Knot: Crisis bestaanszekerheid reden voor grotere rol overheid
„Zorgen over bestaanszekerheid zijn buitengewoon slecht voor de economische activiteit. Dat zou ertoe kunnen leiden dat de overheid een grotere rol moet hebben in de economie dan lang gedacht”, zei DNB-president Klaas Knot donderdag in de Tweede Kamer.
Knot was in Den Haag om Kamerleden bij te praten over de hoge inflatie, het beleid van de Europese Centrale Bank (ECB) en de gevolgen voor werknemers en bedrijven.
De hoge inflatie −in oktober 16,8 procent volgens de Europese definitie− brengt de overheid in een lastige positie. Om de economie af te laten koelen zou de hand op de knip moeten. Extra overheidsuitgaven jagen de inflatie alleen maar verder aan. Tegelijkertijd staat de bestaanszekerheid onder druk door de hoge energieprijzen. „Hoe laten we de economie afkoelen zonder de groepen te raken die in de knel zitten?”, vroeg onafhankelijk Kamerlid Omtzigt aan Knot.
Daarop wees de DNB-president erop dat zorgen om rond te komen „buitengewoon slecht” zijn voor de economie en de grotere rol voor de overheid die daar volgens hem uit volgt. „Het is een feit dat mensen op dit moment meer van de overheid verwachten”, zei Knot. „Als dat zo is, zal de overheid die middelen ook moeten ophalen. Dat blijf ik erbij zeggen. We kunnen de problemen niet oplossen door ze door te schuiven naar jongere generaties.”
Het is volgens Knot „ontzettend moeilijk te zeggen” hoe hoog de inflatie de komende jaren zal zijn. Hij wees de aanwezige Kamerleden op de huidige raming van de ECB. Frankfurt verwacht volgend jaar 5 à 6 procent inflatie en in 2024 zo rond de twee procent. Echter, er zijn een aantal risico’s die er zomaar voor kunnen zorgen dat de inflatie langer hoog blijft. De ontwikkelingen rond de gastoevoer naar Europa is daar een voorbeeld van, net als de mate waarin de lonen omhoog gaan en het begrotingsbeleid van de overheid. Knot werd er daarom op bevraagd hoe het ECB-beleid en het begrotingsbeleid zich tot elkaar zouden moeten verhouden.
Als de ECB in december opnieuw de rente zal hebben verhoogd, blikte de DNB-president vooruit, „beginnen we de boel af te remmen”. Als echter het begrotingsbeleid de economie blijft aanjagen „roeien de twee tegen elkaar in”, aldus Knot. Hij herhaalde daarom de oproep aan de overheid om het begrotingstekort te verlagen.
Smalle beurs
„Uiteindelijk hebben we er allemaal belang bij om de inflatie terug te brengen”, zei Knot. „Inflatie is een negatieve belasting waar niemand vóór gestemd heeft. Mensen met een smalle beurs zullen er het hardst door geraakt worden.”
Als de economie niet groeit maar krimpt, zou dat volgens Knot ook bijdragen aan het beteugelen van de inflatie. Het afgelopen kwartaal kromp de Nederlandse economie met 0,2 procent. „Het is goed mogelijk dat we nog een paar krimpkwartalen gaan zien”, zei Knot. Hij denkt echter dat louter een milde recessie er niet voor zal zorgen dat de inflatie terugzakt naar het gewenste niveau.
Het is „niet realistisch” om te verwachten dat de lonen zoveel omhoog gaan dat werknemers volledig worden gecompenseerd voor de hoge inflatie, zei Knot. Bedrijven zouden dan zowel de eigen prijsstijgingen als die van de werknemers moeten oplossen. „Dan sjoelen we alle kosten naar de bedrijven.” De president van DNB vindt 5 tot 7 procent loonsverhoging een reëel startpunt voor de onderhandelingen tussen sociale partners. Eenmalige loonstijgingen zijn mogelijk, bleek ook uit een eerdere studie van de bank.