Turkse verdachten
blijven achter tralies

AMSTERDAM – De rechtbank in Amsterdam heeft gisteren bepaald dat drie belangrijke verdachten in de strafzaak tegen een omvangrijke criminele organisatie voorlopig achter de tralies moeten blijven. De organisatie zou sterke banden hebben met de extreem rechtse Grijze Wolven, een Turks-nationalistische groepering.

De politie arresteerde de drie samen met twintig anderen vorig jaar november tijdens een grootscheepse actie in diverse steden in Nederland. Ook bij de Turkse Federatie Nederland, veelal gezien als de Nederlandse tak van de Grijze Wolven, viel de politie binnen. Bij huiszoekingen trof de politie toen vuurwapens, drugs en grote sommen geld aan.

Verdachte S. Y. (34) heeft volgens justitie een leidinggevende rol gespeeld binnen de organisatie, die zich vooral zou hebben toegelegd op het plegen van afpersing en ontvoeringen.

De zaak kwam eind 1997 aan het rollen na een aangifte van Stella Braam, die kort daarvoor samen met Mehmet Ulger een boek over de Grijze Wolven had gepubliceerd. De twee auteurs werden met de dood bedreigd, volgens justitie in elk geval door de verdachten S. Y. en T. K. (36). Braam en Ulger doken geruime tijd onder. De komende maanden zal Braam als getuige in het vooronderzoek worden gehoord. De bedreiging van het journalistenduo is een van de formele aanklachten tegen Y. en K.

Climax
Justitie en politie begonnen na de aangifte van Braam hun onderzoek, dat zijn climax beleefde in de grootscheepse actie vorig jaar november. Gisteren bleek dat onderzoek nog lang niet te zijn afgerond. Officier F. Posthumus verwacht dat de inhoudelijke behandeling van de zaak pas in juni kan plaatsvinden.

Hoofdverdachte Y. ontkent dat hij leider van een misdaadbende is geweest. Volgens zijn advocaat, N. Nuijten, geniet hij veel aanzien binnen de Turkse gemeenschap in Nederland en heeft hij contacten tot hoog in de Turkse regering. Nuijten meent dat het strafdossier evenals het boek van Braam en Ulger „bolstaat van de stemmingmakerij.” Daarbij komt, aldus de raadsvrouw, dat de Grijze Wolven niet als groepering of organisatie moeten worden beschouwd, maar „als symbool in de Turkse samenleving.”