Geen aardse kracht
Psalm 147:10
„Hij heeft geen lust aan de sterkte des paards; Hij heeft geen welgevallen aan de benen des mans.”
Het heeft niet ontbroken aan mensen, geld, goed en allerlei voorraad. Maar de rechte Wachter hield op met bewaren en liet zien wat mensenwijsheid en kracht vermag zonder Zijn waken en bewaren. Zo bleek dan dat hun zaak niets was dan een vergeefse opzet en een nutteloos voornemen, waarbij zij niet konden blijven noch het ten uitvoer brengen. Dat hebben zij ook zelf gevoeld en erkend. Want zo schrijft de heiden Vergilius van Troje dat de dode Hector tot Aeneas sprak in de slaap: „Had Troje beschermd moeten worden, dan zou het ook door mijn hand zijn beschermd.” En Lucanus: „Aan grote rijken is het niet gegeven lang te bestaan.”
Hoe openlijk treedt Gods werk aan de dag. Toch kent men het niet, ofschoon men er met het hoofd tegenaan loopt. Ook de soldaten erkennen dat de overwinning niet ligt aan de menigte noch aan de sterkte van het leger, maar, zoals zij zeggen, aan het geluk. De Schrift zegt echter: het ligt aan God. Zoals Psalm 24 zegt: „Hij is de Heere, machtig in de strijd.” En Psalm 147: „Hij heeft geen lust aan de sterkte der paarden.” En: „Paarden helpen niet met hun sterkte, en de sterken kunnen hen niet helpen.” Ook Prediker 9: „Ik zag dat tot het lopen de snelheid niet helpt noch tot de strijd de sterkte.”
Maarten Luther, hoogleraar te Wittenberg
(”Toelichting op Psalm 127”, 1524)