– helder beschreven.

Boodschap
Hij had dan ook een boodschap: Jezus Christus, en Dien gekruisigd; een rijke Christus voor een gans ontledigde zondaar! En hij heeft zich beijverd om die boodschap uit te dragen. In al zijn ambtelijke arbeid, in zijn uitgesproken en uitgegeven preken, in zijn inzet voor de Mbuma-zending, terwijl hij ook op politiek terrein opkwam voor Gods rechten – hij was gedurende enkele jaren lid van de Eerste Kamer voor de SGP.

Zouden we niet meer kritische opmerkingen kunnen maken over de persoon en het werk van ds. Smits? O zeker wel. En zijn zwakke kanten worden in dit boek ook niet verdoezeld. Maar wat zouden wij daar verder over zeggen, waar hijzelf zo goed geleerd had alleen te kunnen leven van Gods vergevende liefde in Christus, terwijl hij op zijn sterfbed nog verzuchtte: „Genade, genade.”

Voor wie ds. Smits heeft gekend is hij in deze biografie heel herkenbaar. De bibliografie toont duidelijk aan dat de schrijver het zichzelf niet gemakkelijk heeft gemaakt. Wel had er nog een preek aan dit boek mogen worden toegevoegd, wat mij betreft. Daarin lag toch vooral de kracht van de beschreven predikant.