J. S. Bach 1750-200018 april 2000

Niet leren met een koorstuk aan

Door Mariska Wolters
Veel jongeren vallen volgens Wyanda Verhage alleen al bij het horen van de naam Bach in slaap. Zij niet. Juist niet. „Als ik tijdens het leren een koorstuk aanzet, kom ik niet meer aan studeren toe. Dan ben ik alleen maar aan het luisteren.”

Wyanda Verhage
„Leeftijdgenoten noemen zijn muziek irritant”, zegt ze. De zeventienjarige havo-5-leerlinge van het Prins Maurits College in Middelharnis vindt „helder” een betere omschrijving van veel van Bachs muziek. „In de Barok werd veel gebruikgemaakt van de clavecimbel”, zegt Wyanda. „En die hoge toontjes vinden lang niet alle jongeren mooi.”

Wyanda is wel weg van het werk van de musicus Johann Sebastian Bach. Waarom, weet ze niet goed. „Het is me met de paplepel ingegoten.” Hoewel ze graag naar klassieke muziek luistert, bespeelt ze zelf geen muziekinstrument. „Ik zou graag vioolspelen, maar ik heb het zo druk met school dat ik geen tijd voor de lessen heb.”

Wel zit Wyanda op het schoolkoor en staat ze op de wachtlijst voor een oratoriumvereniging. De scholiere zingt graag en goed. Verschillende keren zong ze solo in kerken. Ook tijdens een zogenoemde Bach-week, die onlangs op school gehouden is, zong ze tijdens de pauzes. In een speciaal voor die gelegenheid gebouwd decor bracht ze samen met een klasgenoot een van Bachs werken ten gehore. „In oude kleren en met een pruik op.”

Veel van haar vriendinnen houden van Bach. „Sommigen spelen in een blokfluitensemble, een ander heeft een dwarsfluit.” Andere klasgenoten kunnen de muziekkeuze van Wyanda niet altijd begrijpen. Die luisteren liever naar muziek met een beat. „Natuurlijk hoor ik dat ook wel eens”, zegt Wyanda. „Je hoeft de radio maar aan te zetten en de popmuziek dreunt je om de oren.” Wyanda vindt veel van die liedjes muzikaal erg simpel en de tekst oppervlakkig. „Het mooie van Bach vind ik dat zijn muziek dicht bij de Bijbel staat. Neem nu de Matthäus Passion. In de muziek komt tot uiting wat de woorden inhouden.”

Wyanda heeft één cd van de popzangeres Celine Dion. „Die heb ik in een opwelling gekocht.” Ze vindt de muziek best mooi, maar het oeuvre van de zangeres kan volgens haar niet op tegen Bach. „Zo'n cd ben ik na een aantal keren zat. Bach kan ik iedere dag opzetten. Steeds ontdek ik iets nieuws.”

De scholiere heeft overwogen naar het conservatorium te gaan. Toch kiest ze voor een administatieve opleiding. „In de muziek is niet veel te verdienen. Zeker niet als je de zondag als rustdag wilt houden. Als je van zingen je vak maakt, twijfel ik of ik dat zou doen tot Gods eer. Ik ben bang dat als ik dag in, dag uit uitvoeringen zou gaan geven, m'n eigen eer op het oog krijg.”