„Onrust over
wapenbezit
jeugd onterecht”

AMSTERDAM – Verreweg de meeste jongeren hebben geen wapen. Als ze er al een hebben, hebben ze dat meestal niet bij zich. De onrust in media en politiek over toenemend wapenbezit onder jongeren is volgens de criminologen dr. P. van der Laan en dr. J. Nijboer onterecht. Zij vragen zich af of de overheid wel moet proberen om wapenbezit onder jongeren tegen te gaan.

De meeste jongeren willen niets met wapens te maken hebben, schrijven de criminologen in het themanummer ”Wapens en geweld” van het Tijdschrift voor Criminologie. In vergelijking met de Verenigde Staten valt het allemaal erg mee. Jongeren hebben zelden een vuurwapen. Meestal gaat het om steekwapens, als ze die al van huis hebben meegenomen.

Er is volgens Van der Laan en Nijboer nog veel onbekend over het onderwerp. De jongere die een wapen bij zich heeft, doet dit omdat hij zich veiliger voelt. „Overigens voelen zij zich slechts zelden onveilig.” Wapenbezit en -gebruik komen vooral voor bij jongeren die er ook anderszins een risicovolle en criminele levensstijl op nahouden.

Kortom: de zorgen en aandacht van de overheid zijn overtrokken. Incidentele voorlichting in de media, op scholen en andere plaatsen waar jongeren veel komen, is meer dan genoeg. Wapencontroles op scholen, in disco's en cafés en bij sportwedstrijden leveren waarschijnlijk weinig op.

Ontmoedigen
De criminologen vinden dat de overheid haar aandacht moet richten op de kleine groep jongeren die altijd een wapen bij zich heeft. Vuurwapens, ploertendoders en stiletto's die zij regelmatig gebruiken, bijvoorbeeld bij een straatroof of een doelbewust opgezochte vechtpartij. Deze jongeren moet worden ontmoedigd om geweld te gebruiken.

Een woordvoerder van minister Korthals (Justitie) laat in een reactie weten dat wapenbezit en -gebruik bij jongeren wel degelijk een maatschappelijk probleem zijn. Korthals zal zijn aanpak zeker niet veranderen. „Ook de laatste tijd zijn er weer tal van incidenten geweest die bewijzen dat je jongeren ook bij disco's en op straat moet controleren. Alleen algemene voorlichting is te weinig.”