Binnenland2 februari 2001

Lezers gedupeerd door aankoop grond waarop geen stoel mag blijven staan

Beekmans beste woonlocaties

Door J. van Klinken
Veluwse bosgrond voor veel geld verkopen met het verhaal dat de kavels naar verwachting te zijner tijd bebouwd mogen worden. Zo laat ondernemer Bert Beekman uit Bathmen zijn kassa rinkelen. Maar de enige bouwsels die de komende decennia op de percelen opgetrokken mogen worden, zijn luchtkastelen. Vele tientallen kopers zijn nu eigenaar van een stuk grond waar ze nog geen stoel mogen laten staan. De notaris zat erbij en keek ernaar.

„Veilige geldbelegging”, luidt het opschrift boven een advertentie die handelaar in onroerend goed Beekman uit het Overijsselse Bathmen op 15 juni vorig jaar in deze krant laat plaatsen. Hij heeft een perceel grond van 3300 vierkante meter in de aanbieding. „Met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid zal het kavel te zijner tijd bebouwd kunnen worden”, vervolgt de tekst. Want: „Alle relevante omstandigheden en factoren wijzen daarop.”

Om de reformatorische lezers lekker te maken, vermeldt Beekman er ook nog bij dat Beekbergen een christelijke dorpsgemeenschap heeft. De prijs is 15 gulden per vierkante meter. Een koopje?

Winstgevend
In december komt Beekman weer met zo'n buitenkansje. „Op de beste woonlocatie van Beekbergen” zijn in het kader van een liquidatieverkoop drie kavels bos te koop. „Verwacht wordt dat de kavels te zijner tijd bebouwd kunnen worden.” Wel volgt even verderop: „Opgelet: ten aanzien van de bestemmingswijziging koopt men toch geheel voor eigen risico, uiteraard.” De prijs: 25 gulden.

De 44-jarige Albertus Bernardus Martinus Maria Beekman is enig aandeelhouder van Loohuis Bathmen BV, een bedrijf dat zich bezighoudt met de aan- en verkoop van onroerend goed. Het kan niet anders of het moet een winstgevende activiteit zijn. Volgens gegevens van het kadaster kocht Loohuis Bathmen BV de afgelopen jaren diverse percelen bosgrond voor prijzen die variëren van 1 tot 3 gulden per vierkante meter. In diezelfde periode verkocht Loohuis Bathmen –soms onder de naam Beekman te Loenen– aan de lopende band verkavelde percelen voor prijzen die opliepen tot 27 gulden. Tel uit de winst.

Gerede kans
Zakenman Hans Achterberg uit Lunteren kocht enkele jaren geleden zo'n kavel voor de somma van 40.000 gulden. Hij was nog onervaren en had van grondbestemmingen weinig verstand. „Wist ik”, zegt hij, „dat je op het gemeentehuis bijvoorbeeld een bestemmingsplan kon inzien?”

Hij geloofde Beekman op diens woord. Er bestond volgens de zakenman uit Bathmen een gerede kans dat de kavel bebouwd kon worden. Ook de tekst van de advertentie wees daarop.

De bewuste kavel lag midden in de lommerrijke bossen van Beekbergen. Achterberg: „Beekman nam me mee naar een huis in de buurt en zei: Kijk, die mensen hebben het ook voor elkaar gekregen. Ik dacht: Als het waar is wat Beekman zegt, kan ik de kavel over een aantal jaren voor een veelvoud verkopen. Ik ben van huis uit veehandelaar maar wilde overstappen naar het onroerend goed. Het perceeltje in Beekbergen leek me een mooi begin. Ik moest gelijk beslissen want het betrof een liquidatieverkoop. Mijn bod werd meteen door Beekman geaccepteerd.”

Later begreep Achterberg waarom. Toen hij het stuk bosgrond na een tijdje wilde doorverkopen, kwam hij van een koude kermis thuis. Een gegadigde had bij de gemeente Apeldoorn nagetrokken of er in de toekomst gebouwd mocht worden en was tot de ontdekking gekomen dat van een mogelijke bestemmingswijziging geen enkele sprake was. Hij hield Achterberg voor een oplichter.

„Ik schrok me wild”, vertelt de zakenman uit Lunteren. „Zelf ben ik toen ook naar de gemeente gegaan en daar kreeg ik te horen dat er inderdaad geen enkele mogelijkheid was of zou komen om te bouwen.” Het was voor hem aanleiding om de grond –met dik verlies– te verkopen.

Spaargeld
Achteraf kan hij zich wel voor het hoofd slaan dat hij er zo gemakkelijk ingetuind is, maar hij is de klap intussen ruim te boven. „Ik heb ervan geleerd, maar ik heb er geen pijn meer van. Anderen hebben er hun spaargeld mee verloren. Met die mensen heb ik te doen.”

Het is niet moeilijk om dergelijke gedupeerden om het spoor te komen. Het kadaster vermeldt over de afgelopen jaren een lange reeks van kopers. L. van Pelt uit Ugchelen is een van hen.

„Ik had in een regionale krant een advertentie van Loohuis Bathmen gezien en zo'n kavel bosgrond leek me wel wat. Ons werd verteld dat er een gerede kans was dat er te zijner tijd gebouwd kon worden. We hadden in gedachten om er over een jaar of tien een huis neer te zetten. Tegen die tijd zal het toch wel rond zijn, denk je dan. Later ben ik bij de gemeente geweest maar dat we daar ooit mogen bouwen, kunnen we wel vergeten.”

