Binnenland16 mei 2000

Eigenaar magazijn sluit 'Enschede-ramp' in Veenendaal uit

„Opslag klein vuurwerk geen gevaar”

Door W. G. Hulsman
VEENENDAAL – Een kleine 1000 ton vuurwerk ligt er opgeslagen bij De Kruiterij in Veenendaal. „Een explosie zoals in Enschede kan hier echter nooit plaatshebben. Daarvoor zit het vuurwerk veel te goed verpakt.” De eigenaren Breeschoten senior en junior zijn ervan overtuigd dat er in Enschede iets bijzonders is gebeurd. „Los kruit wellicht? Alleen dan kun je zo'n knal krijgen.”

Wie over het bedrijventerrein Nijverkamp rijdt, is het pand van de vuurwerkimporteur zo voorbij. Er valt niets op bij het bedrijf. Of het moeten de hoge gesloten hekken zijn met de grote borden ”Roken verboden”. Sinds de ramp in Enschede staat het bedrijf echter op de kaart: het is namelijk een van de zeventien grote opslagplaatsen van vuurwerk in Nederland. Alleen in Dronten en Leeuwarden zijn grotere vuurwerkmagazijnen.

De Breeschotens zijn geschrokken van het nieuws uit Enschede, maar maken zich verder geen zorgen dat hun bedrijf iets vergelijkbaars zal overkomen. „Dat kan gewoon niet. Wij handelen alleen in vuurwerk, maar houden ons niet bezig met het afsteken van groot vuurwerk bij evenementen zoals SE Fireworks. Pas als wij ons daarmee bezig gaan houden, wordt het link. Dan moet je met los vuurwerk gaan werken, ontstekingen aanbrengen en soms kruit toevoegen. De mens komt er dan aan te pas. Dan ontstaan er fouten”, reageert Bert Breeschoten, de junior.

Ruim 90 procent van het vuurwerk dat het Veenendaalse bedrijf in huis heeft, is bovendien consumentenvuurwerk, zoals rotjes en vuurpijlen. „Dat is erg licht vuurwerk en goed verpakt. Als hier brand ontstaat, kan er weinig gebeuren, want om dit vuurwerk zit erg veel verpakkingsmateriaal. Voordat dat doorgebrand is, is er al veel zuurstof op. Bovendien krijg je nooit een explosie, want het vuurwerk ontploft stuk voor stuk. Nooit in één keer een grote knal”, vertelt de eigenaar, die zijn personeel en chauffeurs ook heeft getraind voor het omgaan met vuurwerk.

Breeschoten benadrukt tijdens de rondleiding in zijn bedrijf het belang van een goede verpakking. „Al ons vuurwerk zit in stevige kartonnen dozen, met een speciaal stempel van de Verenigde Naties. Geen dun ribbelkarton, maar stevige dozen. Zeker het professionele vuurwerk, voor de evenementen, laten we niet los liggen. Dat is gevaarlijk. Als je tien van die professionele vuurwerkstukken los legt, dan krijg je wel explosiekracht, maar in die dozen niet.”

Het Veenendaals bedrijf zorgt er zelf voor dat de verpakking van het vuurwerk aan hoge eisen voldoet. Het knal- en sierwerk wordt geproduceerd door een Chinese vuurwerkproducent waarvan Breeschoten gedeeltelijk eigenaar is.

Cellen
Mocht er in het Veenendaals bedrijf toch brand uitbreken, dan kan nooit het hele bedrijf in vlammen opgaan, zegt Breeschoten junior. De voorraad is over 34 kleine en goed van elkaar gescheiden magazijnen verdeeld. Elke cel heeft een dikke stalen deur, die het vuur minstens een halfuur moet tegenhouden, en verder is de hele opslag voorzien van een krachtige sprinklerinstallatie, die het vuur binnen korte tijd moet kunnen bedwingen.

Het Veenendaals bedrijf voldoet volgens de jonge baas ruimschoots aan alle voorschriften. „Toevallig hebben we vrijdag nog bezoek gehad van milieuambtenaren van de gemeente. Omdat we aan het verbouwen zijn. Let hierop, let daarop, zeggen ze dan.”

