Binnenland 26 oktober 2000

Mohammed VI wil relaties met Nederlandse koningshuis aanhalen

Eén remigrant voor de prins

Door Bea Versteeg
RABAT – Begrip voor de Nederlandse Marokkanen. Prins Willem-Alexander heeft het gekregen met zijn bezoek aan het noorden van Marokko gisteren. Hij hoopt dat velen zijn voorbeeld zullen volgen, zodat ze „meer begrip krijgen voor de problemen met de Marokkanen in Nederland.”

Hij zei het niet. Maar het moet even slikken zijn geweest voor Willem-Alexander. Op het vliegveld van Al Hoceima zou hij drie geremigreerde Marokkanen ontmoeten. Het was een van de hoofdpunten van zijn driedaags bezoek aan Marokko. In de grote ontvangstruimte trof hij er slechts één. De 43-jarige Ahmed ben Hallou was de enige die de organisatoren van het bezoek hadden kunnen vinden.

Een beetje vreemd. In het betrokken gebied wonen twintig uit Nederland teruggekeerde Marokkanen die er een bedrijfje zijn begonnen. Namen en rugnummers zijn dus bekend bij de ambassade. Van die twintig kwam er dus één opdagen. De ambassaderaad voerde ter verontschuldiging aan dat niet alle geremigreerden geschikte gesprekspartners zijn. Sommigen zouden „ons kunnen bruuskeren.” Diplomatieke taal voor het stellen van vragen aan de prins over moeilijk te krijgen visa voor Nederland of problemen met uitkeringen.

De goedgekeurde remigrant dacht dat veel van zijn lotgenoten domweg niet geïnteresseerd zouden zijn in een praatje met de prins. Ook zou een aantal te ver weg wonen of te oud zijn. Oud is in de opvatting van Ben Hallou iemand die de 60 is gepasseerd.

Vaag
In hoeverre de prins in Ahmed ben Hallou een echte remigrant trof, bleef vaag. Hij woonde tot vijf jaar geleden in Bergen op Zoom. Toen verkocht hij zijn café aan zijn broer. Zijn kinderen moesten Marokkaans leren, vond hij. Hij ging terug naar zijn vaderland. „Ook om het bezit van de familie te beheren.” Zijn vier broers en twee zussen wonen namelijk in Nederland. Sindsdien pendelt Ben Hallou tussen Marokko en Nederland.

Ben Hallou was er „trots” op dat hij de prins mocht ontmoeten. Hij hoopt dat er van het bezoek van de troonopvolger aan dit achtergestelde gebied een signaal uitgaat. Het leukst was natuurlijk geweest als Willem-Alexander de patisserie annex theesalon ”Jazirat Nkour”, die Ben Hallou in een dorp bij Al Hoceima runt, zou bezoeken.

Voor de prins zou het ook interessant zijn geweest. Het dorp is grotendeels verlaten. De eigenaren van de huizen zitten in Nederland. De achtergeblevenen stralen pure armoede uit. Op een door een regenbui in een modderpoel veranderde markt venten zij hun groente en vlees uit. In de theehuizen doden werkloze mannen hun dag. Geen wonder dat 90 procent van de Marokkaanse jongeren zijn toekomst elders ziet.

Isolement
Prins Willem-Alexander zag het –helaas voor hem– niet. De Marokkaanse autoriteiten showden hem de haven van Al Hoceima, die zij flink willen uitbreiden. Ook vertelden zij hem hoe belangrijk de aanleg van een weg tussen het havenstadje en Tanger is. Daardoor raakt het gebied uit zijn isolement. Dat isolement heeft sommige bewoners geen windeieren gelegd. In het achterland van Al Hoceima tiert de teelt van hennep voor hasj welig.

De belangstelling voor het noorden van het Noord-Afrikaanse land deelt prins Willem-Alexander met de Marokkaanse koning Mohammed VI. De streek was de eerste die Mohammed na zijn troonsbestijging vorig jaar bezocht. Gisteravond dineerden de twee. Bij de maaltijd waren ook Mohammeds broer Moulay Rachid en zijn drie zussen Lalla Meriém, Lalla Asmaa en Lalla Hasana aanwezig. De koning behandelt Willem-Alexander als ware hij een staatshoofd. De prins slaapt in de suite die normaal voor staatshoofden is bestemd. Met dit soort gebaren wil Mohammed VI de relaties met het Nederlandse koningshuis aanhalen.

Onbeperkte macht
Mohammed VI en Willem-Alexander zijn dertigers met een geheel eigen kijk op de wereld. Beiden fungeren binnen een constitutionele monarchie. Waar de Nederlandse Grondwet het handelen van Willem-Alexander beperkt door de ministeriële verantwoordelijkheid, heeft Mohammed VI bijna onbeperkte macht. Zijn woord is voor een heel groot deel wet. De Marokkaanse kranten schrijven met grote eerbied over hem. Elke rede die hij uitspreekt, wordt woordelijk afgedrukt.

De Marokkanen zijn dol op hun jonge vorst (37). Liefkozend noemen ze hem M6. Afgelopen zomer verwelkomde hij Marokkanen die vanuit Europa op vakantie kwamen bij hun aankomst in de haven van Tanger. Hij heeft een snelle uitstraling door een hobby als jetskiën. Als hij op zijn ritten door Casablanca of Rabat kinderen tijdens schooltijd spelend in de straat aantreft, luidt de vraag: „Waarom zit je niet op school?”