Losbandige militairen lastig aan te pakken
Defensie-inspecteur kraakt gedragscodeDEN HAAG Officieren en lagere militairen kunnen niet uit de voeten met de bestaande gedragscode voor de verschillende krijgsmachtonderdelen. Deze is veel te algemeen. Tot die conclusie komt inspecteur-generaal van de krijgsmacht Van Aalst in zijn jaarverslag. Op de werkvloer ontbreekt een helder en praktisch bruikbaar stelsel van gedragsregels, constateert Van Aalst, die binnen de krijgsmacht als een soort ombudsman fungeert. De bestaande regels zijn te abstract om er in de dagelijkse praktijk goed mee te kunnen werken. Dat is volgens de inspecteur-generaal vooral een slechte zaak omdat een groot deel van het kader weinig vertrouwen heeft in de huidige mogelijkheden uit de band springende militairen te corrigeren. Van Aalst staat niet alleen in zijn kritiek op de gedragscode. Defensie kondigde twee jaar geleden met de nodige ophef aan via een reeks gedragsregels de professionaliteit van militairen te vergroten. Tot teleurstelling van het militair personeel, maar ook van de Tweede Kamer, bleek de nieuwe code uiteindelijk niet veel verder te gaan dan een aantal zeer algemene richtlijnen. Niet afdwingbaar De inspecteur-generaal legt in zijn jaarverslag een duidelijk verband tussen de code en de afdwingbaarheid daarvan. Die ontbreekt omdat het bestaande militaire straf- en tuchtrecht onvoldoende mogelijkheden biedt om evidente misstanden aan te pakken, aldus Van Aalst. Hij waarschuwt daarom voor de demotivatie van het kader en de ondermijning van de geest van vele goedwillende militairen. Zo'n situatie vereist een duidelijke aanpak. Van Aalst wijst daarbij op de verantwoordelijke rol die Nederlandse militairen bij verschillende vredesoperaties vervullen. De kwaliteit van de individuele militair kan dan van doorslaggevende betekenis zijn. Defensie wilde gisteren niet reageren en liet weten vragen van de Kamer op het jaarverslag af te wachten. Wel merkte het ministerie op dat de inspecteur-generaal een onafhankelijk positie binnen de krijgsmacht bekleedt en Defensie diens conclusies niet op alle punten volledig onderschrijft. |