Binnenland25 oktober 2001

Rollen strippenkaarten lokken inbrekersbende naar NS-kasten

Met een bijl de kaartautomaat te lijf

Door N. Sterk
UTRECHT – Een bijl, een koevoet of een slijptol, de hele doe-het-zelfzaak komt eraan te pas om de kaartautomaten van de Nederlandse Spoorwegen te slopen. „Een erg snelle, brutale bende, die door het hele land actief is, brengt ons een enorme schade toe”, zegt NS-woordvoerster Ingeborg Faber.

De NS is een veelgeplaagd bedrijf. Gaat er in de organisatie zelf het nodige fout, ook de buitenwacht ziet kans het bedrijf keer op keer dwars te zitten. Wie op een laat tijdstip een groot station beziet, vraagt zich verbijsterd af wat er is gebeurd. Want ondanks regelmatige schoonmaakrondes kan het er uitzien alsof er een bom is gevallen.

De openbare ruimte in het algemeen, maar het eigendom van de NS in het bijzonder, wordt door velen gebruikt als uitlaatklep voor kennelijke frustraties. Menigeen smijt in treinen, op perrons en in gebouwen het vuil zomaar van zich af. Vele tonnen oud papier zwerven er elke dag rond –de gratis kranten Sp!ts en Metro doen daar geen goed aan–, graffiti blijkt veel sneller aangebracht dan verwijderd, stoelbekledingen worden beklad of opengesneden: NS-eigendommen lijken vogelvrij.

Vele miljoenen gaan jaarlijks op aan het opknappen van de schade. Vrachtwagens vol nieuwe of gerestaureerde banken zijn nodig. De schade door graffiti gaat de tientallen miljoenen guldens per jaar te boven. In tijden van materieelkrapte en te weinig personeel voor onderhoud is de schade aan de bedrijfsvoering nog groter. Een beschadigde trein ongerepareerd rond laten rijden is vragen om veel meer narigheid, want zien snijden doet snijden. Naar onbekraste ruiten in treinen is het lang zoeken.

Bruut geweld
De laatste maanden komt er een nieuwe plaag bij al dit leed. Een heel snelle, brutale bende reist het land door om de kaartautomaten op brute wijze te lijf te gaan. De daders hebben het voorzien op de vele honderden of zelfs meer dan 1000 strippenkaarten die –op een grote rol– in de kaartautomaten zitten. Veel reizigers maken gebruik van de mogelijkheid om voor 12,50 gulden een 15-strippenkaart te trekken voor het voor- en natransport, dus de voorraad moet behoorlijk zijn.

Begin dit jaar bleef het probleem vooral beperkt tot Noord-Holland. Eerst werden daar kleine, eenzaam gelegen haltes bewerkt, maar ook station Haarlem kwam aan de beurt. Nadat de strippenkaarten tijdelijk uit de automaten werden gehaald, was het probleem over. Enkele maanden geleden begon het zich echter opnieuw, landelijk, voor te doen.

Het is de krakers slechts te doen om de strippenkaarten. Omdat de automaten zeer geregeld –maar nooit op vaste tijden– worden geleegd door onder meer de bekende geldauto's van Brink, zit er zelden een groot bedrag aan geld in de apparaten. Ook de hoeveelheid wisselgeld die nodig is om de klant die met muntgeld afrekent te kunnen gerieven, is niet zo substantieel dat een kraak echt lonend is. Van de treinreizigers die een kaartje kopen bij de automaat, doet 80 procent dat met de pinpas.

Kaartjes van de NS zelf zijn voor de inbrekers niet interessant, omdat die biljetjes onbedrukt in het apparaat zitten en pas worden geprint op het moment dat de klant zijn transactie via de druktoetsen bekendmaakt.

De strippenkaarten echter –neem ruwweg 1000 keer de helft van de verkoopprijs in het zwarte circuit– zijn de moeite waard en inspireren de bende tot ongekende vernielzucht. Om geen criminele inspiratie op te wekken, houdt Faber zich wat de gebruikte methoden betreft op de vlakte, maar bijl, slijptol en koevoet zijn voorkomende werktuigen.

Ondanks technische aanpassingen en uitbreiding van diverse beveiligingsvoorzieningen zoals camera's, neemt het aantal gevallen van gekraakte automaten de laatste tijd ernstig toe. Van de 620 zijn er inmiddels veertig ernstig beschadigd. Een aantal daarvan kan na een grote reparatie die dagen neemt weer in dienst, een aantal is helemaal onbruikbaar. Een nieuwe kaartautomaat kost 50.000 gulden. „De schade bedraagt inmiddels vele tonnen.”

Extra complicatie bij de vernielingen is dat de kaartautomaten de komende maanden allemaal nodig zijn tijdens de omschakeling van gulden naar euro. De NS start komende week al met de ombouw van de automaten. De kasten die zijn omgebouwd, krijgen een sticker waarop staat dat er tot 1 januari 2002 alleen met de pinpas kan worden betaald. De muntgleuf wordt tijdelijk afgesloten. „En vanaf 1 januari zijn echt alle automaten nodig om de voorziene drukte aan de loketten te ontlasten”, aldus Faber.

Met de verwijdering van de strippenkaarten uit de automaten kan de verkoop van treinkaartjes via de kasten in elk geval doorgaan, en zal naar verwachting het aantal inbraken sterk afnemen, zegt de NS. „We blijven werken aan preventieve maatregelen en het justitieel onderzoek naar de daders loopt”, zegt Faber. Naar verwachting zijn de strippenkaarten vanaf eind februari 2002 weer via de automaten te koop.

In de kranten van zaterdag 27 oktober en door stickers op de automaten wordt de reiziger geïnformeerd over de „helaas”-maatregel. Voor strippenkaarten verwijst de NS naar de bekende adressen: de eigen loketten, postkantoren, tabaksspeciaalzaken en de verkoopkantoren en automaten van stads- en streekvervoerders. „De consumentenorganisaties tonen begrip voor onze lastige situatie.”