Linkse oppositie vindt achterstand op klimaatdoel ‘onacceptabel’
De linkse oppositie in de Tweede Kamer oordeelt hard over de Klimaatnota die het kabinet dinsdag heeft gepresenteerd. Daaruit blijkt dat het doel voor vermindering van de CO2-uitstoot voor 2030 afgelopen jaar nauwelijks dichterbij is gekomen. „Volstrekt onacceptabel”, vindt PvdA-Kamerlid Joris Thijssen.
Het ontbreekt het kabinet volgens Thijssen aan politiek leiderschap en aan visie op „hoe ze deze grootste uitdaging van de mensheid willen tegengaan”. Hij vermoedt dat met name VVD en CDA „bang zijn voor kiezers” bij de provinciale verkiezingen van volgend jaar.
„Wij zijn geschokt en woedend”, zegt GroenLinks-parlementariër Suzanne Kröger. „De wereld staat in de fik. En de doorgerekende klimaatplannen van het kabinet laten zien dat het klimaatbeleid faalt.” De plannen die er wel liggen vindt zij „een klimaatminister onwaardig”.
Christine Teunissen van de Partij voor de Dieren spreekt van „onwil” bij het kabinet om klimaatverandering serieus te nemen. Dat is „gevaarlijk en immoreel”, vindt zij. „Onze toekomst en die van onze kinderen en kleinkinderen staat op het spel. De komende zeven jaar komt het erop aan. Als we nu niet veel meer gaan doen, dan is het te laat.”
Kamerlid Raoul Boucke van regeringspartij D66 is minder somber. „De klimaatdoelen komen dichterbij, en ik ben vol vertrouwen dat we het gaan halen.” Maar ook hij pleit voor meer haast en minder vrijblijvendheid. Met name achter de vergroening van de industrie, de invoering van rekeningrijden en hulp bij de verduurzaming van woningen moet wat hem betreft meer vaart worden gezet.