Bert Breeschoten vindt die controles en de strenge eisen positief. „Die extra eisen kunnen gaan over de verplichte aanwezigheid van een brandmeldinstallatie. Die hebben we. Over het gebouw zelf heeft de Koninklijke Landmacht een advies aan de gemeente gegeven. De landmacht let vooral op de constructie en de afstanden tot de buren.”

Van die buren heeft De Kruiterij weinig last. „Om ons heen zitten alleen bedrijven. De dichtstbijzijnde woningen op dit bedrijventerrein staan straten verderop.” En aan de achterkant grenst de kavel aan de landerijen van de gemeente Rhenen. Op honderden meters afstand staan een woning en een boerderij. „En de kans dat die weilanden volgebouwd worden is niet groot, want Rhenen wil dat niet.”

Voor het geval dat het misgaat, is Breeschoten niet extra verzekerd. „Nee, onze verzekeringspremie is niet hoger dan die van andere bedrijven, want door de vele voorzorgsmaatregelen is het risico hier niet hoog. Eerder lager dan bij andere bedrijven. Wij zijn wel verzekerd tegen productaansprakelijkheid, maar dat is richting consument. Dan hebben we het over de veiligheid van het vuurwerk zelf, maar daarbij staat te allen tijde de veiligheid voorop, net als hier binnen”, aldus Breeschoten, die geen antwoord weet op de vraag of het Enschedese bedrijf aansprakelijk gesteld kan worden. „Ik ben geen jurist”, reageert de Veenendaalse ondernemer, die ook penningmeester is van de Federatie Vuurwerkhandel Nederland.

Dronten
De vuurwerkhandelaren in Nederland zijn door de ramp in Enschede wakker geschrokken. Reageerden ze gisteren zelf niet, dan werden ze wel 'verblijd' met een onaangekondigde inspectie door de ambtenaren. Dat gebeurde onder andere in Eindhoven, Best, Den Haag en Lijnden (gemeente Haarlemmermeer).

Directeur G. Broekhoff van de grootste vuurwerkhandel in Nederland reageerde gisteren zelf en deed alle moeite om de gemeente Dronten, waar zijn bedrijf zit, de omwonenden en de pers gerust te stellen. Zijn verhaal stemde bijna helemaal overeen met dat van zijn Veenendaals collega. „Wij beschikken over alle benodigde vergunningen en voldoen aan alle veiligheidsvoorschriften”, zo benadrukte hij.

Bij het Drontse bedrijf ligt maximaal 2100 ton vuurwerk op twee locaties opgeslagen, in twee gescheiden bunkers, die daar speciaal voor zijn gebouwd.

De ramp in Enschede is voor het gemeentebestuur van Dronten inmiddels een aanleiding om voor Broekhoff een rampenbestrijdingsplan –een verdere uitwerking van het rampenplan– op te laten stellen. Daarbij zullen conclusies en aanbevelingen uit het onderzoek naar de Enschedese ramp worden verwerkt, zo heeft de gemeente Dronten laten weten.

Ook in Tilburg zijn er gemeentebestuurders die de opslag van vuurwerk kritisch volgen. De SP-fractie in de Tilburgse gemeenteraad wil van burgemeester en wethouders weten hoe het zit met de veiligheid bij de vuurwerkgroothandel Beko. De fractie wil weten hoe het met de controles zit en vraagt zich af of die niet vaker moeten worden uitgevoerd.

Het Tilburgse bedrijf Beko heeft een vergunning voor de opslag van 700 tot 1000 ton vuurwerk. „Die vergunning is afgegeven in 1998 en bij de jaarlijkse controle enkele maanden geleden was alles in orde”, aldus een woordvoerder van de gemeente gisteren. Volgens haar is het niet nodig op korte termijn nog extra te controleren.

Inventarisatie
Minister Pronk van Ruimtelijke Ordening en Milieu overweegt de regels voor vuurwerkopslagplaatsen aan te scherpen. De stad Groningen heeft gisteren zelf al zo'n inventarisatie uitgevoerd. Daaruit kwam naar voren dat de brandweer een van de grootste vuurwerkopslagplaatsen in de provincie niet kende. Bij de firma Mikx kan maximaal 150 ton vuurwerk liggen. De Groningse brandweer heeft in haar brand- en rampenbestrijdingsplannen geen rekening gehouden met de aanwezigheid van een vuurwerkopslag in dit gebied.