Boekrecensie

Titel: Veertien dagen op een ijsschots
Auteur: S. Abramsz

Uitgeverij: Den Hertog
Houten, 2000
ISBN 90 331 1486 0
Pagina's: 140
Prijs: ƒ 17,50

Recensie door Herma Tramper-van Helden - 9 januari 2001

Verblijf op
een ijsschots

Veertien dagen lang zaten ze op een ijsschots in de Zuiderzee. In het ijskoude weer leden visser Klaas Bording en zijn twee zoons Klaas en Jaap grote ontberingen. Het waargebeurde verhaal dateert van 1898 en werd in de loop der jaren in diverse edities geboekstaafd. Uitgeverij Den Hertog voegde in 2000 een uitgave aan de reeks toe.

„We drijven! Het ijs schuift tegen de stok aan!” De ontdekking van Klaas jr. brengt de drie mannen op het ijs van de Zuiderzee tot grote ontzetting. Het is het begin van een barre en angstige geschiedenis. Wie het leest, komt onder de indruk van de nood waarin de vader met zijn jongens moet hebben verkeerd.

Het drietal was op het ijs gegaan om vis te vangen door bijten te slaan in de ijsvloer. Na een goede vangst kwamen ze er echter achter dat het ijs door de dooi was losgeraakt van de wal. Er volgden veertien bange dagen, waarin de mannen leefden tussen hoop en vrees. Het vooruitzicht was somber, de dood stond hun voor ogen. Dat maakte de vader op een moment zelfs radeloos.

Onverwachts kwam de redding. De ijsschots was inmiddels drastisch geslonken. Het drietal mocht naar huis, waar Klaas alsnog stierf. Ook vader bezweek aan de gevolgen van de koude en honger.

Verschillende keren lezen we dat vader bidt en dat moeder haar handen vouwt. Maar weinig lezen we van de worstelingen bij het naderen van de dood. Er wordt niet over gesproken. Dat is toch wel een teleurstellend aspect van het overigens indrukwekkende boek.