„Dat klopt”, zegt een woordvoerder van de gemeente Apeldoorn. „In het bestemmingsplan is aangegeven dat de desbetreffende percelen bos zullen blijven.” Dat betekent dat daar de komende decennia met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid niet gebouwd mag worden.

Goede buur
In een andere advertentie stelt Beekman dat het vaststaat dat er bebouwd kan worden, zij het „niet onomstotelijk.” Ook gebruikt Beekman de formulering dat gegadigden aannemelijk dienen te maken „te zijner tijd een goede buur te kunnen zijn.” Hoezo goede buur? Een ambtenaar van de gemeente Apeldoorn: „Op een bosperceel mag je nog geen stoel laten staan. Snoeien mag je, dat is alles.”

De kopers van die zogenaamde bouwkavels hebben zich in sommige gevallen verenigd in een collectief. Zo is er een Vereniging van Eigenaren De Vossenburg-in-oprichting. Het betreft een dertigtal kopers van bosgrond in Nieuw Milligen. Het bestuur van de vereniging (in oprichting) heeft tot nu toe vergeefs geprobeerd een wijziging van de bestemming te realiseren. De gemeente geeft de actie geen enkele kans. Hetzelfde geldt voor een poging van een stel kopers van bosgrond aan de Wipselbergweg in Beekbergen.

Snel
Uit gesprekken met een groot aantal kopers blijkt dat Beekman zich iedere keer van dezelfde methode bedient. Meestal is er haast bij en moet er snel worden beslist. De kijkdagen vallen vaak op vrijdag, zaterdag of zondag. Gegadigden kunnen dan niet bij de gemeente informeren naar de toekomstige bestemming.

Toch voelt niet iedereen zich beetgenomen. Een koper uit de buurt van Utrecht vindt dat hij een geweldige deal heeft gesloten. „Hier in de Randstad is de grond peperduur. Oké, ik mag met die bosgrond niets doen. Maar over 50 jaar misschien wel. Dan heb ik goud in handen.” Anderen hebben van Beekman bosgrond gekocht in de buurt van een camping of langs een doorgaande weg. Volgens hen zijn zulke percelen veel meer waard dan wanneer ze midden in het bos liggen.

Grondverwerver Wilfried Wesselink en rentmeester Roel Groot Jebbink van de Dienst Landelijk Gebied van het ministerie van Landbouw glimlachen om zulke argumenten. „De marktwaarde van bosgrond ligt al jaren rond de twee gulden. Alles wat je meer betaalt, is te veel, tenzij het perceel bijvoorbeeld aan je erf grenst. Dan komt er een stukje gevoelswaarde bij.”

Wesselink verwerft al vele jaren grond voor het ministerie van Landbouw en voor instanties zoals Natuurmonumenten en het Geldersch Landschap. Hij kan zich niet herinneren dat Veluwse bosgrond van bestemming veranderde. „De wet verplicht de gemeente in zo'n geval elders een vervangend stuk bos te realiseren. Financieel is het niet aantrekkelijk.”

B en W
Zijn verkoopmethoden heeft Beekman niet van een vreemde. Henk Talen uit Twello herinnert zich uit de tijd dat hij ambtenaar was bij de gemeente Apeldoorn dat vader Beekman op dezelfde wijze opereerde. De verwachting dat op de bospercelen gebouwd mocht worden, versterkte hij door eraan toe te voegen: „Goedgekeurd door B en W.” Kopers dachten dat die letters stonden voor burgemeester en wethouders in plaats van Beekman en diens zakelijke partner Westerik.

„Pure misleiding”, betitelt Talen de praktijken van Beekman. „Nietsvermoedende mensen die graag buiten willen wonen, wordt grond aangesmeerd waar ze niets mee kunnen. Bovendien weten veel eigenaren niet hoe ze bomen moeten onderhouden. Daardoor verloedert het bos.”

In een korte schriftelijke reactie zegt Beekman dat kopers de plicht hebben zelf onderzoek te doen naar de mogelijkheden om op het aangekochte bos te bouwen. Verder beroept hij zich op bepalingen in het koopcontract, waarin volgens hem duidelijk vermeld staat dat op het gekochte niet mag worden gebouwd. Zijn handel in bosgrond noemt hij „een uit de hand gelopen hobby.”

Op de Alphense advocaat mr. Jan Verhoeven maakt het 'verweer' van Beekman geen indruk. „Ik begrijp dat Beekman zich wil verschuilen achter de plicht die kopers hebben om zelf onderzoek te doen. Die vlieger gaat niet op. Voorop staat de verplichting van Beekman om juiste en volledige informatie te verstrekken. Hij kan zich niet excuseren door te zeggen: De koper had zelf ook wel kunnen vaststellen dat hij gebakken lucht kocht.”

Voor het overige roept de reactie van Beekman vooral veel vragen op, bijvoorbeeld hoe de verwachtingen die hij in advertenties en verkoopgesprekken wekt, zich verhouden tot het koopcontract. Maar een faxbericht met zulke vragen laat hij voor wat het is. Het staat niet onomstotelijk vast dat de antwoorden nog komen. Wellicht te zijner tijd.