Onderzoek: grensoverschrijdend gedrag politievakbondsvoorzitter
Oud-voorzitter Gerrit van de Kamp van politievakbond ACP heeft toch grensoverschrijdend en seksueel grensoverschrijdend gedrag vertoond. Anderen uit de ACP-top maakten zich er niet schuldig aan. Dit meldt de bond op basis van een extern onderzoek.
Van de Kamp legde half februari zijn werk neer na anonieme meldingen over vermeend grensoverschrijdend gedrag. In maart hervatte hij zijn werk als voorzitter van de ACP. Uit onderzoek zou toen niet zijn gebleken dat hij zich schuldig had gemaakt aan grensoverschrijdend gedrag. Een maand later legde hij om gezondheidsredenen zijn voorzitterschap neer.
Tijdens een algemene ledenvergadering werd op basis van nieuwe informatie besloten hernieuwd onderzoek te doen door een extern bureau. Doel was vast te stellen of medewerkers gedrag van de voormalig voorzitter en anderen uit de top als ongewenst ervaren hebben.
Er is met dertig mensen gesproken. Elf mensen hebben het gedrag van de oud-voorzitter als grensoverschrijdend ervaren. Tien personen gaven aan „al langer bekend te zijn met seksueel grensoverschrijdend gedrag van de voormalig voorzitter”. Drie personen ervaarden zijn gedrag als seksueel grensoverschrijdend.
Van de Kamp zegt zich niet te herkennen in de beschuldigingen. Hij reageert in een interview aan het AD. „Als je dit werk zo lang doet, zul je echt niet alles perfect hebben gedaan. Ik heb natuurlijk ook vast fouten gemaakt. Achteraf gezien hadden dingen vast anders gemoeten en zijn er vast dingen gebeurd die in de tijd van nu niet meer kunnen”, aldus Van de Kamp. Hij zegt dat hij zich niet kon verweren tegen de beschuldigingen. „De hele gang van zaken beleef ik als een rollercoaster waar ik momenteel volledig aan onderdoor ga”, zegt hij. „Het eerherstel telt niet meer. Alles wordt nu alléén op mij afgeschoven.”
Va de Kamp was sinds 2004 voorzitter van de politievakbond. Wim Groeneweg volgde hem op. Groeneweg noemt het onbegrijpelijk dat zijn voorganger grenzen overschreden heeft: „Dat moet ingrijpend geweest zijn voor de slachtoffers. Ik waardeer het dat zij naar voren zijn gestapt en meegewerkt hebben aan het onderzoek. Ik wil de komende tijd bijdragen aan een werksfeer waar iedereen zich veilig en gehoord voelt.”