Austerlitz laat zien hoe zorgzaam een dorp kan zijn
Het Utrechtse dorp Austerlitz is een coöperatieve samenleving. Vrijwilligers zorgen, klussen, koken en rijden naar dokter of ziekenhuis. En er is een nieuw dorpshart.
Voor Jos van Loozenoord, bestuurslid van Austerlitz Zorgt, was het geen verrassing dat CDA-fractievoorzitter Pieter Heerma bij de algemene politieke beschouwingen in de Tweede Kamer zijn dorp als lichtend voorbeeld naar voren schoof. „Onlangs was de CDA-fractie hier op werkbezoek om te zien hoe onze zorgcoöperatie functioneert. Toen begreep ik al dat de partij onze aanpak bij de beschouwingen wilde inbrengen. Het Kamerdebat volgend dacht ik: Wanneer begint Pieter nou over Austerlitz?”
„Als we niet bij elk probleem naar de overheid wijzen maar mensen de ruimte geven voor hun eigen oplossingen, komen er heel mooie dingen tot stand”, betoogde de CDA-voorman. „Austerlitz, een dorpje met 1700 inwoners in de provincie Utrecht, laat zien dat het anders kan.”
Net als in veel kleine kernen in Nederland liep het voorzieningenniveau daar terug, aldus Heerma. „De huisarts verdween, de bus reed minder en veel ouderen vreesden dat ze niet in het dorp konden blijven wonen, tot een paar burgers zelf het heft in eigen handen namen.” Ze richtten een coöperatie op, Austerlitz Zorgt, om zorg voor elkaar vorm te geven. Driekwart van de volwassen inwoners werd lid, een groot deel is vrijwilliger.
Heerma: „Al snel kreeg het succes een vervolg: Austerlitz Rijdt, Austerlitz Eet en Austerlitz Klust. De coöperatie bouwde een eigen dorpshuis, met inpandige school en daarboven appartementen voor ouderen en mensen met een beperking, midden in het dorp. Austerlitz is een toonbeeld van ‘minder ik en meer wij’. De coöperatieve samenleving in de praktijk.”
Ouderen
Austerlitz Zorgt bestaat nu tien jaar. Het eerste doel was dat oudere inwoners zo lang mogelijk zo zelfstandig mogelijk in het dorp zouden kunnen blijven wonen. „Uit een leefbaarheidsonderzoek was namelijk gebleken dat veel ouderen zich daarover zorgen maakten”, zegt dorpsondersteuner Marianne Veenema, vanaf het eerste uur bij de coöperatie betrokken. „Benodigde zorg- en welzijnsvoorzieningen waren niet in het dorp aanwezig of stonden onder druk. Een paar Austerlitzers zeiden toen: Dat pakken we dan zelf op.”
Van Lozenoord: „Dat is ook wel de mentaliteit van het dorp. Bij de bebouwde-komgrens staat een bord met de tekst ‘Austerlitz – zorgzaam dorp’. We hebben wat voor elkaar over. Al maken vooral ouderen gebruik van onze diensten, ook jongeren voelen zich mede verantwoordelijk en zijn lid. De coöperatie heeft 75 vrijwilligers. Ik doe mee met Austerlitz Rijdt, de autodienst die inwoners tegen kilometervergoeding vervoert. Als Marianne op de app een vraag uitzet, is er relatief snel iemand die zich meldt om te rijden.”
Leden van Austerlitz Zorgt kunnen met al hun vragen over zorg en welzijn bij de dorpsondersteuner terecht. „Voor een deel gaat het om kleine problemen die zich aandienen nu ouderen langer thuis blijven wonen. Je moet even naar de dokter of een specialist in het ziekenhuis, maar wie brengt je er? En voor een klusje in huis vraag je ook niet meteen een professionele bouwvakker.”
Veenema coördineert niet alleen Austerlitz Rijdt en Austerlitz Klust, ze is een spin in het web. „Het handige van Austerlitz Zorgt is dat er voor zorg- en andere vragen maar één telefoonnummer is, dat van mij. In Zeist heb je daarvoor een lijst van wel vier A4’tjes.”
WMO
Vrijwilligerszorg is het uitgangspunt. Als er meer nodig is, zijn de lijntjes kort. De coördinator van de professionele hulp heeft haar kantoor in de kamer naast de dorpsondersteuner. Veenema kan ook indicaties voor de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) afgeven, waarbij de hulp vervolgens als het even kan door Austerlitzers wordt geboden.
Door huisbezoeken af te leggen, kent Veenema alle 70-plussers in het dorp. Die contacten werken ook preventief. Van Lozenoord: „De gemeente is er wel achter dat als je er zo dicht op zit, de WMO-lasten lager zijn. Marianne verdient het WMO-budget voor Austerlitz terug. Ze signaleert door de persoonlijke ontmoetingen eerder dat er enige hulp nodig is, zodat kosten beheersbaar blijven en mensen niet pas aankloppen als ze zware zorg behoeven.”
