Binnenland

Anonieme Overeters willen kappen met dwangmatig volstoppen

„Ik schrokte hele plakken koek op”

Door Aad Luymes (ANP)
AMSTERDAM – Wie denkt dat het ledenbestand van de zelfhulpgroep Anonieme Overeters (AO) uitsluitend uit dikkerds bestaat, heeft het mis. Naast de mensen die lijden aan een extreem overgewicht zijn er ook veel mensen die een gemiddeld gewicht hebben of zelfs een ondergewicht. Eén ding hebben ze echter wel gemeen: een obsessie voor het eigen lichaamsgewicht en het toegeven aan een drang om zich vol te stoppen of om zich op sterven na uit te hongeren.

De Anonieme Overeters houden morgen een open dag in de Andrieskerk in Amsterdam. Iedereen die meer wil weten over dwangmatig eetgedrag en over manieren om ervan af te komen kan hier terecht. De Anonieme Overeters beschouwen het dwangmatige overeten als een progressieve ziekte, die net als alcoholisme tot stilstand kan worden gebracht. Het is niet bekend hoeveel mensen in Nederland eraan lijden, maar een woordvoerster denkt dat het voor veel mensen een probleem is. De symptomen zijn gevarieerd: sommigen zijn geobsedeerd door hun lichaamsgewicht en diëten, of hebben wilde fantasieën over eten, terwijl anderen zich juist uithongeren.

In 1981 werd de eerste groep Anonieme Overeters in Amsterdam opgericht. In tien andere steden kwamen vervolgens ook zelfhulpgroepen. Als voorbeeld werd het herstelprogramma gebruikt van de Anonieme Alcoholisten, die in de jaren dertig werd opgericht. Evenals bij de AA bestaat het herstelprogramma van de AO uit twaalf stappen. De eerste stap is te accepteren wie je bent. Het belangrijkste doel van AO is om mensen die lijden aan dwangmatig eten erop te wijzen dat herstel mogelijk is. De enige voorwaarde om lid te worden van AO is het verlangen te stoppen met dwangmatig eetgedrag, aldus AO in een folder.

Gigantisch schuldgevoel
„Bij de AO zijn niet alleen dikke mensen, maar ook veel mensen die dwangmatig veel te weinig eten”, aldus de 33-jarige Lisette uit Amsterdam, die veel baat heeft bij het herstelprogramma. Eigenlijk heet ze anders, maar ze wil niet dat haar vrienden haar herkennen.

„Zelf kreeg ik op mijn 14e jaar anorexia”, aldus de Amsterdamse . „Toen mensen zeiden dat ik een beetje mollig was, dacht ik: dat zal mij niet gebeuren en ik ging op dieet. Ik ging heel ver. Ik mocht van mezelf niet meer eten dan duizend calorieën per dag. Op een bepaald moment woog ik nog maar 43 kilo. Ik was heel sterk gericht op mijn lichaam en had een enorme prestatiedwang. Op school haalde ik allemaal tienen”.

Achteraf heeft Lisette daar wel een verklaring voor: „Ik denk dat ik mij toen minderwaardig voelde en daarom vond dat ik allemaal tienen moest halen. Als ik een negenenhalf kreeg, vond ik al dat ik gefaald had. Dat ging zo door tot mijn doctoraalstudie”.

De dwang om heel weinig te eten sloeg bij Lisette na ongeveer vijf jaar om in een onweerstaanbare aandrang juist heel veel te eten: „Ik kreeg enorme vreetbuien en voelde me heel moedeloos. Om dun te blijven, sportte ik veel. Maar vlak voor een wedstrijd kon ik dan vaak de verleiding niet weerstaan en ging ik toch chocolaatjes eten. Vervolgens stak ik mijn vinger in mijn keel zodat ik moest overgeven. Ik haatte mezelf, omdat ik me had volgevreten. Ik had een gigantisch schuldgevoel, dat steeds erger werd”.

„Elke dag werd ik 's ochtends wakker met het idee dat ik weerstand kon bieden aan de drang om te eten. Maar 's middags rond drie uur leek het wel of ik een bepaalde grens overging. En dan moest ik me weer helemaal moest volstoppen met dingen die ik mezelf eigenlijk verboden had. Ik ging naar de winkel om zo snel mogelijk van alles te kopen om thuis zo snel mogelijk op te eten. Vooral veel zoete dingen. Soms hele pakken koek en veel Marsen”.

„Om niet dikker te worden, ging ik met opzet braken en gebruikte ik laxeermiddelen om niet aan te komen. Toch woog ik op een bepaald moment 80 kilo. Dat was vroeger niet acceptabel geweest. Als ik tien jaar geleden geweten had dat ik zo zwaar zou worden, zou ik uit het raam zijn gesprongen”.

Heel diep
In 1988 kwam Lisette in contact met de Anonieme Overeters. Nu is ze van haar eetdrang af en weegt ze met haar 1.60 meter lengte 60 kilo. De leden van AO kunnen zeven keer per week bij elkaar komen om over hun eetproblemen te praten. „Toen ik bij de AO kwam, was het voor mij een hele opluchting te horen dat er ook andere mensen waren die dezelfde dingen deden. Ik heb dan ook veel gehad aan de ervaringen van anderen. Ik had vooral veel aan de verhalen van mensen die eruit zijn gekomen”.

„De dwang om te eten zit heel diep”, meent Lisette. „Het is niet zo dat je ermee kan stoppen als je maar heel hard werkt, zoals ik vroeger dacht”.