Vijf miljoen euro extra voor levensbeschouwelijke universiteiten
Vier kleine Nederlandse universiteiten, waaronder de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA), krijgen vanaf volgend jaar in totaal 5 miljoen euro extra voor levensbeschouwelijk onderwijs en onderzoek.
Dat schreef minister Dijkgraaf van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap dinsdag in een brief aan de Tweede Kamer.
Nederland telt vier kleine levensbeschouwelijke universiteiten die door de overheid worden gefinancierd: de Universiteit voor Humanistiek (UvH), de Protestantse Theologische Universiteit (PThU), de TUA en de Theologische Universiteit Kampen | Utrecht (TUK). Zij zijn verenigd in het Netwerk van Levensbeschouwelijke Universiteiten (NLU).
Deze universiteiten hebben gezamenlijk te maken met een „verslechterende financiële positie” en enkele „specifieke (financiële) knelpunten”, aldus de minister. „Structurele investeringen zijn nodig om deze financiële knelpunten aan te pakken, om de basis van het onderwijs en onderzoek bij de NLU op peil te brengen en om de maatschappelijke relevantie van het levensbeschouwelijk onderwijs en onderzoek te versterken.”
Dat er structureel meer geld naar de levensbeschouwelijke universiteiten gaat, noemde NLU-voorzitter prof. dr. Joke van Saane woensdagmorgen „ontzettend goed nieuws.” De rector van de UvH ziet dat als een „erkenning” van de kwaliteit van de universiteiten en de plek die ze in de maatschappij innemen.
Met de extra 5 miljoen euro kunnen de financiële knelpunten „voor een heel groot deel” worden opgelost, denkt prof. Van Saane. „Er was nauwelijks geld voor onderzoek. Nu kan er bijvoorbeeld extra personeel worden aangenomen.”
De UvH krijgt 2,5 miljoen euro, de TUK 1,5 miljoen euro en de PThU en de TUA ieder 500.000 euro. Bij de verdeling van het geld is onder meer gekeken naar het aantal studenten, de omvang van de onderzoeksprojecten en de plaatsen „waar de problemen zitten.”
De minister vraagt de vier universiteiten nauwer met elkaar samen te werken. Prof. Van Saane: „Ze zullen elk hun eigen achterban blijven bedienen. Tegelijk kijken we naar mogelijkheden om samen onderzoek te doen naar zingeving en ethiek en naar het opleiden van leraren godsdienst en levensbeschouwing.”