Binnenland

Laag vruchtbaarheidscijfer in het zuiden

Meeste kinderen per
vrouw in 'bible belt'

Van onze binnenlandredactie
VOORBURG – Vrouwen in Nederland hebben de afgelopen 20 jaar gemiddeld 1,5 kind gekregen. De tien gemeenten waar vrouwen de meeste kinderen kregen liggen allemaal in de bible belt, de gordel over Nederland waarin de meeste kerken van de gereformeerde gezindte zijn te vinden.

Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

In die gemeenten ligt het aantal kinderen per vrouw tussen de 3,3 en 2,4. De tien liggen in Zeeland, het Land van Maas en Waal, de Kop van Overijssel en Salland.

Urk en Genemuiden hebben het hoogste vruchtbaarheidscijfer. Op Urk krijgen vrouwen gemiddeld 3,3 kinderen, in Genemuiden 2,7. Daarna volgen de gemeenten Heusden, Graafstroom, Nieuw-Lekkerland, Kesteren, Kerkwijk, Staphorst, Diepenheim en Reimerswaal.

Opmerkelijk is dat de tien gemeenten met de laagste vruchtbaarheidscijfers vooral in West-Brabant en Midden- en Zuid-Limburg zijn te vinden. In deze gebieden heeft de Rooms-Katholieke Kerk vanouds veel aanhang. Het gaat dan om gemeenten als Hoeven, Swalmen, Baarle-Nassau, Kerkrade, Maastricht, Heel en Klundert. In Hoeven krijgen vrouwen gemiddeld minder dan één kind. In de jaren twintig lag in Brabant en Limburg het gemiddelde aantal kinderen nog beduidend boven het landelijk gemiddelde.

Het CBS schrijft de veranderingen in het roomse Brabant en Limburg onder meer toe aan de ontkerkelijking in de jaren zestig, grote veranderingen in het sociaal-economisch klimaat en de acceptatie van voorbehoedmiddelen.

Uitzonderingen
Drie plaatsen met de laagste vruchtbaarheidscijfers vallen buiten Brabant en Limburg. In Rozendaal (bij Arnhem) krijgen vrouwen het minste kinderen, gemiddeld 0,9. Oosterhesselen bij Emmen en Groningen vormen de twee andere uitzonderingen.

Het CBS geeft toe dat de cijfers voor een gemeente als Groningen een vertekend beeld kunnen geven. Groningen is een studentenstad. Na hun studie verlaten veel studenten de studieplaats en kinderen worden pas geboren als ze zich elders hebben gevestigd. Ook de aanwezigheid van tehuizen of inrichtingen kan voor een relatief grijze bevolking zorgen.