Interview drugsbaron
mag als bewijs dienen

AMSTERDAM – Het gerechtshof in Amsterdam heeft gisteren bepaald dat een interview met drugsbaron Etiënne U. gebruikt mag worden als bewijsstuk. Vorig jaar hield de rechtbank het omstreden stuk buiten het proces, op aandringen van de raadsman van U., mr. C. Korvinus.

Het document werd bij U.'s arrestatie op het Parijse vliegveld Charles de Gaulle in 1996 door de Franse douane in beslag genomen. Het bevond zich in zijn bagage. Een Nederlandse rechercheur kreeg een kopie van de Fransen.

Volgens Korvinus gaat het om een „fictief” interview. In het stuk vertelt U. hoe hij in de jaren tachtig actief was in de binnenlandse drugshandel, in nauwe samenwerking met de in 1991 doodgeschoten crimineel Klaas Bruinsma. De namen die erin worden genoemd, zijn niet fictief. Volgens U. maakte het interview deel uit van een boek.

Het hof besliste gisteren na een aantal verweren van de raadslieden van U. en vier medeverdachten. Volgens de advocaten heeft het openbaar ministerie het recht op vervolging verspeeld ten gevolge van een reeks misstanden. Een daarvan is de „besmetting” van het door de politie uitgevoerde onderzoek naar U. en de zijnen met gegevens uit een eerder onderzoek, Delta genaamd. Dit onderzoek werd eind 1993 afgeblazen toen bleek dat rechercheurs van de Criminele Inlichtingendienst in Haarlem zeer vergaande opsporingsmethoden hanteerden (de IRT-affaire). Evenals de rechtbank wijst het hof de redenering van de advocaten af.

Te weinig verdenking
Het hof hield twee beslissingen aan. Volgens de advocaten bestond er te weinig verdenking voor een gerechtelijk vooronderzoek en zijn ten onrechte gegevens uit een ander onderzoek (naar Bruinsma) gebruikt. Het hof wil eerst getuigen horen alvorens een definitieve beslissing te nemen op deze punten.

In januari van dit jaar veroordeelde de rechtbank U. tot zes jaar cel wegens het leiden van een misdaadorganisatie die in binnen- en buitenland softdrugs verhandelde. Ook werd U. schuldig bevonden aan belastingfraude. De inhoudelijke behandeling van het hoger beroep begint op 14 september en zal tot ver in het najaar duren.