Justitie mikt op snel onderzoek

AMSTERDAM – Justitie in Amsterdam en Haarlem mikken op een snel onderzoek naar de lading van de El Al-Boeing. Het team van vertegenwoordigers uit het politiekorps Amsterdam Amstelland, de luchtvaartpolitie, marechaussee en rijksrecherche ging gisteren van start.

Een streefdatum voor de uitkomsten kan persofficier J. Steenbrink niet noemen. „Zo snel mogelijk”, zegt hij. Het onderzoek richt zich op vier vragen: wat is er verzwegen over de lading en door wie, wat was de lading toen het toestel neerstortte, is de gezondheid van personen in gevaar gebracht door de lading en zijn er strafbare feiten gepleegd.

Steenbrink wil verder niets kwijt over wie worden benaderd voor het onderzoek. Daartoe werd woensdag besloten na de onthulling dat de verkeersleiding kort na de crash door El Al is ingelicht over gevaarlijke lading in het toestel. Die informatie bleef geheim en zou bekend zijn geweest bij zeven personen. Het lijkt niet meer dan logisch dat betrokkenen bij de Luchtverkeersleiding aan de tand worden gevoeld. Ook zal er gebruik worden gemaakt van eerdere onderzoeken die justitie uitvoerde in verband met de ramp.

Het openbaar ministerie in Haarlem onderzocht in 1996 fraude met de vrachtbrieven, na aangifte van een voormalig medewerker van El Al. De uitkomst van het onderzoek was dat er geen aanwijzingen waren voor strafbare feiten.

Wel bleek dat er verschillende versies van vrachtbrieven in omloop waren. De oorzaak daarvan lag volgens justitie in het veelvuldig kopiëren van papieren op de avond van de ramp en samenstelling van dossiers waarbij voor de beste leesbare papieren was gekozen.

In 1992 concludeerde justitie in Haarlem al dat er geen sprake was van mogelijke schuld of nalatigheid bij de verkeerstoren naar aanleiding van een melding over het afvallen van een motor. Justitie in Amsterdam tenslotte stelde vorig jaar dat de geheimzinnige mannen in witte pakken vermoedelijk hulpverleners waren.