Binnenland

Jongbloed-congres over uitgeversnormen wil aandacht voor vorm

Christelijk boek moet niveau bieden

Van onze boekenredactie
HEERENVEEN – „Te veel boeken die in christelijke kring verschijnen, zijn slecht leesbaar, niet goed geconstrueerd, slecht verzorgd. Dat is onchristelijk”. Uitgever D. L. Aangeenbrug strekte niet slechts een beschuldigende vinger uit naar zijn collega's, maar stak ook de hand in eigen boezem tijdens het congres dat uitgeverij Jongbloed gisteren belegde over de kwaliteitsnormen voor het christelijke boek.

Ter gelegenheid van de opening van het nieuwe Jongbloed-bedrijfspand in Heerenveen legden zes deskundigen uit de wereld van het boek hun idealen neer voor een publiek van auteurs, correctoren, illustratoren en vormgevers. Slechts de uitgevers ontbraken. Zij konden dus niet horen dat Aangeenbrug pleitte voor meer samenwerking, al signaleerde hij tegelijkertijd de angst onder uitgevers om opener met elkaar om te gaan.

Duurzaamheid, vernieuwing, toegankelijkheid, schoonheid, specialisatie, allure – de zes specialisten wisten met elkaar genoeg kwaliteitsnormen te bedenken. De praktijk is weerbarstiger. „Veel boeken zijn niet anders dan een berg woorden waar niet doorheen te komen valt”, aldus Aangeenbrug. „Je vraagt je af: Wat voegt dit boek, plan of idee toe aan wat er al is? Het gaat niet alleen om de boodschap, maar ook om de vorm. Al te vaak maken christenen een onterechte scheiding tussen het geestelijke en het stoffelijke. Voor de toekomst is toegankelijkheid een sleutelbegrip. Dat is niet: concessies doen aan het publiek, maar luisteren en kijken naar wat mensen nodig hebben”.

Prof. dr. R. Kuiper –die als auteur het woord voerde– gaf toe dat bondige, compacte boeken over concrete problemen in een behoefte voorzien. „De ontlezing slaat vooral toe op de terreinen van geschiedenis, filosofie en politiek. De vraag naar kwaliteit neemt dus toe, waarbij twee lijnen zichtbaar worden: enerzijds vragen mensen om niet te dikke boeken over een duidelijk thema. Anderzijds is er óók behoefte aan boeken met allure, zoals de biografieën van Elsbeth Etty over Henriette Roland Holst en van Cees Fasseur over koningin Wilhelmina. Dergelijke boeken verschijnen er te weinig in christelijke kring, onder meer door de versnippering in de uitgeverswereld. Misschien zou je iets kunnen bereiken met een gezamenlijk initiatief”.

Recenseren
Samenwerking tussen de christelijke uitgevers en boekhandelaren staat ook bij IZB-boekhandelaar en CLK-bestuurslid P. de Kruyf hoog in het vaandel. „Wil het christelijke boek een missionaire uitstraling krijgen, dan moeten we aandacht besteden aan verstaanbaarheid. Veel uitgevers vissen in hetzelfde vijvertje, lopen elkaar voor de voeten. Daar is de kwaliteit van het christelijke boek niet mee gediend. Soms is er gewoon genoeg gepubliceerd over een bepaald thema”.

Een boek moet iets toevoegen aan het bestaande, vonden diverse forumleden. Auteurs zouden meer tijd moeten nemen om een boek te laten rijpen. „Vroeger was het schrijven van een boek een levenswerk, nu publiceren auteurs even hun 25e boek”, zei recensent drs. P. J. Vergunst, in het dagelijks leven werkzaam bij deze krant. Het besef dat een boek iemands geesteskind is, maakt hem voorzichtig bij het recenseren. Desondanks doet de recensent het maar al te vaak niet goed in de ogen van uitgevers en auteurs. „In de gereformeerde gezindte is onvoldoende zicht op de taak van een recensent. Schrijvers gaan niet altijd even volwassen om met kritiek, beseffen niet dat de recensent zijn werk doet met het oog op de lezer. Zijn oordeel betreft het boek, niet de mens die het geschreven heeft”.

Ook vormgever Steven van der Gaauw houdt de lezers in het oog, al legt hij –uiteraard– het accent op de buitenkant van het boek. „Wil je als uitgever alleen je eigen achterban bereiken, of heb je ook een boodschap voor de wereld? Dan mag de vormgeving geen sluitpost op de begroting vormen. Als ik de vormgeving van veel christelijke boeken zie, ontneemt het me bij voorbaat de moed om ze te gaan lezen”.

De vorm moet voluit eigentijds zijn, maar de inhoud moet voluit bijbels zijn. Dat concludeerde drs. A. Verhoef, die voor deze gelegenheid niet als criticus maar gewoon als lezer de kwaliteit van het christelijke boek beschouwde. „Meegaan met je tijd en tegelijkertijd thuisblijven bij de bijbelse boodschap, daar gaat het om. De christelijke consument waardeert die boeken waarin de spanning tussen meegaan en thuisblijven tastbaar aanwezig is”.