Binnenland 7 oktober 2000

Dossier Abortus

VBOK: Meer hulp voor vrouwen die gehandicapt kind verwachten

Wel betrokken, niet bewogen

Door E. van Dijkhuizen
AMERSFOORT/HILVERSUM – Meer pychosociale hulp voor vrouwen die een gehandicapt kind verwachten. Als de overheid daar geld voor vrijmaakt, dan zal het aantal late abortussen mogelijk beperkt blijven. Dat verwacht drs. M. den Boer-Neele, directeur externe betrekkingen van de Vereniging ter Bescherming van het Ongeboren Kind (VBOK) in Amersfoort.

Drs. M. den Boer-Neele
Ze zat donderdagmiddag bij de commissievergadering in de Tweede Kamer over het afbreken van een zwangerschap na 24 weken. Teleurgesteld ging ze naar huis. „Ik heb duidelijk gemerkt dat er sprake is van twee totaal verschillende werelden. De ene is die van de christelijke partijen, die opkomen voor de beschermwaardigheid van elk mensenleven vanaf de conceptie. De andere wereld is die van de regeringspartijen, die voor deze visie geen antenne blijken te hebben.”

Toch houdt mevrouw Den Boer hoop op een fundamentele discussie in de Tweede Kamer als daar over enkele weken de regeringsvoorstellen om de abortuspraktijk verder te verruimen, opnieuw aan de orde komen. „Ik weet dat de kans klein is, maar donderdag zijn de bezwaren door de kamerleden Van der Vlies, Rouvoet en Ross weer scherp onder woorden gebracht. Ik denk dan, misschien wel een beetje naïef: Dat moet toch een keer vragen oproepen?” Den Boer vindt het onjuist te stellen dat een principieel onderwerp als het laat afbreken van een zwangerschap bij paarse kamerleden geen emotie meer oproept. „Sommigen van hen waren zeer betrokken tijdens de vergadering. Ze reageerden geërgerd of juist positief. Je merkt wel dat hun betrokkenheid bij het onderwerp een andere is dan de bewogenheid van de christelijke kamerleden.”

Verruiming
Dat een Algemene Maatregel van Bestuur de praktijk van late abortussen ingoede banen zal leiden, zoals de regering verwacht, betwijfelt de VBOK-directeur. „Ik vind het naïef van mensen als minister Borst om te denken dat regels het kwaad zullen beperken. We hebben nu ook al regels rond zwangerschapsafbreking die slecht functioneren. Zal dat straks beter gaan? Ik geloof daar niet zo in. Ik vrees voor een verdere verruiming.”

Den Boer verwacht meer van de beroepsgroep zelf, de gynaecologen, die de abortussen na 24 weken moeten gaan uitvoeren. „Dat is voor zo'n man of vrouw geen dagelijks werk. Gynaecologen zijn er niet om een zwangerschap af te breken, maar om die te begeleiden naar een goed einde. Ik hoop dat de beroepseer en beroepstrots van gynaecologen een rem zal zijn op het aantal late zwangerschapsafbrekingen.”

Vrouwen die in verwachting zijn van een ernstig gehandicapt kind moeten intensief begeleid worden. „Niet alleen medisch, maar ook psychosociaal”, vindt Den Boer. „Dat kan een ziekenhuis niet allemaal zelf. Vooral psychosociale hulpverlening is een zwaar proces. Bij de VBOK merken we dat dagelijks. De overheid zou meer in deze begeleiding moeten investeren, zodat het aantal late zwangerschapsafbrekingen wordt afgeremd.”

Onmenselijk
Drs. L.P. Dorenbos
Drs. L. P. Dorenbos, voorzitter van de stichting Schreeuw om Leven in Hilversum, is „hevig verontwaardigd” over de commissievergadering van donderdagmiddag. „Dit heeft niets meer met democratie te maken, maar met het misbruiken van macht. En dat over de ruggen van ongeboren gehandicapte kinderen heen.”

De keus aan de ouders laten of zij wel of geen late zwangerschapsafbreking willen als blijkt dat hun kind ernstig gehandicapt geboren zal worden, vindt Dorenbos onmenselijk. „Ouders worden met hun doodsnood weggestopt in het getto van hun problemen.”

Ouders die hun gehandicapte kind geboren lieten worden, ook al wisten ze dat het niet zou blijven leven, hebben daar vrede mee, weet Dorenbos. „Ik heb dat van veel ouders die dit meemaakten, gehoord. Het is de natuurlijke weg en het beste voor de verwerking van het verdriet.”

Afgeschaft
Volgens Dorenbos is het verruimen van de abortuspraktijk „een fundamentele stap” richting het verruimen van de euthanasiepraktijk. „Er is geen principieel verschil tussen euthanasie op ongeboren kinderen, abortus, en op reeds geboren kinderen. Ik ga er dan ook van uit dat op 30 oktober, als de kamercommissie debatteert over recht op euthanasie voor kinderen vanaf 16 jaar, de discussie op dezelfde manier zal verlopen als afgelopen donderdag.”

Net zoals de regering het voorstel om recht op euthanasie voor kinderen vanaf 12 jaar toe te staan, heeft laten vervallen, zo had zij ook het toestaan van abortus na 24 weken moeten schrappen, meent Dorenbos. „Het gaat bij beide zaken om slechts enkele gevallen per jaar. Daar hoeven we geen wet voor te bedenken.”

„Waar blijft de politieke moed om te zeggen: We keren terug op onze schreden?” vraagt Dorenbos zich af. „Toch ben ik optimistisch gestemd. Eens zal abortus in ons land afgeschaft worden. Waarom? Omdat alle argumenten vóór abortus zijn vervallen. Het is onvoorstelbaar wat wij bij de stichting Schreeuw om Leven meemaken aan problemen bij vrouwen die een abortus ondergingen. Hoe meer aandacht daarvoor komt, hoe sneller abortus wordt afgeschaft.”