Binnenland 15 oktober 1999

Man hield er „harde methode op na”

Eis: 28 maanden voor
dreigers incassobureau

DEN BOSCH – Een incassobureau op je dak krijgen is vervelend. Maar meer dan 4250 telefoontjes in twee maanden en varkenskoppen in je tuin en op je auto, dat gaat wel erg ver om een wanbetaler tot inlossing van zijn schuld te dwingen.

Bij de rechtbank in Den Bosch zei officier van justitie mr. P. Muijen gisteren dat de twee verdachten die terechtstonden voor „dwang” en voor pogingen tot afpersing via een incassobureau, de grenzen ver hadden overschreden. Hij eiste tegen de 34-jarige M. P. uit Leeuwarden 28 maanden gevangenisstraf en tegen de 42-jarige H. A. uit Stiens 24 maanden.

De ten laste gelegde zaken, waarbij het ging om bedragen van 2100 tot 200.000 gulden, speelden onder meer in Valkenswaard, Purmerend, Baarn en Zuidlaren. Het incassobureau van P. probeerde de al dan niet terechte claims te innen en zou daarvan volgens justitie 50 procent opstrijken.

De oudste verdachte hield vol dat hij met zijn accountantskantoor slechts de administratie voor P. verrichtte, hem soms hielp bij het opstellen van moeilijke brieven en af en toe bemiddelde bij een betalingsvoorstel. Hij had niets te maken met de telefoontjes dag en nacht met door de aangevers als heel bedreigend ervaren teksten als: „Sukkel, ik hak je kop eraf.”

Ook wist hij niets van her en der verspreide varkenskoppen of geschilderde scheldwoorden op puien. Toen hij ontdekte dat P. pamfletten verspreidde in de woonbuurten van slachtoffers waarop zij voor iedereen waarneembaar tot betaling werden gemaand, had hij zich daarvan gedistantieerd.

A. ontkende ook dat hij wel eens had gezegd als een bemiddelingspoging mislukte: „Tja, dan begint de P.-terreur weer”. Hij had het eenvoudig gelaten bij de opmerking dat hij de zaak dan aan P. zou teruggeven. Hij erkende wel dat P. er „harde maar effectieve methoden op nahield.” Hij wees de rechtbank erop dat wanbetalers vaak grage betalers worden als zij bijvoorbeeld een auto met het logo ”incassobureau” voor de deur van woning of bedrijf kregen.

Bedrijfsleven
De jongste zei dat hij sinds vijf jaar met zijn incassobureau Money Protection „op geoorloofde wijze” ten strijde trok tegen de duizenden wanbetalers die zijns inziens het bedrijfsleven verzieken. Justitie hield hun niet alleen de hand boven het hoofd, maar probeerde hemzelf en zijn bureau te criminaliseren. „Tot dusverre vergeefs, want ik ben steeds vrijgesproken.” Maar wel is zijn bedrijf failliet gegaan door de voorlopige hechtenis. Het accountantsbureau van A. bestaat nog, mede omdat zijn voorlopige hechtenis een maand geleden is geschorst.

De rechtbank doet uitspraak op 24 oktober.