Binnenland | 28 juni 2001 |
Amerikaans rapport alarmerender dan Nederlands ambtsberichtChristen in N-Irak geïntimideerdDoor P. Chr. van Olst Dat staat allemaal in een mensenrechtenrapportage over Irak, afkomstig van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken over Irak en uitgebracht in februari van dit jaar. De rapportage is veel alarmerender over de positie van christenen in Noord-Irak dan het Nederlandse ambtsbericht over die regio, dat dateert van 11 april en onlangs publiek werd. Volgens het Nederlandse ambtsbericht is de algemene situatie in het praktisch autonome Noord-Irak redelijk veilig en stabiel, ook voor christenen. Kabinet en Tweede Kamer gaan er op basis van het ambtsbericht van uit dat afgewezen asielzoekers uit heel Irak kunnen worden teruggestuurd naar de noordelijke provincies, waar een vorm van Koerdisch zelfbestuur bestaat. Er is echter wel kritiek op het ambtsbericht, nadat duidelijk is geworden dat de informatie niet berust op eigen waarneming. In tegenstelling tot gangbare procedures heeft het ministerie van Buitenlandse Zaken geen dienstreis gemaakt in het gebied. Het Amerikaanse 'ambtsbericht' meldt dat vooral Assyrische christenen het moeilijk hebben en dat vooral de Koerdistaanse Democratische Partij (KDP) zich schuldig maakt aan intimidatie. Maar ook de andere grote Koerdische partij, de Patriottische Unie van Koerdistan (PUK), gaat niet vrijuit. Militairen van de PUK dwongen christenen hun dorpen te verruilen voor de stad, om het langs die weg de Koerdische afscheidingsbeweging PKK onmogelijk te maken bij de voedselvoorraden van deze christenen te komen. Assyrische christenen signaleren dat de Koerdische partijen een intimidatiecampagne voeren om hen uit Noord-Irak weg te pesten. De Amerikaanse diplomaten nemen dat zeer serieus. Dat geldt ook voor de stelling van het Assyrische Internationaal Nieuws Agentschap (AINA) dat er sprake is van een duidelijk patroon in de intimidatie en het geweld tegen christenen. Te rooskleurig Zo zei asielzoeker Yousif (schuilnaam), die ooit hoogleraar was in Centraal-Irak: Christenen worden als tegenstanders van de islam beschouwd, of het nu in Centraal-Irak is of in Noord-Irak. Ook onder Koerden, met hun eigen taal en cultuur, heeft een christen geen leven. Nu voegt hij daaraan toe: Een christen in Noord-Irak zit tussen hamer en aambeeld. Het verklaart ook dat toen de christenpoliticus Harriri werd vermoord, niet werd ontdekt wie dat had gedaan. Het doden van een christen is in die streek een deugd die door Allah wordt beloond. Het Assyrisch-christelijke asielzoekerspaar H. en P. S., dat alleen met initialen in de krant wilde, repte van felle onderhuidse discriminatie. Onze kerken worden gestolen, onze meisjes en vrouwen verkracht, onze oogsten platgebrand en onze graven geschonden. In Nederland kunnen de mensen dat bijna niet geloven. Maar jullie weten niet wat moslims zijn. Vorige week nog zei de Koerdische asielzoeker Faraidoun, die nu christen is, maar in Irak nog moslim was: Christenen worden gediscrimineerd in Noord-Irak. Ze mogen niets. De Koerden hebben een houding van: Wij zijn een moslimland, wat doen jullie hier eigenlijk? Die houding had ik ook toen ik nog in Noord-Irak leefde. Het is niet goed, maar in de praktijk gaat het wel zo. Onbevredigend Kalsbeek meldde dat Nederlandse diplomaten wel een poging hebben gedaan Noord-Irak binnen te komen. De Turkse autoriteiten zouden echter de toestemming van Saddam Hussein en de zijnen in Bagdad als voorwaarde hebben gesteld. Dat klinkt in de oren van mensen als Irak-deskundige Soeterik en D66-kamerlid Hoekema nogal bizar. |
![]() |