Auto | 20 april 2001 |
Serviceconcept voor winkelende automobilistenPoetsen in een parkeergarageDoor A. J. Coster De servicepunten van Ster zien er goed uit. Elk filiaal bestaat uit een winkelunit ter grootte van twee parkeerplaatsen. Deze bevat een balie, vitrines met accessoires, een onderdelenvoorraad en het welhaast onvermijdelijke koffiezetapparaat. Naast de 'winkel' huurt Adil per garage nog zo'n vijf tot tien parkeerplekken om op te werken. Dit aantal is in principe onbeperkt. Krijg ik structureel meer klandizie, dan huur ik gewoon meer plaatsen. Voor een jong bedrijf met een jonge directeur, Adil is 24 zien de zaken er gewoon gelikt uit. Dat is geen toeval, zegt Setoui zelfverzekerd. Ik doe het goed of ik doe het niet. Een groot cliché, maar hier lijkt het praktijk te zijn. Er is de afgelopen jaren dan ook veel nagedacht door de Helmonder. Tussen het allereerste idee en de opening van filiaal één in Heerlen zat maar drie jaar. Voor die tijd verdiende Adil de kost als automonteur bij een dealerbedrijf. Setoui merkte daar dat klanten steeds minder tussen acht tot vijf kwamen, de kantoor- en winkeluren. Reparaties moesten meer en meer in de avonduren en op zaterdag worden uitgevoerd. Dat zijn dure uren, zowel voor de baas als voor de klant. Het betrof vaak ook nog eens van die typische uitstelklusjes: sterretje in de ruit repareren, kleine beschadigingen wegwerken. Daarnaast zag de monteur hier en daar op parkeerplaatsen wel eens mensen bezig met het graveren van kentekens in autoruiten. De combinatie was snel gemaakt, zegt Adil nu. Je moet er even opkomen. Waarom zou ik niet beide zaken combineren en kleine reparaties op parkeerplaatsen gaan uitvoeren? Ik wilde alleen niet buiten werken. Dan ben je te veel aan de seizoenen gebonden. In parkeergarages dus. De ondernemer schreef zich in bij de Kamer van Koophandel, waar hij en passant uit de Gouden Gids alle adressen van parkeergarages in Nederland kopieerde. Toen begon het bellen. Adil zat uren achter de telefoon om mensen te interesseren voor zijn idee. Uiteindelijk hapte de eigenaar van een parkeergarage bij Amsterdam CS toe. Dat was in december 1998. De Helmonder mocht twee weken met een mobiele stand in de garage staan. Elke dag ging hij met een vriend op en neer naar Amsterdam. De zaken liepen niet eens zo slecht. Gemiddeld hadden wij vier klanten per dag. En dat alleen nog maar voor het herstellen van kleine ruitschades. De proef verliep voor beide partijen goed. Zo goed dat Setoui in februari 1999 een nieuwe proefperiode in kon gaan. In die tijd stond hij in totaal in twintig garages door het hele land. Hij schakelde zijn broer en een paar vrienden in en het bedrijf ging met twee ploegen op pad. Het waren turbulente tijden, blikt Adil nu terug. Elke dag heen en weer naar bijvoorbeeld Alkmaar, Zwolle of Utrecht. Ondertussen probeerde ik nog steeds vaste contracten te krijgen. Reclame maken deed hij in die tijd niet. Dan maak je slapende honden wakker. Mijn concept kan niet worden beschermd. Dus kon ik er niet te veel ruchtbaarheid aan geven. Nu ik de contracten heb, ben ik wat dat betreft ingedekt. Een eventuele concurrent krijgt gewoon geen voet meer aan de grond. Het grootste contract sloot Adil met Q-park, eigenaar van tientallen parkeergarages van de in totaal 450 in Nederland. Daarnaast heeft hij contracten met anderen, zodat Ster Autoservice zo'n 160 garages vooruit kan. Dit jaar moeten dat er negen zijn. In augustus is Heerlen opengegaan. In januari volgde Eindhoven, daarna Den Bosch. De volgende is Rijswijk. Amstelveen, Amsterdam, Apeldoorn, Groningen en Rotterdam moeten ook nog, somt hij op. In de proefperiode zocht Adil een aantal dingen uit. Allereerst wilde ik weten welke parkeergarages voldoende potentieel zouden hebben. Het bleek dat er minimaal 5000 autobewegingen per week moeten plaatsvinden. Daarnaast sloeg het concept het meest aan in garages in de binnenstad. We moeten het vooral hebben van winkelende mensen en die parkeren nog steeds het liefst zo dicht mogelijk bij hun doel. Uit enquêtes wist Adil welke diensten zijn klanten nog meer wilden. Het pakket omvat nu het herstellen van autoruitschades, uitdeuken zonder spuiten, bumperreparaties, interieurreiniging en autopoetsen. Bewust kiest de ondernemer niet voor Kwik-Fit-achtige toestanden. Eenieder zijn vak. Hier zijn wij goed in. Bovendien kunnen wij in parkeergarages nooit aan allerlei milieueisen voldoen die voor dat soort werk gelden. In de shop van Ster Autoservice vinden automobilisten wel olie, lampjes, wisserbladen en andere kleine, praktische accessoires. Wat Adil nu rest, is het concept verder over het land verspreiden. Het aardige is dat hij daarvoor niet alleen zelf op pad moet, maar dat anderen hem ook al benaderen. Verschillende Nederlandse luchthavens hebben me gebeld, zegt hij niet zonder trots. Daarnaast kan hij onder andere via Q-park zo Europa in. Toch trapt Adil bewust even op de rem. Hard groeien is mooi, maar het mag niet ten koste gaan van de kwaliteit op de werkvloer. Daarnaast moeten de zaken intern ook op de rails blijven. Hij heeft de tijd, want de contracten zijn voor minimaal tien jaar getekend en zo opgesteld dat hij alles in zijn eigen tempo doen kan. Omdat de uitbreiding van het aantal servicepunten eigenlijk wel het kopiëren van een concept is, is het zaak de neuzen in dezelfde richting te houden en zelf scherp te blijven, ervaart de ondernemer. Daarom heb ik bijvoorbeeld een bedrijfsopleiding laten ontwikkelen die iedereen die hier komt werken moet doorlopen. Zelf dacht hij al weer een stap verder: Sinds kort hebben wij een exclusief contract met Halfords. Ik kwam er namelijk achter dat er behoefte was aan snelle en goede inbouw van audioapparatuur in auto's. Dat past precies in ons concept. Halfords verkoopt nu de radio's, autotelefoons en carkits en verwijst voor inbouw naar ons. Omgekeerd verwijzen wij naar Halfords. Zelf monteren doet Adil al lang niet meer. Enerzijds jammer genoeg niet; anderzijds: wil je iets bereiken dan moet je handelen naar de omstandigheden. Mijn ervaring is dat grote bedrijven zoals Q-park niet om tafel willen met een monteur, maar met een directeur. Nou, dat ben ik dan ook. Aan deze denkwijze is volgens mij ook een groot deel van ons succes te danken. Ik heb een idee en vervolgens zoek ik daar de juiste mensen bij die dat voor mij kunnen uitvoeren. Daar heb je de kern van goed ondernemen. |
![]() |