Binnenland

Scandinavisch onderzoek: Agent leeft gemiddeld elf jaar korter

Politiebonden schrikken van 'Zweden'

Door P. Chr. van Olst
APELDOORN – Politiemensen leven gemiddeld ruim elf jaar korter dan de rest van de bevolking. Dat is de conclusie van een onderzoek in Zweden. De Nederlandse politiebonden NPB en ACP zijn geschrokken van het resultaat. Ze willen een onafhankelijk onderzoek naar de situatie in Nederland.

De gemiddelde levensverwachting voor Zweedse mannen ligt op 76,7 jaar. Die voor vrouwen is 81,5 jaar. Maar politiemensen worden in het Scandinavische land gemiddeld niet ouder dan 65,5 jaar, wijst het recent gepubliceerde onderzoek uit.

Volgens voorzitter H. van Duijn van de Nederlandse Politie Bond (NPB) is het politiewerk in Nederland redelijk vergelijkbaar met dat in een land als Zweden. „Beide landen hebben een democratische rechtsstaat en in beide landen zijn de klachten over werkdruk, stress en geweld tegen politie niet van de lucht”. Van Duijn neemt het Zweedse onderzoek daarom hoogst ernstig. „Elf jaar verschil in levensverwachting, dat is een belangrijk verschil”.

De politiebond heeft daarom onverwijld contact opgenomen met het Nederlands Instituut voor Arbeidsomstandigheden, een onderdeel van TNO, om een onderzoek te starten naar de situatie bij Nederlandse politiemensen. „Momenteel zijn we bezig met een haalbaarheidsonderzoek”, aldus Van Duijn. „We bekijken of alle noodzakelijke gegevens gemakkelijk beschikbaar zijn en hoe we het onderzoek het beste vorm kunnen geven. Daar zal zeer waarschijnlijk een offerte uitkomen”.

Verwacht Van Duijn eenzelfde resultaat als in Zweden? „In Nederland is de stress en de werkdruk bij werknemers in het algemeen gemiddeld al hoger dan in de ons omringende landen. Dagelijkse fysieke bedreigingen brengen de nodige spanning met zich mee. Verder zijn er de onregelmatige diensten, die het werken bij de politie er niet gezonder op maken. Eenzelfde resultaat is lang niet uitgesloten”.

Van Duijn kan ook verschillen tussen de Nederlandse en de Zweedse politie noemen. „Er is een andere manier van organiseren. Er zijn ook verschillende soorten dienstroosters. Juist daarom is gedegen onderzoek nodig. Op basis daarvan kunnen we conclusies trekken”.

Bovenmodale gezondheid
Tot nog toe legde de NPB wel verschillende malen de vinger bij de hoge werkdruk, maar dat die erg slecht zou zijn voor de gezondheid is nooit aangetoond. Van Duijn: „Wij zijn er altijd van uitgegaan dat door de strenge keuring alleen mensen met een bovenmodale gezondheid bij de politie kwamen. Die zouden goed opgewassen zijn tegen de zware werkomstandigheden. Maar misschien is dat een te zonnige benadering geweest”.

Mochten de uitkomsten van het Nederlandse onderzoek voor de politiemensen net zo negatief uitpakken als het Zweedse, dan zou Van Duijn iets willen doen aan de dienstroosters. „Betere werktijden en een terugdringing van zo veel mogelijk stressfactoren”, pleit de NPB-voorzitter. Hoe hij zoiets denkt te kunnen realiseren? „Meer politiemensen, dat zou een conclusie kunnen zijn. En oudere agenten zouden niet meer in het front moeten staan. Je zou ze moeten vrijwaren van onregelmatige diensten”.

Verstoring
De Algemeen Christelijke Politiebond (ACP) is verbaasd over het Zweedse onderzoeksresultaat. „De onregelmatige werktijden veroorzaken een verstoring van het natuurlijke bioritme”, zegt woordvoerster Van Erp. Al eerder uitte de ACP het vermoeden dat politiemensen gemiddeld wel eens minder lang zouden kunnen leven dan mensen met regelmatiger werktijden. „We wilden daarnaar onderzoek doen en vroegen het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP) om de nodige cijfers”.

Dat bleek te optimistisch. „Ons verzoek stuitte op enorme bezwaren. Eerst zeiden ze het niet te kunnen, later het niet te willen”. Inbreuk op de privacy van persoonsgegevens was het motief van het ABP om de gegevens niet ter beschikking te stellen.

De ACP is daarom blij dat er nu eindelijk wel onderzoek van de grond lijkt te komen. De bond verwacht dat het resultaat niet minder schokkend zal zijn dan dat van het Zweedse onderzoek.