Binnenland 25 maart 1999

Zie ook: Apothekers naar de rechter

„Apotheker is geen zakkenvuller”

Door G. Wolvers
ARNHEM – Beheerst kwaad is hij. En hij voelt zich in zijn persoonlijke integriteit aangetast. „Als ze tegen me zeggen dat ik een onrendabele bedrijfsvoering heb of niet goed leidinggeef, mag dat, als dat zo is. Maar ik ben géén zakkenvuller. Dat vind ik een stoot onder de gordel.”

Jard Baljet is apotheker in Arnhem-Noord, op de grens van de arbeiderswijk Geitenkamp en de villawijk Paasberg. Nog wel. Als minister Borst van Volksgezondheid volhardt in haar voorgenomen korting van de apothekers met in totaal 375 miljoen gulden, gaat Baljet failliet. Op de valreep van de afbetaling van de laatste financiële lasten die hem resten na het overnemen van de apotheek van zijn vader. Toen moest hij ook een niet-geringe som aan goodwill betalen, een bedrag voor de goede naam die zijn voorganger opbouwde.

Minister Borst wil de bonussen en kortingen die apothekers krijgen van de geneesmiddelenindustrie afschaffen. Zij, en met haar de meeste politici, willen niet dat de 'pillendraaiers' dat geld in hun eigen zak steken, maar ten goede laten komen aan de patiënt. Onder de gordel, noemt Baljet dat verwijt. „Wellicht is dit gedrag door jaloezie gestimuleerd.”

De geneesmiddelenverstrekker heeft die extraatjes namelijk hard nodig om rond te komen. Hij mag 11,20 gulden berekenen voor één verstrekt recept, zo'n 3 gulden onder de prijs die nodig is om zijn zorgbedrijf draaiend te houden. Baljet wil zijn bonussen meteen inleveren. „Als ik maar genoeg krijg voor een normale bedrijfsvoering.”

Beetje getikt
De Arnhemse apotheker is zo kwaad op de politici dat hij zijn eigen financiële situatie naar buiten brengt en desnoods persoonlijk aan hen wil voorleggen. Het heeft hem 1,5 maand gekost zijn geldzaken op een rij te zetten. „Je moet een beetje getikt zijn om dit te doen. Maar je moet de leugen bestrijden door de waarheid te vertellen.”

Die luidt als volgt. De omzet van de apotheek bedraagt over 1997 krap 5 miljoen gulden. Van de brutowinst van 1,2 miljoen gaat de helft naar personeelslasten, 1 ton naar huisvesting en 2,5 ton naar algemene kosten en afschrijving. Wat overblijft, is het bedrijfsresultaat van 265.000 gulden, waar afbetaling van de aankoop (80.000), pensioenpremie (20.000) en winstafdracht aan de maatschap (120.000) afgaan. De resterende 'winst' is voor Baljet en zijn gezin: 43.969. „Een beetje weinig voor gemiddeld 60 uur werken per week. Banken geven trouwens geen financiering als een beginnende apotheker onder de 40.000 gulden eigen inkomsten blijft.”

Baljet zou niet kunnen rondkomen als hij geen inkomen had uit aandelen en het medisch centrum dat hij liet bouwen. „De politiek stelt het standaardinkomen van een apotheker op 170.000 gulden en erkent het bestaan van goodwill niet. Ik ben geen zakkenvuller, ik voel me zorgverlener! Daarom ben ik kwaad op de politiek. Borst, Oudkerk en andere politici weten niet waarover ze praten.” Vergoelijkend: „Het ís ook ingewikkeld.”

In loondienst
Baljet gaat bankroet als de bonuskorting doorgaat. De Arnhemmer kreeg in 1997 2,5 ton aan kortingen opgelegd. Als dat bedrag afgaat van de 265.000 gulden bedrijfsresultaat, kan hij niet meer aan zijn financiële verplichtingen voldoen. Hij overweegt wel eens in loondienst te gaan werken „en de helft meer te verdienen.” Serieus worden die plannen als Borst eenzijdig snoeit in de farmaciebonussen zonder de kostendekking van de recepten te verhogen.

Dat voornemen gaat echter niet door. „Uitgesloten. Je draait niet met wetgeving een hele bedrijfstak de nek om. Iedereen die de laatste 15 jaar een apotheek heeft overgenomen, gaat failliet. Borst krijgt dan zo veel processen aan d'r broek, ook een van mij. Onze brancheorganisatie schortte het kort geding tegen het kortingsbesluit op omdat Borst toch het beloofde onderzoek liet uitvoeren. En waarschijnlijk heeft de landsadvocaat gezegd: Beste Els, dat verlies je.”

Over 4 jaar is de hypotheek van de apotheek afgelost en zit Baljet ruimer in zijn financiële jas. Maar dan is het einde van de loopbaan als apotheker van de nu 47-jarige Arnhemmer nabij. „Zestig uur per week werken hou je niet altijd vol, en de farmaceutische verantwoordelijkheid –je mag geen fouten maken– weegt zwaar.” Het liefst blijft de 'witte jas' voorlopig gewoon apotheker. „Er zijn genoeg dingen die ik wil afmaken. We zijn bezig met een project voor kwaliteitsverbetering. Ik wil de stoep en het aanzien van het medisch centrum verbeteren. De politiek krijgt mij niet onder de grond.”