Boekrecensie

Titel: Wanneer ik voor U kniel. Rondom de eredienst (207 gereformeerde gemeenten op zes werelddelen anno Domini 2000), deel 1
Redactie: ds. C. de Jongste, K. Luters en S. Maljaars

Uitgeverij: kerkenraad geref. gemeente Tholen
(Postbus 28, 4690 AA Tholen)
Pagina's: 196
Prijs: ƒ 57,50.
(deel 2 verschijnt over een halfjaar en kost bij intekening ƒ 49,50)

Recensie door J. van 't Hul - 22 november 2000

In Tholen gaat
de TH1 te water

In Tholen wordt zaterdag de TH1 te water gelaten. De TH1 –deel 2 is in de maak– heeft een imposante vracht aan boord, informatie en fotomateriaal van gereformeerde gemeenten in zes werelddelen, geflankeerd door meditaties over alle psalmen en een uitgebreide verhandeling over de eredienst. De officiële boektitel van TH1 is ”Wanneer ik voor U kniel. Rondom de eredienst”. Op de Thoolse werf is er wel wat moois van gemaakt. We wensen de TH1 alvast, met de kruisvlag hoog in top, behouden vaart.

De gereformeerde gemeente van Tholen gaat een nieuwe kerk bouwen. Om dat project financieel in de vaart te krijgen, brengt de kerkenraad van Tholen een tweedelige boekenserie op de markt waarin alle 207 gemeenten van het kerkverband een plaats krijgen. De opbrengst ervan komt ten goede aan de nieuwe Rehobothkerk, waarvoor begin volgend jaar de eerste schop in de grond zal gaan. Zaterdag verschijnt TH1 (bootaanduiding in de Thoolse visserij). In de redactiecommissie zitten ds. C. de Jongste en zijn ouderlingen K. Luters en S. Maljaars.

TH1 (Aagtekerke tot Marknesse) en TH2 (Meeuwen tot Zwolle) tellen straks samen 428 kleurrijke bladzijden op A4-formaat. Op de omslag prijken het huidige kerkexterieur van Tholen, het Flentrop-orgel in Sioux Centre (VS), het kerkinterieur van Loma Alta (Bolivia), gemeenteleden voor de kerk in Oswanka (Nigeria), de kerkenraad van Bomale (Irian Jaya) en de kansel van Carterton (Nieuw-Zeeland).

Vier thema's
”Wanneer ik voor U kniel” is een behoedzaam uitgeknobbeld project dat uiteenvalt in vier thema's. Het eerste deel staat in het teken van ”Waar wij kerken”. Dit is illustratief van karakter en biedt daarbij korte kerkelijke gegevens over alle 207 gereformeerde gemeenten (inclusief gemeenten waarmee een correspondentieband bestaat of die uit het zendingswerk zijn voortgekomen) in Europa (Nederland en België), Noord-Amerika (Verenigde Staten en Canada), Zuid-Amerika (Bolivia), Afrika (Nigeria en Zuid-Afrika), Azië (Irian Jaya) en Australië (Nieuw-Zeeland).

Kerken zijn er in de Gereformeerde Gemeenten in soorten. Van het vertederende schuurkerkje in Andijk tot de immense zaal in Barneveld en van het houten Bethlehem-gebouwtje in Bomela tot een eigentijdse Petrakerk in Kapelle-Biezelinge. Van alle kerkgebouwen is er een foto van in- en exterieur afgedrukt, evenals een foto van (bijna) alle kerkenraden. Al die kerkenraadsportretten overziende, zou er alleen al over de Nederlandse situatie nog eens een milde gedachtewisseling kunnen ontstaan over een zinnetje (in het tekstdeel over de eredienst, blz. 185) als: „De kerkenraad. We herkennen hen aan de ambtskleding.”

