Boekrecensie

Titel: Luther-Bulletin. Jaargang 8, 1999
Pagina's: 96
Prijs: ƒ 27,50
Abonnementenadministratie: Tormentil 70, 8265 DP Kampen

Recensie door drs. K. Exalto - 23 februari 2000

Luther zag boetvaardigheid als middel tegen dreiging Turken

Ziek, omdat de islam overwon

Sinds 1991 verschijnt elk jaar een Luther-Bulletin, met als onderschrift ”Tijdschrift voor interconfessioneel Lutheronderzoek”. De vier bijdragen in het nummer van 1999 cirkelen alle rondom de millenniumwende. Uit de bundel blijkt onder meer Luthers bezorgdheid over de opmars van de islam. Toen de Turken in 1529 weer eens een overwinning hadden behaald, werd hij er ziek van.

Oswald Bayer, hoogleraar te Tübingen, opent de bundel met een artikel over ”De actualiteit van Luther”. Luther stond, aldus Bayer, op „het breukvlak der tijden.” Hij bedoelt daarmee niet alleen dat in Luther Middeleeuwen en nieuwe tijd elkaar raakten, maar nog veel meer dat Luther de strijd kende tussen de oude mens en de oude wereld en de nieuwe mens en de nieuwe wereld. Luthers geloofsleven was eschatologisch van aard. Hij geloofde dat aan Christus de eindoverwinning is.

Islam
De tweede (Engelse) bijdrage, geschreven door de Amerikaanse hoogleraar Gregory J. Miller, gaat over Luthers benadering van de islam. Ook oude medestanders en volgelingen van Luther, als Melanchthon, Amsdorf, Justus Jonas, Osiander en Veit Dietrich zijn in dit onderzoek betrokken. Het artikel gaat dus niet alleen over Luther, wel over hem het meest. Niet minder dan drie geschriften heeft Luther tegen de Turken geschreven. Moslims waren voor hem en de zijnen de Turken, andere moslims kenden zij niet. Wat zij over de Turken schreven, was hoogst actueel. Herhaaldelijk werd in hun tijd West-Europa door de Turken bedreigd. Grote delen van Oost-Europa waren door de legers van sultan Soliman II onder de voet gelopen. Luther trok zich dit heel sterk aan.

Bij Luther en de zijnen vindt men, vergeleken bij de middeleeuwse auteurs over de Turken en de islam, een geheel eigen benadering. Zij zochten niet zoals hun middeleeuwse voorgangers hun kracht in een uiterst negatieve beschrijving van de persoon van Mohammed, al namen zij hem bij tijden wel op de korrel. Het ging hun er ook niet om een soort kruistocht te propageren, zoals een paar eeuwen tevoren bijvoorbeeld Bernard van Clairveaux had gedaan.

Geen kruistocht
Hun verweer tegen de islam droeg voornamelijk een geestelijk karakter. De militaire overwinningen van de Turken zagen zij als een gevolg van de dwalingen en zonden in de christenheid. God is vertoornd! Er is dan ook maar één doeltreffend middel om het onheil dat van de kant van de Turken dreigt, af te wenden: boetvaardigheid en levensverbetering. Dus geen kruistocht! Kruistochten vonden steeds plaats op aandrang van de paus, en werden beloond met aflaat. Luther schreef: „Als ik soldaat was en ik zag in het leger ergens een kruisbanier of crucifix, dan liep ik hard weg.”

Niet álle militair verweer was hiermee uitgesloten. Luther ondersteunde de oproep van Karel V tot een strijd tegen de Turken. Maar dan als een geheel wéreldlijke aangelegenheid, tot eigen verdediging. Met de kruistochtidee heeft Luther gebroken.

Dat Luther de islam als religie heeft afgewezen, zal duidelijk zijn. Hier wordt Christus niet gekend en gediend als onze enige Verlosser en Zaligmaker. Hier zoekt men, evenals in het pausdom, behouden te worden door bidden, vasten en allerlei ceremoniën, dat wil zeggen: door werken. God zal eenmaal, zo geloofde Luther, met de islam afrekenen, en dan is er het laatste oordeel. Ziehier in het kort wat men in het artikel van prof. Miller veel uitvoeriger en rijk gedocumenteerd kan terugvinden.

Klein lied
De derde bijdrage is een Duits artikel van ”Privat-dozent” Wichman von Meding. Het gaat over Luthers berijming van de Lofzang van Simeon. Luther zag daarin een confrontatie tussen Christus en de dood, die eenmaal door Hem tenietgedaan zal worden. Een klein lied maar met een rijke boodschap voor de toekomst.

De vierde en laatste bijdrage is van de hand van een Nederlander, dr. K. Zwanepol, rector van het evangelisch-luthers seminarie in Amsterdam. Zij gaat over Luthers verzoeningsleer. Al in het oudere Lutheronderzoek was dit een gevoelig thema. De conclusie van Zwanepol is dat in Luthers verzoeningsleer ook de ”placatio dei” (het verzoend wórden van God) wezenlijk is. Mijn advies is: Daar moeten wij het maar bij houden! Met God door God verzoend te zijn, door de dood van Christus, is het enige troostvolle perspectief voor de toekomst, dus ook rondom de millenniumwende.