Auto 6 mei 2000

Gedistingeerde Rover 45 2.0 V6 Sterling

Britse automobiele distinctie omvat bij voorkeur meer dan hout en chroom. Mooi geplooid geurend leer en een fraai snorrende zespitter bijvoorbeeld voorzien onmiskenbaar in een gevoel van welbehagen. Zeker wanneer de begeerde compositie voor een uiterst schappelijk bedrag te verkrijgen is.

Het aanbod is zeer verleidelijk. Voor een dikke 56 mille levert het merk de gerestylde Rover 400 niet alleen met een bijzonder royale standaarduitrusting die zelfs lederen bekleding omvat, maar bovendien met een heuse 2,0 liter zescilindermotor. Een vijftraps automatische transmissie is overigens bij de prijs inbegrepen. Een dergelijke propositie lijkt moeilijk te weerstaan en noopt op z'n minst tot nader onderzoek.

Overname
Allereerst is er natuurlijk de onzekerheid die zowel bij consumenten als bij dealers ontstond naar aanleiding van de voorgenomen overname van Rover door de Alchemy Partners, die vorige week echter onverwacht op de klippen is gelopen. Alchemy heeft niet bepaald veel affiniteit met de automobielindustrie en geniet een reputatie van succesvol saneerder. Wanneer Rover definitief in handen van de Alchemy Partners gekomen was, waren de dagen van de grootschalige serieproductie geteld geweest, met alle gevolgen voor de werkgelegenheid van dien. Alleen in nichemarkten zou Rover en MG dan een toekomst beschoren zijn.

Realistischer leek dan ook dat de Alchemy Partners een sanering beoogden teneinde Rover als geheel weer op de rit te krijgen, om het vervolgens aan een groot automobielconcern te verkopen. Als relatief kleine partij met navenante middelen roept Alchemy immers veel minder weerstanden op wanneer de werkgelegenheid van duizenden werknemers in het geding is dan kapitaalreuzen zoals Ford, General Motors en DaimlerChrysler.

Wat er daadwerkelijk gebeurd zou zijn, zullen we echter nooit weten. Er bleken voor de Alchemy Group uiteindelijk te veel haken en ogen aan de overname zitten, waardoor de onderneming de onderhandelingen staakte. BMW zit nu behoorlijk met zijn Britse avontuur in de maag. Want dat Rover ziek is, behoeft geen betoog, hoewel nog allerminst vaststaat dat de ziekte ongeneeslijk is. Al lijkt het daar wel op.

Drastische ingrepen
De Rover 75 was bedoeld als Rovers hoop in bange dagen, maar vooral op de thuismarkt heeft het merk niet de afzet kunnen realiseren die het geprognosticeerd had. Desalniettemin is de 75 ”leading model' in het assortiment en derhalve een aanleiding op zich om de typenamen van de Rovers 200 en 400 om te zetten in respectievelijk 25 en 45 en deze tegelijkertijd optisch meer met de 75 in overeenstemming te brengen. Vooral frontaal zijn de ingrepen drastisch, want de horizontale koplampen hebben moeten wijken voor een viertal ronde exemplaren met de karakteristieke afgeplatte bovenzijde.

Naar mijn smaak zijn de retouches zonder meer als geslaagd te beschouwen. De Rover 45 sedan ziet er simpelweg gedistingeerd uit, hoewel de update niet kan verhoeden dat de wagen als Rover 400 reeds een aantal jaartjes op de markt is. Vooral het interieur oogt bedaagd en is door de hedendaagse ergonomische maatstaven ingehaald. Fraai zijn echter de zetels, die in de Rover 45 Sterling standaard zijn overtrokken met fraai en geurend leer, hetgeen zonder meer voorziet in een rijk gevoel. Het is dan ook jammer dat de zitpositie een tikkeltje tegenvalt.

Rustig
Onder de motorkap arbeidt een 2,0 liter 24-kleps zescilinder benzinemotor, die een maximumvermogen van 110 kW/150 pk bij 6500 tpm via de voorwielen op het wegdek weet te brengen. Het maximumkoppel bedraagt 185 Nm bij 4000 tpm, wat voor een zespitter niet bepaald royaal is. De 45 2.0 V6 is dan ook geen vlotte knaap. Voor de sprint vanuit stilstand naar 100 km/h trekt de stijlvolle Brit 9,5 seconden uit, terwijl bij 203 km/h de fysieke grenzen bereikt zijn.

De Rover is dan ook veel meer een comfortmachine dan een sportief getinte rijdersauto. De machinerie wordt niet graag naar hoge toerenregionen gejaagd en ook de automatische transmissie toont zich het fijnst bij een rustig rijgedrag. De steptronic blijkt meer een leuke gimmick dan een bruikbare functionaliteit te zijn. Het onderstel van de Rover 45 is eveneens afgestemd op comfort, hoewel de auto tamelijk stevig geveerd is. In bochten echter toont de auto een meer dan gemiddelde neiging tot overhellen, terwijl de nogal indirecte besturing een sportief rijgedrag eveneens in de weg staat. Al met al is de Rover 45 een fijne kompaan voor een lange snelwegrit, maar kan de wegligging zijn leeftijd niet geheel verhullen, de update ten spijt.

Stijlvol
Rover levert de 45 2.0 V6 in een tweetal uitvoeringen, maar slechts in een enkele carrosserievariant. Alleen de sedan is leverbaar met de topmotorisering. De hatchback is voorbehouden aan de viercilinderversies. Vanaf 52.990 gulden behoort de zescilindervreugde bij Rover tot de mogelijkheden. Voor dat bedrag is de auto dan als 45 Club standaard voorzien van ABS, twee airbags, hoofdsteunen voor en achter, airconditioning, elektrische ramen voor en achter, elektrisch verstelbare en verwarmde buitenspiegels, centrale portiervergrendeling met afstandsbediening, alarmsysteem, zes luidsprekers, kloeke 16-inch lichtmetalen velgen, mistlampen in de voorbumper en een lederen stuurwiel.

De 45 2.0 V6 Sterling vergt een meerprijs van 3500 gulden, maar is voor die munten dan wel opgeleukt met leren stoelbekleding, verchroomde buitenspiegels en cruise control. Al met al verlangt Rover uiterst schappelijke vergoedingen voor de levering van een 45 2.0 V6 in welke outfit dan ook. Daarbij geldt zonder meer dat er een auto met distinctie passend bij een goede komaf in eigendom verworven kan worden. Voor hen die gevoelig zijn voor de ”British style” is de Rover 45 absoluut de moeite van het overwegen waard. Wie zich bovendien een zescilinder aandrijfbron compleet met automatische transmissie en lederen bekleding kan veroorloven, is helemaal de koning te rijk. Dat de Rover 45 niet echt jong meer is, zal hem of haar weinig kunnen deren. De stijlvolle Brit geldt dan immers als een charmante verleider. De grote vraag is echter voor hoe lang nog.