Wapenfeiten

1956– Egypte sluit Suezkanaal. Oliecrisis. Benzine op de bon. Europees publiek stapt massaal over op de voornamelijk Duitse scootmobielen (zoals Messerschmitt), tot grote ergernis van British Motor Corporation.

1957– Ontwerper Alec Issigonis ontwikkelt enkele schetsen voor een zeer ongebruikelijke, kleine vierpersoonsauto. BMC-president Sir Lord is enthousiast en geeft de ontwerper de vrije hand, mits het idee binnen twaalf maanden productierijp is. Ontwerp –in klei– wordt afgekeurd.

1958– Ontwikkeling van de ADO15 (codenaam) verloopt in stormachtig tempo. Ongebruikelijke eisen leiden tot nieuwe technische constructies: voorwielaandrijving, dwarsgeplaatste motor, minuscule wieltjes.

1959– Onthulling van Austin Se7en en Morris Mini-Minor. Publieksreactie is zeer lauw vanwege Spartaanse vormgeving zonder versieringen. De ultralage prijs van 496 pond is een sensatie. In Amersfoort assembleert J. J. Molenaar de Mini.

1960– Verkoop van 116.000 Mini's. BMC kan er meer maken, maar het publiek is nog steeds niet wild van het autootje. De eerste varianten komen op de markt: Mini-bestel en -stationcar.

1962– De jaarproductie passeert de 200.000 stuks. Een Mini Cooper wint de Tulpenrally.

1963– De Cooper S laat het publiek verbaasd staan met z'n topsnelheid van 160 km/uur.

1964– Mini krijgt een hydrolastic vering, vergelijkbaar met de hydraulische vering van Citroën. In plaats van hydraulische olie gebruikt de Mini water met antivriesmengsel. Startknop op de vloer wordt vervangen door sleutel. De Mini treedt als Moke in dienst bij Defensie.

1965– 1 miljoenste Mini schuift over de toonbank. Mini presenteert in oktober met veel tamtam een automaat. Mini wint de Rally Monte Carlo.

1967– Facelift voor Mini: nieuwe grille, grotere achterruit, grotere koplampen. Belangrijkste aanwinst is 1000 cc motor, naast de 850 cc. Opnieuw Monte Carlo-overwinning. Eerste Mini met automaat in Nederland leverbaar.

1968– De problematische hydrolastic vering wordt weer vervangen door rubbervering. Trektouwen om portieren te openen maken plaats voor hendels.

1969– De auto –model '70– krijgt op z'n tiende verjaardag draairamen. Twee miljoen Mini's verkocht.

1970– De fabrieksnamen Austin en Morris worden geschrapt. Mini wordt een eigen merk.

1971– Topjaar: 318.475 Mini's verkocht.

1972– Ruim 3 miljoen Mini's verkocht.

1976– Ruim 4 miljoen Mini's verkocht.

1984– Alle Mini's krijgen 12-inch-wielen en schijfremmen.

1985– Export van Mini's naar Japan succes: 1500 stuks verkocht.

1986– Ruim 5 miljoen Mini's geproduceerd.

1990– Rover introduceert nieuwe Mini Cooper. Verkopen in Japan bedragen jaarlijks 15.000 stuks.

1992– Mini krijgt motor met standaardinhoud van 1275 cc én katalysator.

1993– Mini Cabriolet te koop voor 12.000 pond sterling, ontwikkeld in Duitsland. Productieaantal: 414.

1997– Mini krijgt een grote facelift én een airbag. Auto technisch sterk verbeterd. Radiateur komt achter de grille in plaats van naast het linkerzijscherm.

1999– Rover kondigt productiestop aan voor 2000. BMW verkoopt Rover, maar blijft eigenaar van Mini.

2000– BMW introduceert prototype van de nieuwe Mini. Reacties van liefhebbers lopen sterk uiteen. Nieuwe versie verschijnt in oktober op de markt.