De beplanting in droomtuinen

„Gebruik het gezonde verstand. Ga vooral eens kijken in de tuinen in de directe omgeving. Welke planten doen het goed, welke slecht. U hoeft immers niet opnieuw het wiel uit te vinden...”

Colborn inspireert lezers door in ”Droomtuinen” creatief en met een no-nonsense-houding de beplanting onder de loep te nemen. ”Droomtuinen” is overigens een misleidende titel. Complete tuinen krijgt de lezer nauwelijks te zien, wel veel fragmenten en originele ideeën voor planten- en kleurencombinaties, al of niet op gecompliceerde stukjes grond.

De sterke kant van Colborn is zijn aandacht voor plekken in de tuin die nogal eens over het hoofd worden gezien, zoals de relatief gortdroge en schrale plantspiegels aan de voet van grote bomen. Deze onderste groene etage van de tuin is een van de onderwerpen waarmee de auteur ”Droomtuinen” onderscheidt van het doorsnee tuinboek. De verticale tuin, waarbij klimplanten en muurheesters of planten die uit de muur groeien op ooghoogte de zintuigen in verrukking brengen, is evenmin alledaags. De moestuin –potager– heeft de uitstraling van een siertuin, met suikermaïs, snijbiet en pompoen, gevangen in geschoren blokhagen van buxus. Ook daar zijn het de details die het hem doen, zoals een rustieke boog van gevlochten hazelaarstwijgen voor de pronkerwt. Het is een greep uit onderwerpen als ”aromatische grindtuin”, ”bladeren als centraal thema”, ”voorjaarsarrangementen” of ”een bloemenweide”.

De lezer ontkomt niet aan de omslachtige zinnen en de kunst van Colborn in veel woorden weinig te zeggen. Niettemin biedt dit boek interessante informatie en is de sleutel voor het succes van combineren, creëren en stoeien met kleuren en plantencombinaties tussen de bladzijden te vinden.