Op het dieptepunt van de coronapandemie en tijdens de wereldwijde financiële crisis lag het percentage optimisten boven de 10 procent. Nu verwacht slechts 8 procent een verbetering.

De ondernemers worstelen vooral met de gevolgen van de energiecrisis. De grootste economie van Europa, en belangrijkste handelspartner van Nederland, is sterk afhankelijk van gas uit Rusland. Sinds Moskou de leveringen heeft beperkt, als reactie op de sancties voor de inval in Oekraïne, gaat Duitsland gebukt onder de prijsstijgingen.

Volgens de DIHK-enquête ziet een recordaantal van 82 procent van de ondervraagde bedrijven de energie- en grondstofprijzen als een bedrijfsrisico. Bedrijven met een hoog verbruik worden gedwongen hun productie te beperken omdat het niet meer rendabel is. Een op de vier chemiebedrijven en een op de zes autofabrikanten heeft aanpassingen aan de productie moeten doen. Krap een vijfde van de autobedrijven overweegt de productie naar het buitenland te verplaatsen.

De regering in Berlijn heeft al een noodpakket van 200 miljard euro goedgekeurd om de gas- en energieprijzen te subsidiëren. Maar dit plan moet nog worden uitgevoerd.

Het gerenommeerde Ifo Instituut zei in een maandag gepubliceerde enquête dat 7,5 procent van de bedrijven momenteel vreest voor zijn voortbestaan. Ter vergelijking: tijdens de coronacrisis was dat bijna 22 procent.