Auto 20 oktober 2000

Het is goed toeven in de Kia Rio

Door Arno Witvliet
Het gaat goed met Kia. Vanuit het niets wist het merk binnen enkele jaren een interessante marktpositie te bevechten. De verdediging daarvan is gebaseerd op een niet aflatende aanvoer van verse modellen. De Rio is de meest recente aanwinst en zijn succes zal voor Kia van eminent belang blijken.

De consument kan in zijn overwegingen ten aanzien van een nieuwe auto vier Koreaanse aanbieders betrekken. SSang Yong is als fabrikant van vierwiel-aangedreven terreinwagens een buitenbeentje in dit gezelschap, maar in de vergelijking tussen Hyundai, Daewoo en Kia zijn opvallende overeenkomsten. Alledrie legden ze zich toe op de productie en verkoop van relatief goedkope auto's. De wagens onderscheiden zich in vergelijking met de Europese en Japanse medestrevers door hun uitrusting en binnenruimte. De grap is echter dat de drie er totaal verschillende visies op na houden om hetzelfde doel te bereiken.

Hyundai heeft de oudste rechten en na een behoedzame start en een zorgvuldig uitgebouwde marktpositie nam het merk uiteindelijk haar toevlucht tot peperdure sponsorcontracten en commercials om zo het marktaandeel te vergroten. Daewoo daarentegen koos vanaf het prille begin voor een blafferige aanpak. Dat resulteerde in zowel indrukwekkende afzetcijfers als torenhoge rekeningen van allerlei reclamebureaus. Van verdienen was in ieder geval geen sprake. Kia tot slot bewandelde de weg der geleidelijkheid. Die leidde na een aantal jaren van noeste arbeid uiteindelijk tot ruim 4000 kentekenregistraties vorig jaar. Dat is zonder meer een knap resultaat.

Goedkoop
Het gros van de verkopen van Kia kwam voor rekening van de bijzonder sympathiek geprijsde Kia Pride. De dagen van de al wat verouderde wagen lijken echter geteld, zodat Kia dringend behoefte had aan een model dat het succes zou kunnen prolongeren. Bij voorkeur met een auto waarop wat interessantere marges gerealiseerd konden worden. Het offensief voor de komende jaren wordt opgebouwd rondom de kersverse Rio. Deze Aziaat is weliswaar stukken duurder dan de Pride, maar heeft dan ook stukken meer in petto voor de kritische consument.

Om te beginnen is de Rio helemaal niet duur. Goedkoop is het woord dat zelfs beter op zijn plaats is. Vanaf 22.990 gulden levert Kia een heuse sedan die wordt aangedreven door een 1,3 liter viercilinder motor en die met een beetje goede wil als een echte gezinsauto ingezet kan worden. De wagen is ondanks zijn wat korte wielbasis bijvoorbeeld langer dan een Peugeot 306 of een Opel Astra.

Meer Rio is er in de vorm van de 26.990 gulden kostende Rio 1.5 LS vijfdeurs, die met een maximumvermogen van 72 kW/96 pk heel fatsoenlijk van zijn plaats komt. Wat te denken van een snelste tijd van 11,6 seconden voor de sprint vanuit stilstand naar 100 km/h en een topsnelheid van 178 km/h? Geen cijfers om je voor te schamen. Met deze krachtbron onder de kap is de Rio dan ook goed bij de les. Helaas laat hij dat weten ook, want de dosis motorgeluid die tot de trommelvliezen weet door te dringen, is niet helemaal meer van deze tijd.

Onderstuur
De Kia Rio ziet er bovendien goed uit. Dat is voor een Kia lang geen vanzelfsprekende zaak getuige de stroom oubollige dan wel anderszins onaantrekkelijk gelijnde vervoermiddelen waarmee Kia ons de achterliggende jaren verraste. De Rio is anders. Met dank aan een Italiaans designhuis geldt de vormgeving als modern en sportief. Van opzij doet de auto denken aan de 323 FastBreak van Mazda. Frontaal beschouwd kan de Rio een vleugje Ford Mondeo verder niet ontzegd worden. Net als de Mazda 323 FastBreak houdt de Rio een beetje het midden tussen een hatchback en een stationcar. Dat levert niet alleen een eigenzinnige vormgeving op, maar tegelijkertijd een royale bagageruimte.

Rijden doet de Kia Rio boven verwachting. Het weggedrag van eerder beproefde auto's als de Kia Clarus en de Kia Joice was niet bepaald indrukwekkend te noemen. De Rio daarentegen legt een heel behoorlijke proeve van bekwaamheid af. De auto is lekker comfortabel, al hebben de lange veerwegen van de Aziaat natuurlijk ook hun schaduwzijden. In bochten gaat de wagen sneller dan gemiddeld op het buitenste voorwiel hangen, wat een dosis onderstuur tot gevolg heeft. Gevaarlijk is de Rio echter niet. Even gas terugnemen is voldoende om de zaak weer in het gareel te krijgen.

Remmen en schakelen gaat verder van een leien dakje. Een punt van kritiek vormt de indirecte besturing. Vooral rond de middenstand reageren de wielen niet al te scherp op de uitslagen van het stuurwiel. Op hogere snelheden laat de communicatie eveneens te wensen over waardoor de Rio zich wat nerveus laat berijden.

Goede zitpositie
Het is goed toeven in de Rio. Voorin kun je prima hoofd en benen kwijt en zijn de stoelen van dusdanige kwaliteit dat vakantietrips niet noodzakelijkerwijs rugklachten tot gevolg hebben. De zetels zijn lekker stevig en uitgebreid verstelbaar. Dat garandeert een goede zitpositie. Achterin zit je, ondanks de schuin aflopende daklijn, eveneens heel behoorlijk.

De afwerking van het geheel is acceptabel maar niet van het niveau als van de Japanse en Europese concurrentie verwacht kan worden. Daartoe is de kwaliteit van de gebruikte materialen net even te discutabel. Maar ook voor het interieur geldt dat de zaak tenminste een vlotte en eigentijdse indruk maakt.

De uitrusting van de Kia Rio in LS-outfit is eveneens in orde. Standaard worden elektrisch bedienbare voorramen, centrale portiervergrendeling, stuurbekrachtiging, getint glas, toerenteller en twee airbags meegeleverd. Voor die 27 mille kun je natuurlijk niet alles hebben. Maar wel veel, zo maakt Kia met de Rio duidelijk.