Dat hebben de beide scholen maandag bekendgemaakt. De colleges van bestuur spreken over een „houtskoolschets” die nog om concretere uitwerking vraagt.

Een jaar geleden kondigden de beide scholengemeenschappen aan „vérgaande” samenwerking” te onderzoeken. Een van de aanleidingen was de overlap in het voedingsgebied, met name in de regio Barneveld.

Alle overblijvende locaties onderzoeken de mogelijkheid het onderwijsaanbod te verbreden, met name voor de bovenbouw, zo hebben de scholen nu aangekondigd. Daardoor hoeven minder leerlingen halverwege hun schoolloopbaan over te stappen naar een locatie op grotere afstand van hun woonplaats. „Soms gaan leerlingen naar een bepaalde locatie omdat ze daar kunnen blijven of omdat ze extra ondersteuning nodig hebben. Ook dat laatste willen we dichter bij huis gaan regelen”, zegt bestuurder Van Leeuwen van het Van Lodenstein College.

In Hoevelaken bevindt zich de bovenbouw van het vmbo van het Van Lodenstein College, met 800 leerlingen. Het gebouw is aan vervanging toe, maar een geschikte locatie lijkt binnen de gemeente Nijkerk niet direct beschikbaar. „We zijn steeds meer richting Barneveld gaan denken, omdat dat centraler in het voedingsgebied ligt. Er gaat nu elke dag een stroom fietsers vanuit de regio Barneveld richting Hoevelaken. We denken er daarom nu aan de vmbo-bovenbouw per 1 augustus 2026 grotendeels te verplaatsen van Hoevelaken naar Barneveld, terwijl die elders op kleinere schaal zal worden aangeboden.”

Barneveld is nu een onderbouwlocatie van het Van Lodenstein College, maar de nieuwe bovenbouwvestiging zal uitgaan van beide scholengemeenschappen. Er wordt gedacht aan een campus in Barneveld met meerdere gebouwen, waar ook het Hoornbeeck College een plaats krijgt. Het Hoornbeeck College heeft nu een nevenvestiging in Hoevelaken en werkt daar samen met het Van Lodenstein College.

Het Van Lodenstein College heeft vestigingen in Amersfoort, Barneveld, Ede, Hoevelaken en Kesteren, de Jacobus Fruytier scholengemeenschap in Apeldoorn, Rijssen en Uddel. Een besturenfusie van beide scholengemeenschappen ligt in de lijn van de verwachtingen, gaven de scholen vorig jaar reeds aan. „We moeten dat nog verder onderzoeken”, zegt Van Leeuwen. „We hebben ons eerst gericht op verbetering van het onderwijsaanbod, zodat zoveel mogelijk leerlingen op de dichtstbijzijnde locatie les kunnen krijgen.”