Boekrecensie

Titel: Rijk blijven. Het ijzersterke verhaal van 4 eeuwen Nederlandse rente en aandelen
Auteur: Martien van Winden

Uitgeverij: Balans
Amsterdam, 2000
ISBN 90 5018 538 X
Pagina's: 175
Prijs: ƒ 32,50

Recensie door Bea Versteeg - 6 december 2000

De euro als bedreiging
voor de rijkdom

Rijk worden is een kunst. Het blijven nog een veel grotere. Familiekapitalen, met veel spaarzaamheid opgebouwd, kunnen door een kwistige erfgenaam als sneeuw voor de zon verdwijnen. Wat voor de familie geldt, is ook van toepassing op de materiële welvaart van een land. Hoe dit op Nederland van toepassing is, wordt geschetst in ”Rijk blijven”.

Nederland is een rijk land. De welvaart is echter geen vanzelfsprekendheid. Zij wordt bedreigd. Waardoor? Een oorlog? Nee. De belager is onder ons. Sterker nog, wij hebben ons zelf aan hem overgeleverd. De naam? Euro. De Europese eenheidsmunt zal ons dwingen onze rijkdom op te geven. Op het moment dat dit gebeurt, treedt Nederland uit de Europese Monetaire Unie (EMU) en zal het de gulden herinvoeren.

Het lijkt vooralsnog een onwerkelijk perspectief. De economisch historicus Martien van Winden is er niettemin van overtuigd dat het zal gebeuren. Hij schetst het uittreedscenario in ”Rijk blijven”. Van Winden, in het dagelijks leven adjunct-directeur Securities bij Theodoor Gilissen Bankiers, meent dat het uittreden uit de EMU verplicht is. Het stelt de moeizaam door onze voorouders opgebouwde rijkdom veilig en zorgt ervoor dat deze in stand blijft voor onze kinderen.

De huidige lage eurokoers is niet de basis voor Van Windens oordeel. Het is de relatieve armoede van de andere EMU-landen. Die zal in alle hevigheid naar buiten komen in 2010. In dat jaar gaat de naoorlogse generatie massaal met pensioen. In Duitsland, Italië en Frankrijk is daar onvoldoende geld voor gereserveerd. In Frankrijk bedraagt de pensioenreserve per inwoner 1600 dollar (ruim 4000 gulden). In Nederland is dat 32.200 dollar (ruim 80.000 gulden).

Oude dag
Het verschil is het gevolg van de manier waarop in de diverse landen voor de oude dag geld opzijgezet wordt. In landen zoals Duitsland, Frankrijk en Italië brengen de werkenden de AOW op voor de ouderen. In Nederland is dat maar voor een deel het geval. Het grootste deel bestaat uit pensioenen die de ouderen tijdens hun werkzame leven via een pensioenpremie hebben opgebouwd.

Van Winden voorziet dat deze zwakke economieën door de financiering van hun pensioenen in grote problemen zullen komen. Die vragen om draconische maatregelen waarop niemand zit te wachten. Het gevolg is dat ze een begerig oog zullen laten vallen op de Nederlandse vetpotten. Een extra belastingmaatregel hier zou de zwakke broeders uit de misère helpen.

Zover ziet Van Winden het niet komen. Op dat moment treedt Nederland gewoon uit de EMU en omarmt het weer de harde gulden. Hij verwijst daarbij naar de geschiedenis. De invoering van de tiende penning door de hertog van Alva in 1569 was in zijn ogen een van de redenen waarom de Nederlanden in opstand kwamen. Op deze stelling valt wel iets af te dingen. Zo begon de Tachtigjarige Oorlog een jaar eerder. Het is wel een feit dat de Nederlander vooral in actie komt als hij in zijn portemonnee geraakt wordt.

Dollar
In zijn schets van de opbouw van de Nederlandse rijkdom laat Van Winden geen misverstand bestaan over zijn mening over de euro. Voor die munt had Nederland zijn harde gulden nooit mogen opgeven. Als er een ander betalingsmiddel had moeten komen, dan had dat de dollar moeten zijn.