Toch geld van het Rijk voor verbreden Rijnbrug Rhenen
Het Rijk draagt 40 miljoen euro bij aan het verbreden van de Rijnbrug tussen Rhenen en Kesteren. Daarmee is de aanpak van het verkeersknelpunt binnen handbereik.
De provincies Gelderland en Utrecht en de regio’s FoodValley (Ede-Veenendaal en omgeving) en Rivierenland hebben de afgelopen maanden het Rijk kunnen overtuigen dat de verbreding van de brug een gezamenlijke opgave is die ook een bijdrage vraagt van het Rijk als eigenaar van de oeververbinding. Nu het Rijk over de brug is gekomen, lijkt Gelderland wel bereid zijn deel van het ontbrekende bedrag op tafel te leggen.
Vrijwel dagelijks staan er files op en rond de brug, op de provinciegrens van Gelderland en Utrecht. In elke richting is er nu één rijbaan. In 2018 stelden de twee provincies samen ruim 80 miljoen beschikbaar voor verbreding tot tweemaal twee rijbanen. Kostenstijgingen, indexatie en een hogere reservering voor risico’s hebben geleid tot een geschat tekort van nog eens 70 miljoen, zo werd eind vorig jaar duidelijk.
Utrecht wilde de helft van de meerkosten wel betalen, Gelderland weigerde dat te doen, omdat de financiële positie van de provincie dat niet zou toelaten. Uiteindelijk werd besloten dat opnieuw in Den Haag zou worden gelobbyd voor een rijksbijdrage.
Het verbreden van de brug is volgens de provincies en de regio’s één van de belangrijke voorwaarden om de woningbouwopgave voor de regio’s (er worden meer dan 50.000 nieuwe woningen gebouwd in FoodValley en Rivierenland) uit te kunnen voeren. „Ook in onze regio is een grote vraag naar woningen, maar daarvoor zijn wel extra maatregelen als een betere zuidelijke ontsluiting van FoodValley nodig”, zegt wethouder Engbert Stroobosscher (Veenendaal).
De provincies en andere betrokken partijen gaan op korte termijn in overleg over de Rijnbrug. Waarnemend gedeputeerde mobiliteit van Utrecht, Robert Strijk: „We hopen dat we dit project, ondanks stikstof, inflatie en gestegen bouwkosten, vlot kunnen trekken.” Zijn collega in Gelderland, gedeputeerde Helga Witjes: „Met de bijdrage van het Rijk heb ik er vertrouwen in dat we er uit gaan komen. Dit is niet alleen belangrijk voor de bereikbaarheid, ook voor de leefbaarheid en het versterken van de regionale economie.”