Koningin Beatrix 60 jaar 26 januari 1998

Koningin Beatrix laat zich niet uit eigen hoofdstad weren

Een herkansing voor Amsterdam

Door Bea Versteeg
APELDOORN – Gunt Amsterdam koningin Beatrix haar verjaardagsfeest of niet? Over een week is het antwoord op deze vraag bekend. Als het chaotenbal van afgelopen vrijdag maatgevend is geweest, kan het Nederlandse staatshoofd de komende nachten rustig slapen.

De hoofdstad heeft een haat-liefdeverhouding met koningin Beatrix. Bij twee belangrijke momenten in haar leven, haar huwelijk in 1966 en haar inhuldiging in 1980, verknoeide een aantal Amsterdammers de feestelijkheden grondig. Nu komt er een derde keer. Ditmaal kunnen zij bewijzen dat het ook anders kan.

Die nieuwe kans voor de hoofdstedelingen is niet de reden van de keuze van koningin Beatrix om haar privé-feest in Amsterdam te vieren. Een suggestie in die richting wees zij tijdens het staatsbezoek aan Egypte resoluut van de hand. Prins Claus viel haar daarin bij met: „Zoiets is niet in ons opgekomen”. Amsterdam was enkel verkozen boven bijvoorbeeld Den Haag omdat daar in januari zoveel te doen was.

Lastig volk
De keuze voor Amsterdam is kenmerkend voor de Koningin. Zij geeft daarmee aan dat zij zich niet uit haar eigen hoofdstad laat weren. Als er dan demonstraties komen, neemt ze die op de koop toe. De Amsterdammers zijn „een lastig volk” zo liet burgemeester Van Hall in 1965 aan toen nog prinses Beatrix en prins Claus weten.

Dat lastig slaat op dat moment meer op de geestelijke gezindheid van de hoofdstedelingen. Prinses Beatrix en prins Claus zijn kort daarvoor verloofd. De Amsterdammers, en zij niet alleen, zijn hevig teleurgesteld over de keuze van de troonopvolgster voor een Duitse man en dan nog wel een die een blauwe maandag in de Wehrmacht heeft gediend. Twintig jaar na 1945 zijn de wonden voor de meeste Nederlanders nog te vers om zich daar een, twee, drie, over heen te zetten. Tijdens de tocht door de hoofdstad klinkt diverse malen “Claus raus”.

Baarn
Als in september 1965 bekend wordt dat het huwelijk in Amsterdam plaats zal hebben, wordt het verzet groter. Op een bepaald moment is de weerstand zo hevig, dat prinses Beatrix voorstelt dan maar in Baarn te trouwen. Het kabinet-Cals wil van geen wijken weten. „Alle argumenten zijn met zorg overwogen, maar de regering heeft gemeend haar oorspronkelijk besluit te moeten handhaven. Die beslissing is niet ingegeven door prestige-overwegingen”.

Op de dag zelf, 10 maart 1966, blijkt nog lang niet iedereen gelukkig met het huwelijk. Op rellen beluste jongeren, de zogenoemde provo's, laten tijdens de rijtoer van het stadhuis naar de Westerkerk rookbommen ontploffen. De rookwolken onttrekken de gouden koets aan het zicht. Jaren later zegt prins Claus dat 11 maart veel mooier was dan de dag ervoor.

Geen woning
Bij de inhuldiging op 30 april 1980 loopt het helemaal uit de hand. Alle voorbereidingen ten spijt. Ontevreden jongeren grijpen deze dag aan om onder het motto “geen woning, geen kroning” hun ongenoegen te uiten over de woningnood.

Het is die dag al vroeg onrustig in Amsterdam. Als de oude en de nieuwe Koningin even voor elven op het balkon van het Paleis op de Dam verschijnen, golft de onrust hen tegemoet. Er klinkt gejoel en geschreeuw. Prinses Juliana maant tevergeefs de menigte tot stilte. Zij en haar dochter houden, overstemd door een kakofonie van geluid, hun toespraken die alleen voor de radio- en televisiemicrofoons verstaanbaar zijn.

Sirenegeloei
De weerbarstigheid van de menigte is nog maar een voorproefje op de gebeurtenis in de middag. Tijdens de inhuldigingsplechtigheid dringt het rumoer van een stad die steeds meer de aanblik krijgt van een opstand door tot de aanwezigen in de Nieuwe Kerk. Sirenegeloei en geronk van helikopters zwelt af en toe aan. Het ziet er op een gegeven moment naar uit dat de relschoppers oprukken naar de Dam en daar dan mogelijk de kerk binnen zullen stormen waar de nieuwe Koningin aan haar inhuldigingsrede is begonnen.

De rellen maken dat het programma wordt aangepast. Koningin Beatrix en prins Claus presenteren zich na de plechtigheid in de Nieuwe Kerk niet op het paleisbalkon. Aan een rijtoer door de stad valt helemaal niet te denken. Het is 's avonds voor de beveiliging een hele toer om de hoge gasten van het paleis naar vier rondvaartboten op het IJ waar het slotfeest is.