Ook Schotse kerk kent strijd over blijven of weggaan
In reactie op de ontwikkelingen in de Church of Scotland, de grootste protestantse kerk in Schotland, verlieten veel leden en ambtsdragers de kerk. Anderen bleven. Ds. Louis Kinsey is een van hen. „Mensen die de Heere vrezen, moeten hun stem blijven verheffen.”
Het is wat troosteloos weer deze dag. Grijs en nat, zoals het in Schotland vaker is.
Somber zou je ook de situatie in de kerk kunnen noemen, luisterend naar ds. Louis Kinsey. Hij is predikant van de St. Columba’s Church in Aberdeen, een stad in het noordoosten van Schotland, gelegen aan de Noordzee. Al 31 jaar dient hij de gemeente binnen de Church of Scotland. Eerder was hij als chaplain ook verbonden aan scholen en gevangenissen.
Ds. Kinsey is predikant in de Kirk –zoals de Schotten de nationale kerk noemen–, maar met pijn. In zijn eigen gemeente probeert hij een „Schriftuurlijke” prediking te brengen. De leden van zijn gemeente horen die graag, zegt hij, en er is geen wens om de koers te verleggen.
In de Kerk van Schotland als geheel is dat wel anders. Daar is steeds minder ruimte voor „evangelicals”, mensen die vast willen houden aan het gezag van de Bijbel als Gods Woord.
Overtuiging
Ds. Kinsey is voorzitter van de Covenant Fellowship Scotland. „Het is een organisatie waarin evangelicals elkaar opzoeken en bemoedigen. We hopen voor en bidden om nieuw leven in de kerk en een reformatie in lijn met de Schrift. Het is meer dan een gevoel, het is een overtuiging dat de kerk moet terugkeren.”
Die omkeer is hard nodig, stelt ds. Kinsey. „De kerk lijkt vooral in lijn te willen komen met de seculiere samenleving, meer dan in lijn met de Schrift. Ja, de Church of Scotland is op drift. De kerk liberaliseert.”
Heel concreet is dat de laatste decennia zichtbaar geworden in de discussie over homoseksuele relaties, constateert de voorganger. „Die discussie startte hier in de regio Aberdeen jaren geleden al. Van verschillende kanten is geprobeerd tegen te houden dat een praktiserend homo in deze stad bevestigd zou worden als voorganger. Maar er is niet naar ons geluisterd. Daarop hebben we ons beroepen op de general assembly. Echter, de synode wees ons appel af. De installatie ging door.”
De Aberdeense voorganger mist het diepgaandere theologisch debat in de Kirk, toen en nu. „Het gaat niet sec om het homohuwelijk. Het gaat over het Schriftgezag. De discussie die nu gaande is over het homohuwelijk, is slechts een symptoom van een brede ontwikkeling”, zegt hij bezorgd.
De Covenant Fellowship Scotland probeert een bijdrage te leveren aan het debat in de kerk, zegt ds. Kinsey. Hij wil daarbij graag de krachten bundelen met de Church of Scotland Evangelical Network (COSEN), een organisatie die zich net als de Covenant Fellowship Scotland voor een herleving door de Heilige Geest in de kerk inzet. „We hebben verschillende accenten, maar we zouden meer samen kunnen doen. Het is beter als we samen op zouden trekken. Wij hebben ons aanvankelijk achter de beweging Forward Together geplaatst, een beweging binnen de Church of Scotland, en zijn daarom wat op de achtergrond gebleven. Nu willen we meer naar buiten treden. Ik hoop dat we samen kunnen bidden en elkaar vaker zullen ontmoeten.
Ds. Kinsey hoopt ook dat er met evangelicalen buiten de Church of Scotland samengewerkt kan worden. „We moeten elkaar vinden, als broeders en zusters, verenigd in eenzelfde geloof. We trekken ons te snel terug in onze eigen kringetjes. Dat kan niet, zeker nu we wereldwijd met verschuivingen te maken hebben.”
Olie
De koerswijziging om ruimte te bieden aan praktiserende homoseksuelen moest kerk en samenleving dus dichter bij elkaar brengen, was de gedachte, maar het tegenovergestelde is gebeurd, constateert ds. Kinsey. „De kerk zit in een crisis. De ontkerkelijking is groot. Door aan te sluiten bij de seculiere moraal, zoals met betrekking tot homohuwelijken, dacht de kerk dat te kunnen afremmen. Het tegendeel is waar. Door aan te sluiten heeft de kerk juist meer olie op het vuur gegooid.” De besluiten van de synode zorgden voor veel interne onrust en veel leden verlieten de kerk.
Ds. Kinsey bleef. „De kerk koos ervoor de Bijbelse koers los te laten. Toch heb ik gevoeld te moeten blijven. Ik voel een sterke band met mijn gemeente. Ik ben al dertig jaar aan deze gemeente verbonden. En hier heeft de Heilige Geest gewerkt. Ik geloof dat dit het juiste antwoord is. Je wilt geen scheur. Dat neemt niet weg dat ik me grote zorgen maak over de Church of Scotland.”
