NVWA: vogelgriep op kinderboerderij, maar niet de eerste keer
Op een kinderboerderij in Amsterdam is de vogelgriep uitgebroken, bevestigt een woordvoerder van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) na een bericht van Het Parool. Twintig vogels zijn gedood om verdere verspreiding van de ziekte te voorkomen.
In augustus waren er al uitbraken op kinderboerderijen in Spijkenisse en Vlaardingen. Bij allebei werden bijna 150 vogels gedood. Andere dieren op de kinderboerderij lopen minder kans om de vogelgriep te krijgen, zo valt op te maken uit de informatie van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Als vossen of honden de vogelgriep kregen, was dit „in uitzonderlijke gevallen” en vaak als gevolg van bijtcontact met besmette vogels. „Overdracht van hond naar mensen is nog nooit vastgesteld.”
De maatregelen om vogelgriep te voorkomen gelden ook voor kinderboerderijen, meldt NVWA. Sinds begin oktober moeten bedrijven met vogels weer voldoen aan de ophokplicht. Voor kinderboerderijen geldt een afschermplicht. Kinderboerderijen moeten hun kippen, kalkoenen en andere vogels daarom bijvoorbeeld in een ren of een volière houden. De dieren mogen niet in contact komen met wilde vogels. Ook via vogelpoep kan de griep worden overgedragen. Deze plicht geldt ook voor mensen die kippen in de tuin houden.
De NVWA heeft in de strijd tegen vogelgriep in een jaar tijd zo’n 6 miljoen vogels afgemaakt. In de provincies Gelderland, Friesland en Overijssel zijn de meeste dieren gedood. De grootste besmetting vond recent plaats in het Limburgse Heythuysen, waar 300.000 leghennen werden afgemaakt.