Binnenland2 augustus 2001

President maant tot voorzichtigheid

RMS tot Molukkers:
Bevrijd vaderland

DEN HAAG – Het kabinet van de Vrije Republiek der Zuid-Molukken (RMS) in ballingschap heeft zich direct bemoeid met de onlusten op de Molukken. RMS-president F. Tutuhatunewa heeft vier strijdgroepen persoonlijk opgeroepen zich te verenigen „om het vaderland te bevrijden.”

Dat blijkt uit een brief van Tutuhatunewa die het ANP en VARA Radio 1 in handen hebben gekregen. In het schrijven van 20 april 2000 doet de president een dringend verzoek aan alle strijders op de Molukken, onder wie volgens hem vier RMS-groepen, om zich onder één commando of staf te verenigen.

Dat vereenvoudigt de communicatie, waardoor vanuit Nederland sneller hulp kan worden geboden, schrijft Tutuhatunewa. Hij maant de strijdgroepen wel tot voorzichtigheid. De inlichtingendiensten van Nederland en Indonesië werken samen om de RMS in de gaten te houden, waarschuwt hij.

Tutuhatunewa bevestigt de authenticiteit van de brief. „Het is een brief die ik geschreven heb aan de verzamelde verzetsgroepen op Ambon. Ze hebben mij zelf om advies gevraagd”, zegt hij.

Bij de onlusten tussen christenen en moslims op de Molukken zijn sinds begin 1999 zeker 5000 Molukkers om het leven gekomen. Volgens Tutuhatunewa wakkert Indonesië de tegenstellingen aan om de aanwezigheid van het leger te legaliseren.

„Het is niet zozeer een conflict tussen geloofsgroepen. Onze pijn is de enorme immigratie vanuit Zuid-Celebes. Autochtone Molukkers moeten zich noodgedwongen verenigen en een eigen bestuur opzetten”, zegt Tutuhatunewa.

Een van de aangeschreven groeperingen is de Gerak Peta Maluku (Volksbeweging ter Ondersteuning van het Molukse Vaderland). Uit een intern kostenoverzicht blijkt dat deze organisatie eind 1999 vooral wapens en munitie heeft gekocht.

Tutuhatunewa zegt te weten dat de door hem benaderde strijdgroepen gewapend zijn, maar dat is voor hem geen belemmering om hen geld te sturen. „Ik steun de ondergrondse op alle mogelijke manieren, ook financieel. Ze moeten zelf maar weten wat ze ermee doen. Als ze de TNI (het Indonesische leger, red.) omkopen om wapens te leveren, dan is dat hun zaak”, stelt de RMS-president.

Misvatting
Dat het RMS-kabinet feitelijk een separatistische beweging steunt en daarmee de Nederlandse regering in verlegenheid kan brengen, deert Tutuhatunewa niet. „Ik ben niet geïnteresseerd in de mening van de Nederlandse regering. Het is een misvatting dat we met de regering in dialoog zijn. We zijn alleen op bezoek geweest.”

Kabinetswoordvoerder J. Wattilete probeert de uitspraken van Tutuhatunewa af te zwakken. Volgens hem zijn de groepen aan wie de brief was gericht amper bewapend. „Ik ben onlangs nog op de Molukken geweest en heb nauwelijks wapens gezien”, zegt Wattilete. Van financiële steun door de RMS aan de strijdgroepen is volgens hem ook geen sprake. „Daar hebben we de middelen niet voor.”

Twee ex-stafleden van het RMS-kabinet, die in april ontslag namen uit onvrede over het beleid en de persoon van Tutuhatunewa, zijn onthutst over de brief van de president. O. Matulessy vreest dat tegenstanders dit aangrijpen om de RMS te beschuldigen van het leveren van wapens.