Predikanten binnen zijn kerk die vast willen houden aan het gezag van de Bijbel maken verschillende afwegingen, want andere voorgangers verlieten de kerk, ziet ds. Kinsey. „De vraag weg te gaan of te blijven kan predikanten veel worsteling opleveren. Er zijn predikanten die zeggen: We moeten binnen de kerk de positie van de Bijbel blijven onderstrepen. Andere worstelen met de vraag: Wat is Gods weg hierin voor mij? Wanneer is het genoeg en moet ik de kerk verlaten? Zij voelen vaak ook een grote verantwoordelijkheid richting een gemeente waaraan zij verbonden zijn, richting ambtsdragers. Een predikant kan jaren zijn krachten hebben gegeven aan een gemeente, er veel tijd en energie in hebben geïnvesteerd. Moet ik, kan ik dat zomaar loslaten? De Heere riep naar deze gemeente, zo voelen ze.”
Ook op persoonlijk vlak komen predikanten soms in de knel. „Een predikant heeft ook nog vrouw en kinderen, en moet een inkomen houden. Verlaat hij de kerk, dan heeft dat ook financieel grote gevolgen. De theologische verschillen hebben ook hun weerslag op het welbevinden van een predikant.
Het kan ook zo zijn dat een predikant wil blijven, maar dat gemeenteleden die zich aan hem verbonden voelen vanwege alle verschuivingen niet langer in de kerk willen of kunnen blijven. „Dat is ook moeilijk voor een predikant. Mensen die mogelijk onder zijn prediking tot bekering zijn gekomen, vertrekken, omdat zij zo denken het meest Jezus te volgen. Zo kunnen vriendschapsbanden worden verbroken.” Ds. Kinsey hoort van predikanten die op dat terrein veel verdriet ervaren.
Hij ziet nog een probleem opdoemen. „Als predikant ben je verbonden aan een gemeente. Door de herstructurering van de kerk die nu gaande is –een gevolg van de leegloop en de nodige bezuinigingen– moeten gemeenten regionaal samenwerken en zijn predikanten niet meer in dienst van één gemeente. Die predikant heeft wel de roeping ervaren naar die ene gemeente, maar nu moet hij ook gemeenten in de regio dienen. Die gemeenten kunnen heel andere standpunten hebben, collega-ambtsdragers kunnen heel andere gedachten hebben. Kan hij zich dan nog uiten? Na de laatste synodeuitspraken ervaren verschillende evangelicale predikanten dat ze voorzichtiger moeten zijn in hun uitlatingen.”
Kerkplanting
Ondanks de zorgen die hij heeft over de ontwikkelingen in zijn eigen kerk, is ds. Kinsey niet alleen somber. „Ik zie ook positieve dingen gebeuren in Schotland. Zeker in de kleinere kerkverbanden is de laatste jaren een nieuwe levendigheid ontstaan. De Geest werkt. Als ik bijvoorbeeld zie wat de Free Church of Scotland aan kerkplanting doet… Er is in de Free Church geen tekort aan predikanten. In die kerk is een positieve houding aanwezig. En ook veel kleine independente, onafhankelijke gemeenten bloeien meer dan ooit tevoren. Dan zien we waar God Zijn gunst over toont. O, zeker, er zijn ook bloeiende gemeenten binnen de grote Church of Scotland, maar dat zijn er niet zo veel.”
Wat is uw visie op de toekomst van de Church of Scotland?
„Na het besluit van de generale synode eerder dit jaar om de inzegening van homoseksuele stellen mogelijk te maken, kan het lijken alsof de strijd over is. Maar dat is niet zo. Mensen die de Heere vrezen moeten hun stem blijven verheffen. Het gaat om het gezag van de Schrift, zoals ik al zei.”
Vanuit de kerk worden ook steeds meer aanvallen uitgevoerd op de Westminster Geloofsbelijdenis, ziet de voorganger. „Dat is een sterke beweging. Terwijl deze belijdenis de essentie van de Schrift weergeeft in de lijn van Paulus. Zeker, het is een document van zijn tijd, maar deze belijdenis is zeer bruikbaar en beslaat zo veel aspecten van het geloofsleven, ook nu.”
Ds. Kinsey hoopt dat Schotland de weg terug mag vinden en er meer gemeenten komen die bij de Bijbel willen leven. „En dat die gemeenten elkaar zullen vinden; alle splitsingen zijn niet goed. Dat is een lange weg. Maar de Heere kan ingrijpen. Het grootste deel van de Schotten noemt zichzelf progressief: er is dus nog een Mount Everest te beklimmen als het om de cultuur gaat.
Een ding is zeker: een reorganisatie van de Church of Scotland zal niet helpen. We hebben de Heilige Geest nodig. We hebben Gods wijsheid verzaakt en Christus’ bloed wordt ondergewaardeerd. En ook ín de kerk leven zonden. Er is geen erkenning van fouten en dwalingen. Er is geen nood om op de knieeën te gaan. In dat opzicht kan ik niet optimistisch zijn.”
Dit is het vierde en laatste deel in een vierdelige serie over kerken in Schotland die ondanks de secularisatie vast willen houden aan de Bijbelse prediking.