Binnenland

„Bestrijders van de drugssmokkel slaan zelf aan het smokkelen”

Deuk voor de kreukloze marine

Door R. Pasterkamp
AMSTERDAM – Drugsbestrijders die dicht bij de kern van een drugsorganisatie komen lopen een zeker risico, zegt vice-admiraal Van Duijvendijk. Maar dat twee van zijn mannen de verleiding niet konden weerstaan en probeerden cocaïne naar Nederland te smokkelen, had zelfs de marinebaas niet durven denken. „Een smet op de goede naam van de marine”.

Slechte berichten komen altijd op een verkeerd moment, maar dit wel in het bijzonder. Twee mariniers die drugs smokkelen van Curaçao naar hier. En dat terwijl de marine juist op het Bounty-eiland zit om “the war on drugs” handen en voeten te geven. Zo wordt wel een hele foute invulling gegeven aan de wervingskreet: “Zorg dat je erbij komt”.

De twee mariniers zullen niet weten wat ze aanrichten. Voor de veelgeplaagde minister Voorhoeve van defensie is de affaire de zoveelste slag in het gezicht. Verder betekent het een forse deuk in het imago van de kreukloze marine. Bij de land- en de luchtmacht puilt het incidentendossier uit, bij de marine houden ze de vuile was meestal binnenboord. De zaak zal ook niet veel goed doen aan de toch al gebrouilleerde relatie met de Antillen. Voor Defensie –„stickie roken mag niet, cocaïne invoeren wel”– betekent het ronduit een kater.

Het ministerie van defensie gaf gistermiddag tijdens een persconferentie in Amsterdam volledige opening van zaken. Een 48-jarige sergeant-majoor en een 24-jarige korporaal van het Korps Mariniers zijn de boosdoeners. Ze waren betrokken bij de smokkel van cocaïne van Curaçao naar Nederland. Volgens de Koninklijke Marechaussee maken de militairen deel uit van een netwerk waarbij in totaal 355 kilo cocaïne in beslag is genomen. Die hoeveelheid heeft een straatwaarde van maar liefst 60 miljoen gulden.

In de zaak zijn in totaal dertien mensen aangehouden, allen in Nederland. Het gaat naast de twee Nederlandse mariniers om vier leden van de Antilliaanse Militie (vrijwillige dienstplicht voor Antillianen) en zeven burgers. Volgens de Amsterdamse hoofdofficier van justitie Vrakking is een aantal burgerverdachten eerder met Justitie in aanraking geweest wegens drugshandel.

Oog
De marine kreeg in maart van dit jaar al informatie over betrokkenheid van marinepersoneel bij de cocaïnehandel. „We hadden het oog aan de bal”, aldus Van Duijvendijk. Het transport zou eerst plaatshebben met het marinefregat Philips van Almonde op thuisreis naar Den Helder. Daar zag de bende op het laatste moment van af.

Dan maar via de lucht. Iedere maand vliegt een Orion-vliegtuig van de basis Valkenburg naar Curaçao om daar een soortgenoot af te lossen. De Orions worden onder andere ingezet boven de azuurblauwe wateren voor de jacht op drugssmokkelaars.

Afgelopen woensdag vertrok een Orion vanaf de militaire vliegbasis Hato bij Willemstad. De bemanning van de Orion moest verschillende plunjezakken met uitrustingen voor militaire deelnemers aan de Nijmeegse vierdaagse meenemen. Althans, zo stond het op papier. In werkelijkheid zat er 125 kilo cocaïne verpakt in de bruine plunjebalen. Niet alle zakken konden mee; ongeveer 150 kilo coke bleef achter op Curaçao en werd later in beslag genomen.

De bemanning van de Orion wist niets van het drugstransport. De marinetop wel. Die had toestemming gegeven voor „een gecontroleerde doorvoer”, een term die sinds de enquête-Van Traa meer dan betekenis kreeg. Van Duijvendijk: „We hadden ook het spul op Curaçao kunnen pakken. Maar door juist alle medewerking aan deze operatie te verlenen, verliezen we niets”.

Drie medeplichtigen van de Antilliaanse Militie vlogen mee met het transport. De betrokken sergeant-majoor vloog per KLM naar Nederland en kwam donderdag aan. De militieleden leidden het cocaïnetransport vanaf vliegbasis Valkenburg naar de marinierskazerne in Doorn. Nadat de sergeant-majoor vier plunjezakken in Doorn had afgehaald en naar Amsterdam gebracht, greep Justitie in en werden de verdachten gearresteerd. Op de kazerne in Doorn bleek nog 30 kilo cocaïne te zijn.

Wapens
Op elf adressen in Doorn, Tiel, Arnhem en Amsterdam zijn huiszoekingen verricht. Op Curaçao zijn huiszoekingen verricht waarbij nog eens 50 kilo cocaïne in beslag werd genomen in de woning van de sergeant-majoor. Behalve de drugs zijn een aantal wapens en een hoeveelheid sieraden geconfisqueerd. De verdachten zijn gisteren voorgeleid aan de rechter-commissaris. Een aantal verdachten wordt tevens beschuldigd van een transport van 340 kilo hasj naar Engeland, in juni van dit jaar. Zij zouden de lading in een nepmarinevoertuig naar Engeland hebben vervoerd. Ook dit transport werd onderschept.

Volgens Van Duijvendijk werpt de zaak geen smet op het blazoen van het krijgsmachtonderdeel. Het gaat om betrokkenheid van een enkeling, aldus de admiraal. Beide verdachte mariniers hadden overigens niets met de onder meer op drugssmokkelaars jagende kustwacht op Curaçao te maken.

De Kustwacht op de Antillen is sinds begin 1996 operationeel. Nog dit jaar moet een gloednieuw hoofdkwartier op de marinebasis Parera klaarkomen. Nederlandse marinemensen bezetten het merendeel van de functies bij de Kustwacht. De dienst is uiterst succesvol. Van midden 1996 tot eind 1997 werd in totaal 4300 kilo cocaïne en 1800 kilo marihuana onderschept.

Onderzoek
De Tweede Kamer toonde zich gisteren ronduit geschokt en eist een breed onderzoek van Defensie. VVD-kamerlid Weisglas vindt het „om cynisch van te worden dat mensen die de drugssmokkel moeten bestrijden nu zelf aan het smokkelen zijn geslagen”.

Volgens Hillen (CDA) verspeelt de marine door de affaire op de Antillen alle gezag. Hoekema (D66) vraagt zich ook af of Defensie de normen- en waardendiscussie binnen de krijgsmacht niet meer moet toespitsen op „het mijn en dijn”. Volgens de D66'er plaatst de cocaïnesmokkel „het roken van een stickie nogal in een schril daglicht”. Met name de landmacht probeert via strenge gedragsregels het gebruik van softdrugs aan banden leggen.

Premier Kok sprak van een „pijnlijke” situatie die het aanzien van Defensie schaadt. Minister Voorhoeve kondigde aan hard te zullen optreden tegen de gearresteerde mariniers. Dat betekent hun ontslag.