Instructief
Het tweede deel staat onder de noemer van ”Hoe wij samenkomen”. Deze verhandeling van de Thoolse pastor ds. C. de Jongste biedt een uitvoerige uiteenzetting over de eredienst in al zijn facetten en is meer instructief van karakter. Liturgische handelingen worden hier toegelicht, uitgelegd en ingeleid met een bezinnend hoofdstuk over de zondag als Gods dag. „Is het niet verdrietig dat dienaangaande zelfs in de gereformeerde gezindte wankeling openbaar komt?” Aangaande het gebruik van eigen vervoermiddelen op zondag verwijst de auteur naar Voetius, die het vervoermiddel ten dienste zag staan van de kerkgang en naar ds. G. H. Kersten die kerkgang mét particulier vervoermiddel hoger aanschreef dan thuis te zitten. Mensen die een rolstoelgebruiker zondags liever thuis zien blijven en liever door de week dopen dan op zondag gebruik te maken van een kinderwagen, roepen een wrevelig onbegrip van de Thoolse prediker over zich af.

Deze artikelenreeks over de eredienst biedt vele zinvolle notities over in- en exterieur van het kerkgebouw, over de locatie van ons bedehuis („een bedehuis behoort binnen de bebouwde kom te liggen”), over architectuur en bouwstijlen, liturgisch centrum en luidklokken en over zeer uiteenlopende orgels en sobere gemeentezang. Met betrekking tot dat laatste thema beweegt de auteur zich wat tussen wetenschappelijk-objectieve informatie en tamelijk subjectieve en persoonlijke mijmeringen, zoals „bijregistreren of moduleren, kan dat tussen of zelfs binnen psalmverzen? De inhoud moet daartoe aanleiding geven.”

Axelaars en Boskopers
Deel 3 gaat over ”Wat wij horen”, wat wordt uitgewerkt in meditaties over de Psalmen, geschreven door alle predikanten, emeritus dienaren, evangelisten, twee kandidaten en een lerend ouderling. Het mag wel een prestatie heten dat zo'n klus geklaard is! De meditaties kunnen gedurende een halfjaar lang als dagboek worden gelezen. Veel van deze overdenkingen zijn als brief aan elk van de 207 gemeenten afzonderlijk geadresseerd, voorzien van datum, groet en handtekening van de schrijver. Dat levert hier en daar aardige aanspraken op, in de zin van ”Vrienden in Holland” (aan Andijk), ”ver en klein Artesia”, ”Axelaars”, ”Boskopers” „Gemeente van Ledeboer” (aan Benthuizen), „onbekende Amerikanen overzee” (aan Franklin Lakes) en aan de „kleine gemeente van Lemmer, in het gewest van mijn geboorte”, ondertekend door ds. E. Venema.

Het vierde deel van dit project (”Wie ons dienen”) biedt foto's, namen, ambten en jaartallen. De diverse bijdragen aan dit boek komen uit het wereldwijde geheel van het kerkverband, maar zijn ook bestémd voor al deze 207 gemeenten. Daarom wordt deze publicatie zaterdag „in broederlijke verbondenheid” aan de gemeenten opgedragen in de vertegenwoordigende personen van ds. J. J. van Eckeveld (voorzitter van de laatstgehouden Nederlandse generale synode en voorzitter van het deputaatschap voor de zending), ds. M. J. van Gelder (voorzitter van het deputaatschap voor de evangelisatie), ds. L. Blok (voorzitter van het deputaatschap voor de buitenlandse kerken) en ds. A. F. Honkoop (voorzitter van het curatorium van de Theologische School).

Mammoet
Op de Thoolse scheepswerf is met TH1 in elk geval een mammoetproject geklaard. Daarmee is niet te veel gezegd. Liefhebbers van de kleine kerkhistorie zijn hiermee vele uren zoet. Voor de hand ligt dat er tijdens de voorbereidingsperiode veranderingen optraden die niet in alle gevallen meer tijdig verwerkt konden worden. Er overleden enkele ambtsdragers. Enkele gemeenten werden samengevoegd of gesplitst, er zijn ook gemeenten die voorgoed hun deuren moesten sluiten. Predikanten wisselden van standplaats. Eén van de auteurs beleefde de verschijning van dit eerste deel niet: ds. K. de Gier, oud-rector van de Theologische School. Met de ondertekening van zijn bijdrage (de meditatie over Psalm 47:6) verrichtte hij de laatste tastbare werkzaamheid voor zijn kerkverband.