Veenema, ook fysiotherapeut, verzorgt zelf Austerlitz Beweegt (bewegen voor ouderen). Austerlitz Online helpt vooral ouderen bij computerproblemen. Een gepensioneerde kok, die gewend is om voor grote groepen te koken, bereidt eens in de twee weken een viergangendiner voor het acceptabele bedrag van 12,50 euro. Afgelopen woensdag werd er Surinaams geserveerd.
Frans Vuijk (78) schuift geregeld aan met zijn vrouw. „Er waren nu zeven tafels van zes. We zitten telkens met andere deelnemers aan tafel. Dat is goed voor de sociale contacten.” Vuijk is actief voor Austerlitz Rijdt en Austerlitz Klust. „Het is een kleine moeite om wat te doen voor de gemeenschap. Laatst heb ik bij zes ouderen rookmelders geplaatst. Andere klussen betroffen een loszittende wc-bril, een douchestang of een uit de rail gelopen schuifdeur.”
Hart
Austerlitz Zorgt was ook de motor achter de multifunctionele accommodatie Hart van Austerlitz. Basisschool De Pirapoleon en peuterspeelzaal De Piraatjes kregen er een nieuw onderdak, naast onder meer een deels nieuw en deels gerenoveerd dorpshuis, de bestaande sportzaal en 25 sociale huurappartementen, waarvan 17 geschikt voor zorg en 8 voor jongeren. Ernaast is nog een rij woningen gebouwd. Daarvan zijn er 7 verkocht aan starters, de overige 8 zijn patiowoningen, geschikt voor zorg. De zorgappartementen zijn bedoeld voor huishoudens met een inkomen onder de huurgrens. De patiowoningen zijn vrije sector, daarvoor geldt geen inkomensgrens.
Een van de bewoners van de zorgappartementen is Jake Ertan (33), al vijftien jaar chronisch ziek en sinds twee jaar door een functionele neurologische stoornis –„miscommunicatie in m’n hersenen”– aangewezen op een rolstoel. Hij heeft altijd pijn, is snel moe en kan zijn onderlijf maar beperkt aansturen. Vier jaar geleden verhuisde hij met zijn moeder van Wijk bij Duurstede naar Austerlitz, in 2020 kwam hij in aanmerking voor de zorgwoning.
„Gelukkig maar”, zegt Ertan. „Bij mijn moeder de trap oplopen ging echt niet meer. Dit is een mooie plek, met ouderen en mensen met een beperking, maar ook starters. Wel fijn dat ik zo ook mensen van mijn leeftijd ontmoet. En de woning is energieneutraal. Dat is in deze tijd heel prettig.”
Voor een wekelijks bezoek aan een revalidatiecentrum en een gespecialiseerde fysiotherapeut deed Ertan gedurende een jaar een beroep op de diensten van Austerlitz Rijdt. „Tegenwoordig kan ik gebruik maken van de WMO-taxi. Bij Austerlitz Rijdt had ik veel verschillende chauffeurs. Dat was gezellig. Doordat ik nog niet zo lang in het dorp woonde, kende ik niet veel mensen. Mijn lijstje kennissen is met die wekelijkse ritjes wel gegroeid.”
Paradepaartje
Mieke Boudewijns (68) is ook blij met haar nieuwe stek. „Ik woonde in een studio op de eerste etage. Met wasgoed of boodschappen de trap oplopen werd me te zwaar. Hier is een lift. Ik ben nog maar vier jaar Austerlitzse. Op de vorige plek had ik amper contact met mede-bewoners. Ik probeerde wel, maar de meesten waren jong en werkten. Hier hoef ik maar naar beneden te gaan, of ik heb mensen om me heen. Ik kan naar de gym, creatief bezig zijn of samen eten. Nu voel ik me helemaal een deel van het dorp.” Austerlitz Rijdt is indien nodig een uitkomst. „Laatst moest ik meermalen naar de oogkliniek. Door zijn werk lukte het mijn zoon niet altijd om te rijden. Eén verzoek aan Austerlitz Rijdt en het wordt geregeld.”
Er blijven wensen, zoals laagdrempelige dagbesteding in het dorp, zodat niet meer hoeft te worden uitgeweken naar Driebergen of Zeist. Een nieuwe huisarts is er na de pensionering van de vorige niet gekomen. Veenema: „Een dokter van buiten het dorp hield enige tijd spreekuur, maar hij zat er vaak tevergeefs. Niet iedereen in Austerlitz behoorde tot zijn patiënten. De een ging intussen naar een dokter in Driebergen, de ander naar Zeist. Tegen het dorp zeggen we: Het is geprobeerd, maar niet gelukt.”
Veenema en Van Lozenoord zijn ingenomen met wat in tien jaar is bereikt. „Aanvankelijk was de gemeente Zeist heel afwachtend: Daar hebben we Austerlitz weer, die willen weer wat, krijgen ze het allemaal wel voor elkaar? Gaandeweg zag de gemeente dat het meer dan goed liep. Nu zijn we zo ongeveer het paradepaardje van iedere politieke partij. En de sociale cohesie is nog sterker geworden. Wat gebeurt er als een chauffeur iemand die hij naar het ziekenhuis of een dokter heeft gereden, op straat tegenkomt? Dan vraagt hij: Hoe is het met je, alles goed? Terwijl hij die ander eerder vaak niet kende.”