Kabinet: onderzoek definitie groente en fruit niet merkwaardig
Staatssecretaris Marnix van Rij (Financiën) vindt het niet „uiterst merkwaardig” dat in een aantal Europese landen minder of geen btw hoeft te worden betaald voor groente en fruit, maar dat in Nederland een „duur onderzoek nodig is om erachter te komen wat groente en fruit is”, zoals een aantal Kamerleden vindt.
„Een btw-nultarief invoeren is voor de uitvoering een majeure opdracht. Daarom is het van belang dat afbakeningsvraagstukken aan de voorkant zo goed mogelijk zijn doordacht zodat de juridische houdbaarheid zo groot mogelijk is”, schrijft Van Rij, mede namens staatssecretaris Maarten van Ooijen (Volksgezondheid). Het onderzoek waartoe beide staatssecretarissen opdracht hebben gegeven, is naar verwachting begin volgend jaar klaar. Als later wordt besloten de btw op groente en fruit op nul te zetten, wordt dat per 1 januari 2024 ingevoerd.
Eva van Esch van de Partij voor de Dieren en eenpitter Pieter Omtzigt noemen in hun Kamervragen voorbeelden uit Italië, Spanje en Letland waar de btw op fruit en groente - vaak al tientallen jaren - op het laagste tarief is gesteld. In Italië geldt een btw-tarief van 4 procent voor vers en eventueel gesneden groente en fruit waaraan geen suiker is toegevoegd, schrijven beide Kamerleden. Voor onder andere bevroren producten, samengestelde producten en producten met toegevoegde suiker geldt er volgens de Kamerleden een btw-tarief van 10 procent.
Nederland heeft gekeken naar onder meer Italië, schrijft Van Rij, maar het Italiaanse onderscheid „lijkt vooralsnog minder geschikt” voor Nederland. Daarnaast worden regelmatig rechtszaken gevoerd over de afbakening van welke producten onder welk btw-tarief vallen. Wellicht dat in Nederland „een scherpere juridische afbakening nodig is dan in andere lidstaten”.
Van Rij en Van Ooijen blijven erbij dat „zorgvuldig onderzoek” nodig is, voor een „werkbare uitvoering die twijfelgevallen en geschillen minimaliseert”.