Auto 24 juli 1999

Conglomeraat krijgt halfjaar om problemen op te lossen

Daewoo redt het op het nippertje

SEOUL – Drie decennia lang bleef zijn ster in Zuid-Korea rijzen. Kim Woo-choong –een workaholic die zijn hele leven nog geen dag vrij had genomen– hield van zakendoen. In 32 jaar tijd bouwde hij Daewoo van een eenmansexportzaakje in textiel op tot het op een na grootste conglomeraat van het land, een bedrijf met 65 miljard dollar aan activa, dat producten maakt variërend van schepen en auto's tot kleding en pesticiden.

Deze week is Kims ster gevallen. Daewoo ontkwam ternauwernood aan het grootste bankroet uit de Zuid-Koreaanse geschiedenis – een gebeurtenis die volgens regeringsfunctionarissen de hele economie in een recessie had kunnen storten.

De bijnaramp legde de waarheid bloot over wat de Zuid-Koreanen de ”Kim Woo-choong mythe” plachten te noemen – het geloof dat Kims succes was gebaseerd op hard werken, ondernemingslust en een wereldomspannende visie. Net als Icarus uit de Griekse mythologie, die probeerde de zon te bereiken met vleugels van was, bouwde Kim (63) zijn imperium op miljarden dollars aan kortetermijnleningen, die smolten in de hitte van een verwoestende financiële brand.

Uitstel
Maandag gingen de schuldeisers van Daewoo akkoord met uitstel van betaling voor een halfjaar van 8,3 miljard dollar en verstrekten zij zelfs 3,3 miljard aan nieuwe leningen om het conglomeraat overeind te houden. Tegen het eind van het jaar hoopt Daewoo voldoende van zijn veertig dochterondernemingen te hebben verkocht om zijn liquiditeitsproblemen op te lossen. Veel analisten geloven echter dat het bedrijf daar niet in zal slagen.

„Het is cosmetisch, helemaal geen oplossing”, zei Suh Sung-woon, hoofd research bij het effectenbedrijf SG Securities. „De schuldeisers waren ten einde raad, maar vonden geen oplossing, dus hebben zij besloten zichzelf zes maanden extra tijd te geven.”

Het haastig in elkaar getimmerde reddingsplan riekt volgens deskundigen naar een diepgewortelde vrees bij de overheid dat Daewoo, als het valt, de hele nationale economie zou meeslepen. Tenslotte zijn duizenden leveranciers, groothandelaars en detailhandelaars van Daewoo afhankelijk. Daewoo en vier andere Zuid-Koreaanse familiebedrijven, de zogenaamde ”chaebols”, genereren een omzet van 298 miljard dollar per jaar, op een totaal bruto binnenlands product van 375 miljard.

„Als Daewoo neergaat, zal de hele economie schudden”, zegt Lee Pil-sang, een econoom van de Korea Universiteit in Seoul. „De regering stelt de pijn met zes maanden uit. Maar zal de pijn in zes maanden verdwijnen? Ik betwijfel het.”

Geen verrassing
Dat Daewoo in de problemen zit, is geen verrassing. Terwijl het zijn activiteiten in het buitenland maar bleef uitbreiden, schoot de schuldenlast omhoog van 19 miljard dollar in 1995 tot vorig jaar 50 miljard, vijfmaal meer dan zijn vermogen. En daar is dan nog niet de naar schatting 10 miljard dollar bij die Daewoos buitenlandse joint ventures bij elkaar hebben geleend.

Vroeger wist Kim –met hulp van de Zuid-Koreaanse overheid– altijd leningen te krijgen om zijn buitenlandse avonturen te financieren. Door schuldenlast gestimuleerde expansie was trouwens algemeen gebruik bij de bedrijven die het voortouw namen tijdens de indrukwekkende herrijzenis van Zuid-Korea uit de as van de Koreaanse oorlog van 1950-1953. Maar geen ervan praktiseerde dat beleid zo agressief als Daewoo.

In 1967 begonnen als verkoper van textiel, bouwde Kim zijn bedrijf op door in moeilijkheden geraakte bedrijven in eigen land op te kopen, waarbij hij gebruikmaakte van zijn uitstekende connecties met de vroegere autoritaire regeringen. In de jaren '90 begonnen Kims ambities echter verder te reiken. Onder zijn slogan „wereldwijd management” sloeg Daewoo in de hele wereld aan het kopen, met name vervallen fabrieken voor auto's en huishoudelijke apparatuur in de voormalige communistische landen en de derde wereld. Op het hoogtepunt van de buitenlandse expansie kocht Daewoo elke drie dagen een bedrijf op. Het conglomeraat bezit thans 600 buitenlandse bedrijven en is in grote delen van Oost- en Midden-Europa een bekende naam.

Fout
„Bij Daewoo is het altijd lenen, lenen en uitbreiden, uitbreiden geweest. Winst maken kwam op de tweede plaats”, zegt econoom Lee.

Daewoos problemen begonnen toen Zuid-Korea eind 1997 werd meegezogen in de Aziatische financiële crisis en de banken de hand op de portemonnee gingen leggen. Tegelijk maakte Kim de fatale fout om de regering van president Kim Dae-jung tegen zich in het harnas te jagen. Terwijl de andere conglomeraten op aandringen van de regering gingen afslanken en winst maken, bleef Daewoo koppig uitbreiden. Maar de vraag naar goedkope auto's, televisies en andere Daewoo-artikelen in de ontwikkelingslanden groeide intussen lang niet zo snel als Kim had verwacht. Crediteuren begonnen de kortetermijnleningen terug te eisen die meer dan de helft van Daewoos leningenpakket uitmaakten.

Als Daewoo zijn belofte om binnen zes maanden te reorganiseren niet nakomt, zegt de regering, zullen de schuldeisers beginnen het conglomeraat af te breken door de 8,42 miljard dollar aan aandelen en onroerend goed van de hand te doen waarmee Daewoo de leningen heeft gedekt, inclusief Kims eigen aandelenkapitaal van 1,04 miljard.

„Of Daewoo het ultimatum kan halen, is een grote vraag”, zegt Lee Chae-kwang, hoofdanalist bij Daiwa Securities. Hij wijst erop dat het Daewoo moeilijk zal vallen op korte termijn voldoende geld vrij te maken, omdat de meeste van zijn dochterondernemingen op hun best marginaal winstgevend zijn. „Kim zou wel eens zijn laatste gevecht aan het voeren kunnen zijn.”